Hermaphroditus en Salmacis

Beoordeling 7.4
Foto van een scholier
  • Vertaling door een scholier
  • 4e klas aso | 740 woorden
  • 21 september 2016
  • 22 keer beoordeeld
Cijfer 7.4
22 keer beoordeeld

aLA: Ovidius: Met. IV, 285­388: Hermaphroditus en Salmacis LB B p.64­72 p.64 Een beruchte bron 

Vertel ons vanwaar de bron berucht is, waarom ze met haar heilloze water verlamt en de aangeraakte ledematen verzwakt. De oorzaak is verborgen maar de kracht van de bron is zeer bekend.

 

p.65 Een bevallige baadster

Daar woont een nimf, die niet geschikt is voor de jacht omdat ze niet gewoon is een boog te buigen en te strijden in loopwedstrijden en als enige van de waternimfen niet bekend is bij de snelle waternimf Diana. Men zegt dat haar eigen zussen dikwijls aan haar gezegd hebben: “Salmacis, neem of een speer of een geschilderde pijlkoker en meng rust met de harde jacht.” 

 

p.66

Ze neemt geen speer en geen geschilderde pijlkoker en ze mengt haar ambteloos leventje niet met de lastige jacht, maar ze spoelt alleen maar haar mooie ledematen af met haar bronwater. Dikwijls kamt ze haar lange haren met een kam uit hout van buxusbomen en kijkt ze naar het water en vraagt zich af of het haar past. Ze ligt op zachte bladeren en zacht gras in een doorschijnend gewaad. Dikwijls plukt ze bloemen. En ook toen was ze toevallig [bloemen] aan het plukken, toen ze de jongeman zag en wenste de jongen die ze gezien had te hebben. Toch ging ze niet eerder naar hem ­ook al haastte ze zich om naar hem te gaan­ dan voor ze zich had opgemaakt en haar gewaad had geïnspecteerd en ze zette een lief gezichtje op en verdiende het om er mooi uit te zien.

 

p.68 Ongewenste intimiteiten

De waternimf zweeg na die woorden. Schaamrood kenmerkte het gelaat van de jongen; hij wist immers niet wat liefde is; maar ook het blozen stond hem goed. Deze kleur gelijkt op die van vruchten die op de perzikboom hangen of op rood geschilderd ivoor of op de rode maan onder haar helle glans, wanneer de koperen bekkens tevergeefs weerklinken. Aan de nimf, die zonder ophouden dan toch tenminste zusterlijke kussen eiste en zijn ivoor­kleurige nek al omhelsde, zei hij: “Hou op of ik vlucht en ik laat deze plaats met jou achter!” 

 

p.69

Salmacis werd heel bang en zei:”Ik overhandig deze plaatsen vrij aan jou, mijn gast.” Ze draaide zich om en deed alsof ze wegging, terwijl ze ook dan nog achterom keek en verborgen in het struikgewas knielde ze. Maar hij wandelde natuurlijk rond zoals iemand die niet opgemerkt wordt in een lege weide en doopte (eerst) zijn zijn tenen en (daarna) zijn voet tot aan zijn enkel in de aanspoelende golfjes. Aangetrokken door de zachte temperatuur van het liefelijke water ontdeed hij zijn tengere lichaam zonder getreuzel van zijn zachte kledij. Dan beviel hij haar [nog meer] en Salmacis begon hevig te branden door verlangen naar zijn naakte lichaam. 

 

p.70 

De ogen van de nimf brandden ook niet anders dan wanneer de zon met haar zuivere bol heel stralend haar felle licht weerkaatst.  p.71 Samen één 

“Toch zal jij niet wegvluchten. Zo, goden, zorg ervoor dat geen dag hem van mij scheidt of mij van hem.” Haar vurige wens werd vervuld door de goden; want de lichamen van de twee geraakten vermengd en ze kregen slechts één gezicht. Zoals iemand, die takken ent, merkt dat de takken verbonden geraken door te groeien. Zo kwamen ze, toen de ledematen samengekomen waren, omarmend samen in een stevige omhelzing. Ze waren geen twee mensen maar een dubbel gestalte zodat “het” noch een vrouw, noch een man genoemd kon worden. Ze schenen geen van beide en beiden.

 

p.72 De bron vervloekt 

Dus wanneer hij ziet dat het heldere water, waarin hij als man was afgedaald, hem halfman heeft gemaakt en dat zijn ledematen vervrouwelijkt zijn in dat water, zegt Hermaphroditus, terwijl hij zijn handen uitsteekt, maar al niet meer met een mannelijke stem: “Vader en moeder, geef een gunst aan jullie zoon, die de naam heeft van jullie beiden: Moge al wie als man in deze bron stapt, er uitkomen als halfman en plots vrouw beginnen te worden in het aangeraakte water!” Elk van beide ouders was geraakt door die wens. Elke ouder keurde de woorden van de tweeslachtige zoon goed en voorzag de bron van die verdorven kracht.

 

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.