De lier van Orpheus
Toen Neanthos, de zoon van de tiran Pittakos, hoorde dat Orpheus met die lier zowel de wilde dieren als planten als stenen had betoverd, en omdat hij zeer verlangde haar te verwerven, overtuigde hij de priester met zeer grote geschenken om een andere gelijkend aan de lier in de plaats te leggen, en die van Orpheus aan hem te geven. Dus, nadat hij de lier gegrepen had, meende hij dat het niet veilig was ze overdag in de stad te gebruiken, maar 's nachts, terwijl hij ze onder zijn mantel hield, ging hij alleen de stad uit en nadat hij ze ter hand had genomen, sloeg hij de lier aan niet ver van de stadsmuren en mishandelde hij de snaren, omdat hij een onhandige en niet-muzikale jongeman was, hopend dat er goddelijke melodieën uit de lier zouden komen waarmee hij alles zou betoveren en hijzelf gelukkig zou zijn aangezien hij deelnam aan de muziek van Orpheus.
Zwerfhonden - want daar waren er veel - kwamen samen naar het lawaai en wild geworden, verscheurden ze hem, dus in dat opzicht werd hij gelijkend aan Orpheus. En zo maakte hij onvrijwillig duidelijk dat het niet de lier was die betoverde, maar de vaardigheid, die Orpheus van bij zijn moeder had verkregen, en deze lier was enkel maar een ding, niet beter dan de andere lieren.
REACTIES
1 seconde geleden