Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Amsterdam

Beoordeling 5.3
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 2e klas vwo | 3397 woorden
  • 25 april 2003
  • 67 keer beoordeeld
Cijfer 5.3
67 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
College aardrijkskunde: AMSTERDAM I: Inleiding:  Is Amsterdam een metropool?  Hoe is Amsterdam opgebouwd? II: Centrumactiviteiten  Is Amsterdam een financieel centrum van wereldformaat?  Waarom moeten banken perse in het centrum van Amsterdam zitten?  Buitenlandse banken in Amsterdam  De beurs in Amsterdam  Amsterdam als cultureel centrum van internationale betekenis  Winkelen in Amsterdam
III: 19de eeuwse wijken  Het ontstaan van de 19e eeuwse wijken  Het bouwen in het sloten en weilanden patroon  De huizen  De woonomstandigheden  De bewoners nu  Stadsvernieuwing

IV: Uitbreiding  Waarom blijven steden uitbreiden? I Inleiding: Is Amsterdam een metropool? Een metropool is een wereldstad zoals bijvoorbeeld Londen en Parijs. Algemene kenmerken van een metropool:  Regeringscentrum  Belangrijkste industrie/ handel centrum  Financiële centrum  Hoofdkantoren van grote internationale organisaties en bedrijven  Internationaal beslissingscentrum  Cultureel centrum  Miljoenenstad  Mediacentrum
Alle stedelijke functies bevinden zich dus in een metropool. Het is vaak zo dat er eerst een metropool komt, waar zich alles wat van belang is bevind. Dan komt er een hele tijd niets, en dan komen de minder grote steden, waar zich ook veel bevind, maar niet alles, dus is het geen metropool. Bijvoorbeeld: In Frankrijk heb je eerst Parijs, die alle kenmerken van een metropool heeft, daarna komen er een tijdje geen grote steden, en dan komt Lyon, ook een grote stad, maar lang niet zo belangrijk als Parijs. Lyon bezit ook niet alle kenmerken van een metropool, dus is het geen metropool. Hetzelfde geld voor Londen, het hoofdkantoor van de Shell zit in Londen, omdat het hoofdkantoor van zulke grote multinationals als de Shell altijd in een metropool moet zitten. Er zijn op aarde 10 plekken waar de macht zit, steden waar het allemaal gebeurd. Hoe is Amsterdam opgebouwd? Amsterdam is geen miljoenenstad, ze heeft geen miljoen (of meer) inwoners. Amsterdam heeft ongeveer 735.328 inwoners. Als je de randsteden meetelt, dan is Amsterdam wel een miljoenenstad. Groot-Amsterdam telt bijvoorbeeld wel 1.268.908 inwoners. Amsterdam is geen regeringscentrum, het is namelijk historisch zo gegroeid dat de regering in Den Haag zit. Amsterdam is ook niet het belangrijkste handel/ industrie gebied, dat is Rotterdam, als havenstad. Financieel gezien is Amsterdam wel het centrum, vaak zitten hoofdkantoren van grote bedrijven in Amsterdam, zoals het hoofdkantoor van de Nederlandsche Bank en de hoofdkantoren van alle anderen Nederlandse banken. Dat is ook belangrijk, omdat Nederland nog steeds een van de 10 rijkste landen op aarde is. Amsterdam is ook een internationaal en cultureel centrum. Het centrum van Nederland bevind zich eigenlijk in Noord- en Zuid-Holland, daar zitten alle belangrijke bedrijven etc. In deze randstad wonen 8 miljoen mensen. Het is ook het mediacentrum van Nederland, de landelijke kranten zoals de volkskrant, trouw en het parool zijn daar gevestigd, de schrijvende pers zit daar dus eigenlijk, ook praat-programma’s worden vaak in Amsterdam opgenomen en uitgezonden. De rest van de radio en televisie zijn vaak in Hilversum gevestigd. Conclusie: In een aantal opzichten is Amsterdam wel een metropool, en in een andere juist weer niet. II Centrumactiviteiten: Is Amsterdam een financieel centrum van wereldformaat? Het hoofdkantoor van de belangrijkste bank van Nederland, de Nederlansche bank, is in Asterdam gevestigd. De directeur van deze bank is net zo belangrijk als bijvoorbeeld de minster van financiën of de minister-president. Als de directeur iets zegt, dan is het nieuws. De belangrijkste taak van de Nederlandsche Bank is het bewaken van de waarde van het geld, alhoewel een groot deel van die taak nu vervuld word door de Europese bank in Frankfurt, in verband met de Euro. Een bankbiljet is als het ware een schuldbekentenis van de bank, met een handtekening beloofd de bank als het ware dat de waarde van het briefje gedekt is, zodat het altijd bijvoorbeeld 5 Euro waard blijft. De Nederlandsche Bank is ook de bank van de banken, de regelgever van het geldverkeer. Als een bank in financiële moeilijkheden komt, dan kan hij geld lenen bij de Nederlandsche Bank. Commerciële banken zoals de ABN, de ING en de Rabobank, verdienen hun geld door het uit te lenen en dan rente te ontvangen, maar er is geen garantie dat dat altijd goed gaat. Het gebruik maken van een bank is dan ook gebaseerd op goed vertrouwen. In Nederland gaan banken eigenlijk nooit failliet, maar in andere landen gebeurd dat nog wel eens. Alle grote (buitenlandse) banken moeten in een grote stad zitten, zo zitten er in Amsterdam 105 vestigingen van banken, waarvan ongeveer 48 buitenlandse banken. Het was niet van alle banken duidelijk of ze buitenlands waren of dat het een internationale Nederlandse bank was. De lijst van de banken staat op de volgende pagina. Waarom moeten banken perse in het centrum van Amsterdam zitten?  Vanwege de (internationale) concurrentie tussen de banken  Samenwerking tussen de banken  Face-to-face relaties tussen de banken

De geldmarkt is per definitie internationaal, natuurlijk concurreren ze onderling met elkaar, maar soms worden er zulke grote bedragen gevraagd dat één bank het niet alleen aankan
Bijvoorbeeld: Een mijnen-bedrijf wil 800 miljard dollar investeren in een nieuwe mijn. Op het moment dat het bedrijf dat bekent maakt, beginnen bedrijven over de hele wereld samen te werken, om dat bedrag bij elkaar te brengen, want één bedrijf kan zo’n groot bedrag niet bij elkaar brengen. Ook al werken de banken nu samen, ze blijven toch nog concurreren. Ze moeten namelijk beslissen wie met wie, en tegen welke voorwaarden ze samenwerken. Dit soort onderhandelingen gaan face-to-face, niet over de telefoon of de e-mail. In Amsterdam, en in vrijwel alle andere grote steden vinden dit soort onderhandelingen plaats. Mensen uit alle landen, van allerlei banken lopen in Amsterdam over straat met belangrijke contracten over grote geldbedragen en belangrijke afspraken. Vrijwel de hele Herengracht is bezet door dit soort bedrijven. De kantoren op de Herengracht zijn nu dan ook ontzettend duur geworden, maar geld speelt geen rol bij de banken, want ze willen gewoon heel graag een vestiging op de Herengracht. Wonen in het centrum is daardoor vrijwel onbetaalbaar geworden. Buitenlandse banken in Amsterdam 1. Aareal
Stadhouderskd 14E
1054ES Amsterdam
2. Allgemeine Hypothekenbank Rheinboden AG
Apolloln 133135
1077AR Amsterdam
3. Artesia Nederland NV
Herengr 539543
1017BW Amsterdam
4. Banco Do Brasil SA
Herengr 457
1017BS Amsterdam
5. Bank of America NA
Herengr 469
1017BS Amsterdam
6. Bank of Scotland
Nassauln 14
1075AN Amsterdam
7. Bank of Taiwan
Strawinskyln 655
1077XX Amsterdam
8. Bank of Tokyo Mitsubishi Holl NV
Strawinskyln 565
1077XX Amsterdam
9. Barclays Plc
Strawinskylaan 1453
1077XX Amsterdam
10. BNP Paribas
Herengr 477

1017BS Amsterdam
11. Cash Express
Leidsestr 68
1017PD Amsterdam
12. Chang HWA
Strawinskyln 959
1077XX Amsterdam
13. Citibank International
Hoogoorddreef 54b
1101BE Amsterdam-Zuidoost
14. Coffinbank NV
Reguliersbreestr 41
1017CM Amsterdam
15. Commercial Bank of China
Strawinskyln 1203
1077XX Amsterdam
16. Commerzbank Nederland NV
Herengr 571579
1017CD Amsterdam
17. Credit Lyonnais
Strawinskyln 3093
1077ZX Amsterdam
18. Delta Lloyd NV
J Muyskenwg 4
1096CJ Amsterdam
19. Deutsche Bank AG
Herengr 450-454
1017CA Amsterdam
20. Deutsche Hypo BV
Vossiusstr 3

1071AB Amsterdam
21. Dexia Bank Nederland NV
Beethovenstr 300
1077WZ Amsterdam
22. Discount Trust Company
De entree 11
1101BH Amsterdam Zuidoost
23. Factors Chain Int
Keizersgr 559
1017DR Amsterdam
24. GarantiBank International NV
Keizersgr 569-575
1017DR Amsterdam
25. Goffin N V
Leidsestr 102
1017PG Amsterdam
26. HSBC
Karspeldreef 6h
1101CJ Amsterdam Zuidoost
27. JPM Organ Chase Bank
Strawinskyln 3035
1077ZX Amsterdam
28. KAS Bank NV
Spuistr 172
1012VT Amsterdam
29. Kocbank Ned NV
Postbus 94042
1090GA Amsterdam
30. Korea Exchange
Strawinskyln 3097
1077ZX Amsterdam
31. Lloyds TSB

Postbus 3518
1001AH Amsterdam
32. Maduro & Curiel's
Strawinskyln 843
1077XX Amsterdam
33. Merrill Lynch Intl Bank Ltd
Amstelpln 1
1096HA Amsterdam
34. Mizuho Corporate Bank Nederland NV
Apolloln 171
1077AS Amsterdam
35. Nierlo BV
A de Kompln 4-10 unit 5
1102DR Amsterdam Zuidoost
36. PBA BV
Nassauln 37
1075AK Amsterdam
37. Philippine National
Herengr 469
1017BS Amsterdam
38. Popular Español
Rokin 28
1012KT Amsterdam
39. Sanpaolo BV
Strawinskyln 769
1077XX Amsterdam
40. Schretlen & Co
Apolloln 15
1077AB Amsterdam
41. Serea BV
Strawinskyln 3105
1077ZX Amsterdam
42. Société Générale

Amstelpln 1
1096HA Amsterdam
43. Svenska
Strawinskyln 3051
1077ZX Amsterdam
44. TD
Papenbroeksstg 2
1012NW Amsterdam
45. TD Waterhouse Bank NV
Strawinskyln 3025
1077ZX Amsterdam
46. UVJ Bank Ned
Keizersgr 452
1016GD Amsterdam
47. Westdeutsche Immobilien Bank
Amstelpln 1
1096HA Amsterdam
48. Yapi
Herengr 446
1017CA Amsterdam De beurs in Amsterdam: De financiële handel in aandelen vind ook in Amsterdam plaats. Aandelen zijn waardepapieren. Bijvoorbeeld: Je koopt een aandeel in het bedrijf Philips, van €100,-. Dan ben je dus een beetje de mede eigenaar van Philips, en als ze winst draaien, kan je meedelen in de winst, maar als ze verlies draaien, deel je ook mee in het verlies. Het papier zelf is ook wat waard, je kan dus wel een aandeel van €100,- hebben gekocht voor €120,-. De aandelen worden namelijk ook onderling verhandeld. Wat de prijs van de aandelen is, heeft te maken met de verhouding tussen vraag en aanbod. De vraag heeft weer te maken met het succes dat een bedrijf heeft, want als een bedrijf alleen maar verlies draait, dan wil niemand de aandelen kopen. Alle effectenhandelaren moeten persé een kantoor in de Zuid-As of in het centrum van Amsterdam hebben, omdat de beurs daar ook zit. Daardoor is de prijs per m2 ook gigantisch hoog in Amsterdam. Huurprijzenoverzicht januari 2003 – Kantorenmarkt: Amsterdam Amstel Business Park
Amstelstation Buitenveldert

Centrum
De Omval
Riekerpolder
Sloterdijk
West
Zuid/Concertgebouw
Zuidas
Zuidoost 150
155
170
180
240
160
150
150
205
260
130 190
225
255
265
350
200
185
190
335
345
200 * Huurprijzen per m2 verhuurbaar oppervlak per jaar exclusief BTW, servicekosten en huurderspecifieke voorzieningen. De beurs in Amsterdam is toonaangevend, en als beurs gekoppeld aan de beurs in Parijs, Londen en Milaan. Het is een beurs van internationale betekenis, en heel belangrijk voor de economie in Nederland. Amsterdam als cultureel centrum van internationale betekenis: Op het gebied van kunst kun je echt alles vinden in Amsterdam, de top van Nederland zit daar gevestigd. Je hebt er de top op het gebied van beeldende kunst, de mensen die in ’t Stedelijk Museum exposeren zijn vaak wereldberoemd. In de galerie’s van Amsterdam vind een belangrijk deel van de kunsthandel plaats, als je in Amsterdam hebt geexposeerd, dan gaat je carrière de goede kant op. Er zijn ongeveer 173 galeries in Amsterdam. Als je naar een kunstuniversiteit wilt, moet je ook in Amsterdam zijn, daar zit namelijk de Rietveldacademie. Er zijn ook veel muziekpodia in Amsterdam, aan het Leidse plein zitten bijvoorbeeld de Melkweg en Paradiso, allebei podia van internationale betekenis. Hier worden de toonaangevende festivals gehouden Er zijn ook ruim 60 theaters, en ook nog verschillende concertgebouwen. Er zit ook een belangrijke school, namelijk het Sweelinck Conversatorium, waar je verschillende muzikale opleidingen kunt volgen. Ook qua schrijfkunst is er veel in Amsterdam te doen, als je wilt schrijven, dan kun je dat het best in het centrum van Amsterdam doen, dat komt ook door het feit dat als je schrijver wilt worden, je het beste kan beginnen met een stukje schrijven voor een literair tijdschrift, en deze tijdschriften zitten ook allemaal in Amsterdam. Op filmgebied is Amsterdam ook belangrijk, er zijn 19 bioscopen in Amsterdam. Om in Amsterdam in het ‘wereldje’ te komen, moet je de goede mensen kennen, en een netwerk opzetten. Dat doe je in de kroeg, de plek bij uitstek om mensen te ontmoeten. Daar wordt je verteld wie je waar moet ontmoeten, en wanneer. DE theater school van Nederland zit ook in Amsterdam, de Theaterschool is een onderdeel van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten. Studeren aan de Theaterschool is relatief zwaar, zowel fysiek als in tijd. Op deze school zit alles wat je nodig hebt, maar het niveau is heel hoog, je komt er niet makkelijk op. In Amsterdam zit dus alle kennis en niveau, als je iets wil betekenen binnen de kunst en cultuur in Nederland, dan is Amsterdam zeker de beste plek om te beginnen.
Winkelen in Amsterdam:  De Amsterdamse winkels hebben veel verschillende specialismen.  Er is een grote keus in Amsterdam, zowel als veel verschillende winkels om uit te kiezen, als in de winkels een groot assortiment.  Er wonen bijzondere mensen in Amsterdam, dus de winkels in Amsterdam zijn ook vaak bijzonder
Er zijn in Amsterdam drie verschillende ‘soorten’ winkelstraten: De Kalverstraat: de winkels in de Kalverstraat bestaan voor ongeveer 70% uit mode- en schoenenwinkels, je hebt daar de meeste keus, dus dat trekt mensen aan. Het assortiment moet snel wisselen, om klanten aan te blijven trekken. Nieuwendijk: Hier winkelen de meeste mensen, er wordt minder snel van assortiment gewisseld, waardoor de prijzen laag blijven. Van Baerlestraat / P.C. Hooftstraat: Hier zitten de modehuizen, de m2 prijzen zijn hier echt heel hoog, vandaar dat de spullen ook zo duur zijn. Hier zitten ook de duurste winkels, er zitten vooral society-shops, waar je bijvoorbeeld kostuums kunt kopen. Hier winkelen vooral de YUP's en de Dinki’s, dat zijn de bigspenders in Amsterdam, YUP staat voor Young Urban People, en Dinki staat voor Double Income, No Kids. Er komt wel een kritisch publiek in Amsterdam, in de sommige winkels moet er eigenlijk elke week een nieuw assortiment hangen, anders blijven de klanten weg, want ze willen niet twee keer hetzelfde zien hangen. Het oude assortiment gaat dan bijvoorbeeld naar de Albert Cuyp markt, en daar zie je het dan 6 weken later voor de helft van de prijs hangen. De winkels moeten ook vaak van assortiment veranderen door trendsetters, als een idool een bepaald kledingstuk aanheeft, wil iedereen dat dragen, en moet het dus binnen een week in de winkels liggen, maar als dat idool twee weken daarna weer iets anders aanheeft, moet het hele assortiment weer veranderd worden. III 19e eeuwse wijken: Het ontstaan van de 19e eeuwse wijken: De 19e eeuwse wijken zijn gebouwd tussen 1880 en 1920, ze liggen direct aan het centrum, zoals de pijp. Tot ong. 1880 hield de stad daar op, maar door de urbanisatie in de 19e eeuw, moesten er steeds meer huizen komen. De belangrijkste reden voor de urbanisatie was de industriële revolutie. Voor deze revolutie werd al het werk voornamelijk met de hand gedaan, en op het platte land hadden de boeren dan ook veel knechten nodig om al het werk af te krijgen, maar tijdens en na deze revolutie kwam er mechanisatie in de landbouw, waardoor de knechten niet meer nodig waren. Tegelijker tijd kwam de textiel industrie op, deze industrie werd ook gemachineerd, waardoor in grote hoeveelheden tegelijk kon worden geproduceerd, zonder gebruik te hoeven maken van veel arbeiders. De landarbeiders waren dus door de industriële revolutie werkeloos geworden, en ze vertrokken samen met hun gezin naar de stad, om daar werk te zoeken. Het massaal naar de stad trekken word urbanisatie, oftewel verstedelijking genoemd. De urbanisatie ging wel vrij geleidelijk, maar omdat er op langere termijn toch hele grote veranderingen hadden plaatsgevonden, werd het toch een revolutie genoemd. De grote landarbeiders gezinnen kregen het in de stad niet beter, het leven was er erg armoedig, en ze moesten toch ergens wonen, dus moesten er op grote schaal nieuwe woningen komen. De overheid bemoeide zich niet met deze nieuwe aanbouw, dus moest het door particulieren gedaan worden. Het bouwen in het sloten en weilanden patroon: De nieuwe huizen moesten direct naast de stad komen, maar het gebied rond om de stad bestond vooral uit weilanden en sloten. Daarom moesten de sloten gedempt worden. De gedempte sloten werden zo hard, dat de bouwers besloten dat dat de straten moesten worden, en de weilanden het bouwterrein. Het straten patroon werd dan ook automatisch hetzelfde patroon als het slotenpatroon, dus als er geen zijsloot was, kwam er ook geen zijstraat. De gebouwen werden ook maar 3 of 4 verdiepingen hoog. Ze wilden de gebouwen wel hoger maken, want hoe meer huizen je op een stukje grond hebt, hoe goedkoper het word, maar de huizen werden gebouwd op een houten fundering, dus dat was te zwak om zo hoog op te bouwen. De huizen: Omdat er zoveel verschillende aannemers huizen bouwde in de 19e eeuwse wijken, gingen ze er allemaal verschillend uitzien. Ondanks dat er veel verschillende huizen waren, waren de wijken toch heel. Er waren saaie, rechte straten met weinig zijstraten, behoorlijk smalle straten, geen groen, geen tuintje, smalle huizen (zodat er meer huizen in een straat pasten). Het was er dus heel sober, maar ook heel goedkoop, het was immers gebouwd voor arme mensen, dus als je er nog een beetje geld aan wilde verdienen, dan moest je de huizen heel goedkoop houden.
De woonomstandigheden: De arbeiders uit de 19e eeuwse wijken hadden meestal een 12 urige werkweek, met slechte werk omstandigheden, slecht eten, een slechte gezondheid en ze werden ontzettend uitgebuit door hun werkgevers. Er was ook een slechte hygiëne, de enige vorm van wassen die ze vaak hadden was een badhuis in de buurt, waar ze zich dan op zaterdagavond in bad konden tegen betaling. De bewoners nu: Welke mensen wonen er nu in de 19e eeuwse wijken, en waarom? Er is veel gerenoveerd en gesaneerd in de wijken, maar er zijn ook dingen die nauwelijks veranderd zijn. De woningen zijn relatief gezien nog steeds zeer goedkoop, en de mensen die er wonen hebben vaak ook lage inkomens. De mensen die er wonen:  Allochtonen (de nieuwkomers, illegalen, asielzoekers)  Jongeren/studenten (kunstenaars)  Bejaarden die zo lang mogelijk op zichzelf willen blijven wonen  Overigen (zwervers, krakers, verslaafden, ontslagen psychiatrische patiënten) Als je in een huis wilt wonen, dan moet je dat aangeven bij de burgelijke stand, maar doormiddel van onderverhuur etc. weet de overheid soms niet precies wie er in een huis woont. Vaak willen de mensen die in de huizen wonen ook niet dat de overheid weet dat ze daar zitten. De mensen die in de huizen wonen zijn vaak (vrijwillig) arm. Onder de jongeren is er wel een grote doorstroming, omdat ze vaak nadat ze hun studie hebben afgerond weer verhuizen. Dat is meestal als ze een jaar of 27 jaar zijn, dan komt er weer woonruimte vrij voor nieuwe studenten. De bejaarden die er wonen lijden armoede, omdat ze moeten leven van hun a.o.w uitkering, omdat ze tijdens hun leven geen pensioen op hebben kunnen bouwen. De bejaarden blijven er vaak ook tot hun dood wonen, omdat ze er al hun hele leven hebben gewoond, en er eigenlijk ook niet weg willen, ze zijn te erg aan hun buurt gehecht. Wat er wel veranderd en verbeterd is aan de wijken, zijn de voorzieningen zoals tafeltje dekje. Toch zijn er ook bejaarden die er wonen zonder enig sociaal contact. Er is vaak ook geen enkele controle op deze mensen, en als ze de trap niet meer afkunnen, worden ze vaak heel eenzaam. Ook een belangrijke groep mensen die in de 19e eeuwse wijken wonen, zijn de idealisten. Zij zijn vaak arm omdat hun geld opgaat aan goede doelen, ze moeten naar de plaatsen vliegen waar ze acties voeren, en omdat ze daar zo vaak mee bezig zijn, kunnen ze ook maar weinig werken. Vaak is het voor al deze verschillende mensen die er wonen niet makkelijk om samen te leven, de huizen zijn heel gehorig, de verschillende mensen hebben totaal verschillende levensstijlen, de een leeft overdag, de ander ’s nachts. Er zijn spanningen tussen de allochtonen en de autochtonen, en tussen de verschillende leeftijdsgroepen. Er staat buiten ook vaak veel troep op de stoep, omdat het niet meer in huis past, en dat roept ook veel irritaties op, want dat kunnen de bejaarden er met hun rolator niet meer langs. Stadsvernieuwing: Er zijn twee soorten van stadsvernieuwing:  Sanering: Bij sanering breek je de oude gebouwen af, en bouw je nieuwe huizen  Renovatie: De gebouwen en de muren blijven staan, maar van binnen wordt het helemaal opgeknapt. Vaak worden er bij oude wijken ook een combinatie van deze twee soorten van stadsvernieuwing toegepast. Het voordeel van sanering is dat je ook een nieuw straten patroon kan maken en dat je nieuwe voorzieningen kan maken, zoals meer parkeer gelegenheid, scholen, speelplaatsen, bibliotheken, meer groen etc. Maar er zitten ook grote nadelen aan sanering, een belangrijk nadeel is het woningverlies, je kan wel 1/3 van de woonruimte verliezen met sanering. Door het woningverlies gaan de huurprijzen omhoog. Een ander groot nadeel is dat het heel lang duurt voordat je alle woningen hebt opgekocht van de huidige eigenaren. Ook komt niet iedereen terug naar de wijken als het gesaneerd is, omdat er teveel veranderd is, of omdat het teveel moeite is om 2 keer te verhuizen. IV Stadsuitbreiding: Waarom blijven steden uitbreiden? De steden zijn voortdurend aan het uitbreiden, terwijl de bevolking nauwelijks groeit. De oorzaken van deze uitbreidingen zijn:  Het woningverlies compenseren, bij de sanering heb je woonruimte verloren, en dat moet weer aangevuld worden  Gezinsverdunning
Het gemiddelde aantal mensen per woning in Amsterdam is al terug gelopen naar 1,8 mensen per woning. Dat komt o.a. door:  De vergrijzing van de samenleving, er blijven steeds meer mensen zolang mogelijk zelfstandig wonen.  Er zijn meer echtscheidingen  Het aantal 1 en 2 persoons huishoudens neemt toe, nog maar ¼ van alle huishoudens in Nederland bestaan uit een vader en een moeder en kinderen, het ‘normale’ gezin.  Er komen steeds meer LAT-relaties: Living Apart Together, waardoor je per 2 mensen ook 2 huizen nodig hebt.

REACTIES

E.

E.

wat schattig maar een beetje te uitgebreid.en boutig

20 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.