Thailand

Beoordeling 6.5
Foto van een scholier
  • Spreekbeurt door een scholier
  • 2e klas aso | 1894 woorden
  • 9 april 2002
  • 749 keer beoordeeld
Cijfer 6.5
749 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
THAILAND: HET LAND VAN DE GLIMLACH Ik ga mijn spreekbeurt doen over Thailand omdat ik het een heel fascinerend land vind en ik wil er graag iets meer over vertellen. Thailand ligt in Azië (AANDUIDEN OP KAART), en heeft als buurlanden Laos, Myanmar (of beter bekend als Birma), Cambodja en Maleisië. Het drielandenpunt tussen Laos, Birma en Thailand wordt ook wel de Gouden Driehoek genoemd omdat daar vroeger veel opium verhandeld werd en er grof geld mee verdiend werd. Thailand bestaat uit 76 provincies die worden bestuurd door een gouverneur. Thailand is een monarchie. De koning wordt er heel erg gerespecteerd, ook al heeft hij nog maar weinig echte macht. De huidige vorst is Bhumibol Adulyadej of Rama IX. Als een koning gekroond wordt moet hij altijd de naam Rama aannemen. De huidige koning zit al meer dan 50 jaar op de troon. Hij heeft 2 dochters, maar het staat al vast dat zijn enige zoon hem zal opvolgen. Een paar voorbeeldjes van de sterke verering van de koninklijke familie: Het volkslied is tweemaal per dag te horen op de radio en in kleine dorpen via luidsprekers, om 8.00u en om 18.00u. Op dat moment staakt iedereen zijn activiteiten en blijft stil staan. Ook in de bioscoop is het volkslied te horen voordat de film begint en er verschijnt een afbeelding van de koning op het scherm. Iedereen gaat dan rechtstaan. Bovendien zie je overal op straat grote affiches met foto’s of geschilderde portretten van de koninklijke familie. Thailand is 513 115 km² groot, dat is ongeveer 20 keer België. De hoofdstad is Bangkok, een stad met evenveel inwoners als heel België, ongeveer 10 miljoen. In heel Thailand wonen zo’n 60 miljoen inwoners. Het zijn overwegend Thai maar in bepaalde streken wonen ook veel vluchtelingen uit de omringende landen, zoals bijv. uit Birma, een communistisch land met weinig vrijheid en veel armoede. In Bangkok bijv. wonen ook veel Chinezen. Ze hebben er een eigen stad nl. Chinatown. Er zijn Chinese tempels en winkels en men spreekt er overheersend Chinees. In het Noorden van Thailand leven er ook nog enkele primitieve bergvolkeren die bijna volledig leven van toerisme. Een ervan is het Padaung-volk, of het volk van de langnek-vrouwen. Bij die vrouwen wordt de nek al van kinds af aan verlengd met koperen ringen (KAART). Dat zou vroeger nuttig geweest zijn om zich te beschermen tegen aanvallen van tijgers. Hun nek worden zo telkens een stukje verlengd. Dit fenomeen was aan het uitsterven tot het Padaung-volk in de gaten kreeg dat de toeristen ervoor betaalde om hen te mogen fotograferen. In het noorden van Thailand zijn de bergvolkeren vooral bekend om hun borduurkunst (HOED + ZAKJE). De algemene taal is het Thai, maar er wordt ook heel veel Engels gesproken, vooral met buitenlanders. De Thai hebben ook een eigen schrift (KRANTENARTIKEL). De munt in Thailand is de Baht, die ongeveer gelijk aan onze frank. Aan de ene kant staat de koning afgebeeld, op de andere een tempel (MUNT). Dit is de vlag van Thailand (PRENT). De rode kleur symboliseert de natie, het land. De blauwe kleur staat voor de monarchie, en de witte kleur voor het Boeddhisme, het overheersende geloof in Thailand. Het klimaat in Thailand is tropisch. De gemiddelde temperatuur is er 27°C. Je hebt er dus nooit een jas nodig en je kan ook in de ‘winter’ nog heerlijk buiten zwemmen. Er zijn geen vier seizoenen zoals bij ons, maar drie: het regenseizoen (dan is het meestal zo’n 30 à 33 graden en regent het veel), de zomer (dan lopen de temperaturen op en is het heet en droog) en de winter. Alleen in de bergen (zoals bijv. in Kao Yai of in het Noorden) heb je een meer gematigd klimaat en kan je al wel eens een jas gebruiken. Heel anders als bij ons veroorzaakt het wisselen van de seizoenen geen verschillende daglengte. De zon komt er het hele jaar op om ongeveer 5 uur en gaat al onder om 7 uur. Voor de temperatuur maakt dat weinig verschil uit: het is er ’s nachts even warm als overdag. Dan iets over het vervoer. De meeste Thai zijn niet echt rijk en de meesten kunnen zich geen auto veroorloven. Vaak wordt er met bromfietsjes gereden, of per taxi of bus. De tuctuc, of in het Thai samlor, is het nationale voertuig in Thailand. Sam betekent drie en lor betekent wielen en het voertuig heeft ook drie wielen, een van voor en twee van achter. Vooraan zit de chauffeur en achteraan op een brede bank de passagiers. De fietsriksja heeft hetzelfde principe, alleen heeft het geen motor maar moet de bestuurder trappen zoals bij een fiets. Deze vervoermiddelen zijn vooral gericht op toeristen. Ze hebben echter een groot nadeel. De lucht in grote steden zoals Bangkok is zodanig vervuild dat het meestal geen pretje is om in zo’n open tuctuc te zitten, zonder ramen. Veel Thai (vooral tuctuc-chauffeurs en politie-agenten) dragen dan ook een monddoekje in het verkeer om de vieze lucht niet direct te hoeven inademen. Thailand heeft drie grote toeristische trekpleisters: 1. de vele natuurparken die Thailand voor de helft inpalmen. Thailand heeft meer dan honderd natuurparken, maar het meest populaire en het meest grote
is Khao Yai, Khao betekent groot en Yai betekent berg, dat zo heet omdat er een paar grote bergen zijn. Khao Yai was het allereerste natuurpark dat in Thailand werd opgericht. Er leven veel bedreigde soorten zoogdieren, waaronder olifanten, gibbons, tijgers, luipaarden, herten, beren, … Tijgers en olifanten krijg je eigenlijk bijna nooit in het wild te zien. Wat je er wel veel tegenkomt zijn indrukwekkende reuzenspinnen (een hand groot), bavianen die nogal luidruchtig zijn, en bloedzuigers, die langs je benen omhoog kruipen. Ze kunnen flink bloedende snijwonden veroorzaken, als je ze niet op tijd in de gaten hebt. Het is dus ook niet verstandig om met sandalen en een korte broek door het regenwoud te gaan wandelen. Bij een nachtsafari in Khao Yai kan je veel herten zien, of schorpioenen op je weg. Als je heel veel geluk hebt een kudde olifanten, maar die blijven meestal ver weg van het bezoekerscentrum. Olifanten, tijgers en apen, maar ook krokodillen en slangen zie je vooral op dierenshows, waar je tegen betaling een foto kan laten nemen met het dier. Een boa bijv. voelt niet glibberig aan, zoals je misschien zou verwachten, maar ruw en koud. Terwijl een volwassen tijger zo zacht aanvoelt als je huisdiertje. 2. De tweede grote trekpleister voor toeristen zijn tempels. Er zijn er zo’n 30.000 van in Thailand en ook nog eens ongeveer 250.000 monniken. De staatsgodsdienst in Thailand is het Boeddhisme. Boeddha betekent ‘de verlichte’ en hij wordt er vereerd omdat hij de enige is die tot nu toe de volledige verlichting of het Nirvana bereikt heeft. Het Nirvana is een spirituele fase die men probeert te bereiken door meditatie, moraal en wijsheid te ontwikkelen. Wanneer men dat stadium bereikt heeft hoeft men niet meer te eten, te drinken of te slapen en voel je niets meer. Men is dan volledig verlicht. De as van Boeddha wordt in de chedi van Wat Pho bewaard (BOEKJE). Monniken moeten een oranje pij dragen en worden kaalgeschoren. De meeste tienerjongens (meisjes kunnen geen monnik worden) treden gedurende enkele maanden toe tot de monnikenklasse. Men gelooft dat dit de familie geluk brengt en het wordt gezien als een overgangsrite. In een tempel krijgen de monniken geen eten, en ze moeten dus elke dag bedelen voor voedsel. Ze mogen nl. alleen eten van voedsel dat hen geschonken is. Monniken te eten geven wordt beschouwd als een goede daad en men hoopt dat men het dan in het volgend leven goed zal hebben (PRENT). Ook door stukjes bladgoud op Boeddhabeelden te kleven hoopt men in de gunst van Boeddha te komen. In de tempel kan je ook je toekomst voorspellen. Je moet dan met een doosje met genummerde stokjes schudden tot er één stokje uitvalt. Op het briefje dat overeenkomt met dat nummer staat dan je toekomstvoorspelling. Dit zijn meestal heel ruime voorspellingen zodat ze bijna altijd kloppen. Het belangrijkste deel in een tempel is de bot, dit is een wijdingszaal, alleen toegankelijk voor monniken. Hij is naar het oosten gericht en bevat het belangrijkste beeld van de tempel. In Wat Phra Kaeo bvb. bevat de bot de Smaragden Boeddha, het meest vereerde Boeddhabeeld van Thailand. Het is niet van smaragd zoals zijn naam doet vermoeden, maar van jade. Deze Smaragden Boeddha draagt ieder seizoen een ander kostuum. ‘s Zomers een kroon en sieraden, in de winter een gouden sjaal en in de regentijd een vergulde monnikspij en hoofdtooi. De heersende vorst leidt de ceremonie van het verwisselen van deze kostuums. De etiquette in Thailand heeft vooral te maken met het Boeddhisme en is dan ook helemaal anders dan in West-Europa. Het is geen toeval dat Thailand vaak het land van de glimlach wordt genoemd. De Thai zijn bijzonder vriendelijk en behulpzaam. Ze blijven lachen, ook in de meest vervelende situaties. Er zijn echter enkele taboes, die te maken hebben met het boeddhisme. In het openbaar ruzie maken is uiterst onbeschoft en de Thai doen er alles aan conflicten te vermijden. Ze leren al op jonge leeftijd met zachte stem te spreken en nooit hun stem te verheffen. Bij de Thaise groet, de wai, worden de handen tegen elkaar gedrukt en richting kin bewogen. Het hoofd is een heilig lichaamsdeel, je mag dus nooit iemand anders hoofd aanraken. De voeten zijn het laagste deel van het lichaam en men vindt het zeer onbeleefd als je met je voeten naar iemand wijst of ze op tafel legt. In verband met monniken betreffen de meeste taboes vrouwen. Een monnik mag een vrouw niet aanraken of iets van haar aannemen. In een tempel is men ook zeer streng op kleding. Strikt genomen moeten de bovenarmen bedekt zijn en de benen tot halverwege de kuit. Voor men een tempel binnengaat moet je je schoenen uitdoen en liefst niet op de drempel stappen want daar huist een van de negen gebouwgeesten. 3. En dan de derde toeristische attractie: de vele markten. In Thailand zijn bijna nergens winkels te vinden. Alles word gekocht op markten, van eten tot juwelen. Er is een drijvende markt, met bootjes met etenswaren e.a. waar je met een bootje tussen moet varen om te kopen. De grootste markt is de Chatuchakmarkt in Bangkok. Het is een verzameling van meer dan 6000 stallen, die bij elkaar de ruimte van vijf voetbalvelden in beslag nemen. De markt wordt ook wel de ‘wilde dierensupermarkt’ van de wereld genoemd, omdat er illegaal bedreigde dieren worden verkocht. Maar die handel is nu gelukkig aan het afnemen. Thailand heeft ook zijn eigen groente en fruit. Zo zijn de ramboetans, mangistans, doerians, guaves, nangka’s, mango’s en longans (DRAGON EYE) erg populaire vruchten. De doerians worden ook wel stinkvruchten genoemd en ze stinken zelfs zo hard, dat ze in een hotel waar we kwamen zelfs verboden waren. De Thaise keuken maakt veel gebruik van pepers en andere kruiden. Hun eten is dan ook zeer pikant. Afdingen is in Thailand heel gebruikelijk, men probeert dan de prijs van iets dat men wilt kopen te verlagen door te onderhandelen met de verkoper. Ook hier verliezen de Thai nooit hun geduld en dit wordt van bezoekers ook verwacht. Er valt nog veel meer over Thailand te vertellen maar ik hoop dat jullie nu al iets meer weten over Thailand. Dit was mijn spreekbeurt.

REACTIES

H.

H.

L.S.

Mag ik me even voorstellen, ik ben een 57 jarige (nederlandse) man en woon sinds enkele jaren in Thailand en ben getrouwd met een Thaise vrouw. We hebben een dochter van 20 jaar en een geadopteerde baby van 2 jaar. IK heb jouw stuk over Thailand gelezen en vond het bijzonder interessant. Mijn vraag is of ik jouw stukje over Thailand mag gebruiken om mijn vrienden en relaties een beetje te informeren over Thailand. Ik was zelf al begonnen met schrijven maar jouw stuk is gewoon af, zodoende. In ieder geval bedankt voor de inspiratie en de fijne manier waarover je over Thailand verteld. Als je ooit zin hebt om deze kant op te komen moet je me het even laten weten want dan kan ik iets leuks regelen. Ik heb een grote 4 wiel drive auto en heb met diverse vrienden al door Thailand gereden wat natuurlijk veel leuker is dan die georganiseerde reizen. Wij hebben thuis een Nanny dus mijn vrouw en ik kunnen ons makkelijk bewegen en zijn niet gedwongen altijd thuis te blijven dus gaan we samen mee. Er kunnen met gemak 7 personen in onze auto en bagage dus je roept maar als het zover is en je de gelegenheid hebt. Wij wonen zelf in Chonburi (Pattaya) dus aan de kust en er is hier een heel mooi hotel, vlak bij ons huis, waar een kamer slechts 600 baht ofwel 11 euro per nacht. Nu is het wel even genoeg want ik wilde eigenlijk alleen maar even toestemming vragen voor de publikatie maar dan wordt ik ook weer meteen enthousiast want ik hou reuze veel van dit land. Hele hartelijke groetjes Herman

19 jaar geleden

J.

J.

tof hier heb ik veel aan gehad voor mijn spreekbeurt

10 jaar geleden

S.

S.

ik wil weten alles over thailand

10 jaar geleden

L.

L.

ik vin helemaal geweldig maar een beetje te lang

7 jaar geleden

E.

E.

top! veel info
heeft me goed geholpen

6 jaar geleden

T.

T.

doe er ook in inhoud in en hoofdstukken

6 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.