Regenwater

Regenwater

Ik houd mijn spreekbeurt over: Regenwater.

Ik heb voor dit onderwerp gekozen omdat, wij in Nederland veel met water te maken hebben en mij het wel interesseert hoe het regenwater in de zee komt. Ik wil jullie daarom informeren over regenwater.

Ik heb mijn spreekbeurt in 4 punten verdeeld
1. Waar gaat de regen heen als het regent?
2. De kringloop van het water.
3. Naar het gemaal.
4. Van het gemaal naar de zee.

1. Waar gaat de regen heen als het regent? In Nederland hoef je niet zo snel bang te zijn dat het onderloopt met water. Omdat als het regent al het water de sloten en rivieren in stroomt. De dijken houden dan het water tegen. Want als de dijken er niet waren zou het land overlopen met water. Als het water in de rivier zit stroomt het naar de zee. Als het water de zee is aangekomen wordt het weer regen.

2. De kringloop van het water. Regen begint boven de zee. Als het heel warm is verdampt het zeewater en blijft het in een wolk in de lucht hangen. De wolk wordt met de wind mee geblazen naar het land. En daar laten de wolken het regenwater weer los. Gelukkig stroomt het water weer goed weg. Anders zou Nederland zo blank staan. Het regenwater zakt de grond in. En komt zo terecht in de sloot. Vanuit de sloot gaat het naar de rivier. Daar staan stevige dijken omheen. Die niet zomaar breken. De rivier brengt het regenwater zo weer in de zee en kan het proces weer opnieuw beginnen.

3. Naar het gemaal. Als het flink heeft geregend staat het waterpeil meestal hoog. Dat komt omdat het gemaal niet gelijk al het regenwater uit de rivier en sloten kunt pompen. Langs weilanden heb je vaak slootjes. Bij het ene weiland staat het water daar hoog. En bij het andere staat het er weer laag. Sommige boeren willen het waterpeil hoog voor hun gras. Omdat ze daar koeien hebben lopen. En dan blijft het gras goed nat. En sommige boeren willen weer laag water voor bijvoorbeeld hun aardappels want dan groeien die weer beter. Als de sloot dan eindelijk bij het gemaal is aangekomen. Wordt het water naar binnengezogen. En het krooshek houdt het drijfvuil en eendjes tegen. In het gemaal wordt het water omhoog gepompt, net al bij het molentje in de sloot bij de boer. Het water wordt dan in de vaart gepompt (daar zal ik meer over in het volgende stukje vertellen).

4. Van het gemaal naar de zee. Het water is nu in de vaart gepompt (dat noemen ze de boezemvaart). Al de poldergemalen houden het water in de sloten op peil. In de boezemvaart stroomt het water veel sneller omdat daar het water met veel sterkere pompen weg gepompt wordt. Ook dit grote gemaal heeft weer een krooshek. Om vuile dingen uit het water te halen. En zo het water weer schoner in de rivier te pompen. (Maar de gemalen kunnen ook het water uit rivieren pompen en terug in de vaart pompen. En dan kan een kleiner gemaal weer het water uit de boezemvaart pompen. En die pompt het dan weer de slootjes in. Dat doen ze als de boeren water nodig hebben.)
Als nu het gemaal het water in de rivier heeft gepompt. Hebben de dijken eigenlijk nog een probleem. Want er zijn muskusratten die graven gangen onder de dijk. Onder de waterspiegel! Zo beschermen zij henzelf tegen indringers. Soms maken ze ook nog een gang aan de andere kant van de dijk. En zo stroomt het water het land in. Maar tegenwoordig zijn er veel muskusrattenvangers die de muskusratten vangen. En zo houd Nederland zichzelf droog van het regenwater.

Slot: ik vind het knap van Nederland dat wij zo kunnen leven met water. Zijn er nog vragen?

Ik hoop dat jullie het een leuke spreekbeurt vonden.