Wij hebben gekozen voor het sprookje De Ganzenhoedster, omdat dit sprookje niet het meest bekende sprookje is maar wel een goed moraal heeft. Het is geschreven door de gebroeders Grimm. Wij vinden dit verhaal erg mooi omdat het niet een verhaal is dat je zelf zou bedenken. Wij zullen dit verhaal samenvatten en vergelijken met een andere versie van dit verhaal. Ook zoeken wij een parallel verhaal uit de jeugdliteratuur met vergelijkbare inhoud. Het verhaal dat wij hebben samengevat is het verhaal van http://www.grimmstories.com/nl/grimm_sprookjes/de_ganzenhoedster.
Het sprookje gaat over een meisje met gouden lokken dat erg fijn gebouwd is en ook heel mooi en kwetsbaar. Ze is heel betrouwbaar; ze houdt zich namelijk aan de belofte haar kamenier niet te verraden en aan niemand haar leed te beklagen ondanks zij hier zelf ongelukkiger van wordt.
De moeder van het meisje is een oude koningin wier man gestorven is. Ze had het beste met haar dochter voor en liet haar een grote bruidsschat meenemen. De moeder houdt veel van haar dochter en is zeer bedroefd als haar dochter naar een onbekend land vertrekt om te trouwen. De gelijkenis met onze ouders is dat onze ouders ook het beste met ons voor hebben en van ons houden. Maar ze huwelijken ons niet uit aan een prins in een onbekend land.
Als wij kijken naar de tijd waarin ons sprookje afspeelt, dan concluderen wij dat het hele verhaal berust op de waarheid behalve de volgende punten:
Het pratende paard, in de werkelijkheid is het nog niet voorgekomen dat paarden communiceren met woorden.
Pratende druppels bloed, ook is het nog niet voorgekomen dat drie druppels bloed de gevoelens en gedachten van een persoon kunnen overbrengen.
Het is ook niet mogelijke dat de jonge koningin de wind kan beïnvloeden met haar woorden.
De ganzenhoedster
Er was eens een oude koningin, wier man al jaren overleden is. Samen hadden ze een mooie dochter gekregen. Wanneer het meisje volwassen was geworden, werd ze uitgehuwelijkt aan een koningszoon die ver van het ouderlijk kasteel weg woonde. De koningin stelde voor haar dochter een mooie bruidsschat samen. Ook kreeg de dochter een kamerjuffer mee, die mee reed om de jonge koningin weg te geven aan haar toekomstige man. Beiden kregen een paard mee, maar het paard, genaamd Falada, van de prinses was bijzonder. Hij kon namelijk praten. Bij het afscheid gaf de koningin haar dochter een wit lapje mee waarop ze 3 druppels bloed had laten vallen.
Tijdens de reis bediende de kamerjuffer haar meesteres niet zoals het hoorde. De prinses moest zelf haar beker vullen en mocht de gouden beker niet gebruiken. De prinses accepteerde het gedrag van haar bediende en boog voorover om het water uit de beek te drinken. Terwijl zij dit deed praatten de 3 druppels tegen de prinses: ‘Als u moeder dat wist, dan zou ’t haar hart breken.’. Op de warme dag kreeg de prinses nogmaals dorst, en weer weigerde de bediende haar beker te vullen. De prinses steeg weer af en dronk terwijl de druppels hun woorden herhaalden. Na het drinken viel het witte lapje met de druppels bloed in het water en dreef weg. De kamerjuffer merkte dit op en dacht: ‘Nu ze de bloeddruppels verloren heeft, heb ik meer macht.’. Daarom eiste de kamerjuffer het paard Falada op, en dwong de prinses van rol te wisselen en op het oude paard te stijgen. De prinses moest zweren dat ze aan het hof niemand hiervan iets zou vertellen anders zou ze gedood worden. Tijdens deze afspraak luisterde het paard Falada mee. Van kleding, rol en paard gewisseld reden de prinses en haar kamerjuffer verder naar het slot.
Bij aankomst onthaalde de prins de kamerjuffer die zich voor deed als de prinses. De echte prinses kreeg een taak toebedeeld, ze moest Koertje helpen de ganzen te hoeden. De kamerjuffer wist dat Falada kon praten en was bang dat het paard haar zou verraden. Daarom liet ze het paard afmaken. De kop van het paard werd boven de poort gehangen. Elke ochtend, als het meisje door de poort moest gaan om de ganzen moest hoeden, sprak ze met het paardenhoofd. Het paard antwoordde elke ochtend: “O, prinses, die daar moest hoeden, had uw moeder dat geweten; 't Hart was haar in twee gereten!". De prinses zweeg en hoedde de ganzen met Koertje. Tijdens het hoedden kamde de prinses haar gouden lokken en Koertje wou graag een van haar haren pakken. Om dit te voorkomen zei de prinses: "Waaie, waaie, windje! De hoed van Koert geroofd! Dat hoedje moet hem knechten, tot ik mijn gouden vlechten gelegd heb om mijn hoofd!". De wind greep het hoedje van Koertje en zorgde ervoor dat de prinses rustig haar haren kon kammen.
Koertje vertelde aan de koning wat er op de ganzenweide gebeurde en de koning besloot het tweetal de volgende dag te achtervolgen. Hij aanschouwde hoe de prinses de wind bespeelde en vroeg haar later bij hem te komen om haar leed te beklagen, maar dit mocht zij niet. Dus zei de koning haar: "Als je 't mij niet vertellen wilt, vertel dan over je verdriet aan de kachel!". Dit deed de prinses, de koning luisterde echter naar haar verhaal aan het einde van de kachelpijp. Nu wist hij het echte verhaal en vroeg de valse bruid wat er gedaan moest worden met iemand die haar heer bedroog. Zo velde ze haar eigen vonnis en dit moest ze ondergaan. De koningin
Vergelijking:
Vergelijking tussen http://www.schooltv.nl/video/de-ganzenhoedster-er-was-eens-een-prinses/ en http://www.grimmstories.com/nl/grimm_sprookjes/de_ganzenhoedster
De afwijkingen tussen de 2 versies:
In de versies wordt verschillend toegelicht waar de 3 druppels bloed voor zijn, “"Lief kind, bewaar dit goed, je zult het onderweg nodig hebben." en "bewaar dit lapje goed mijn kind, het zal je koninklijke macht geven" .
Het verslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden