Rwanda na de 2e wereldoorlog

Beoordeling 5.5
Foto van een scholier
  • Spreekbeurt door een scholier
  • 5e klas vwo | 1441 woorden
  • 16 februari 2011
  • 17 keer beoordeeld
Cijfer 5.5
17 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Rwanda na de 2e wereldoorlog

Revolutie en onafhankelijkheid.

Na de tweede wereldoorlog groeide het zelfbewustzijn en de wil van onafhankelijkheid bij de hoge Tutsi-klasse. De Belgen hadden op dit moment weer van de VN het mandaatschap gekregen om te heersen over Rwanda. Tegelijkertijd had de Tutsi minderheid nog steeds de heerschappij in handen.

De Hutu meerderheid was nauwelijks vertegenwoordigd en daarom richtte de Rwandees Grégoire Kayibanda een emancipatiebeweging op voor de Hutu’s. De volgers van deze beweging heetten de parmehutu en de partij heette de MDR (movement democratique Rwandais) De MDR werd openbaar gesteund door de katholieke kerk, op die manier kon de MDR heel veel invloed uitoefenen op ook het ‘normale’ volk, want meer dan de helft van de bevolking was katholiek. Bij de MDR sloten zich in 1961 vrijwel alle Hutu’s aan.

Aangezien de Tutsi’s steeds meer autonomie verlangden steunden de Belgen de Hutu’s. We hebben dus nu de tegenstelling Belgen + Hutu’s (en de katholieke kerk) tegenover de Tutsi’s en dan vooral de elite.


De emancipatiebeweging deelde pamfletten waarop ze kritiek leverden op de manier waarop zij werden behandeld door de Tutsi’s. Daarop spraken de Belgen de koning aan voor een betere verdeling van de macht. Koning Mutara weigerde. Dat vermeerderde het wantrouwen tussen de twee groepen.

Toen opeens de koning overleed, was de maat vol. Volgens de Tutsi’s hadden de Belgen de koning vermoord omdat hij op onafhankelijkheid aandrong. In het hele land braken relletjes uit tussen Hutu’s en Tutsi’s en er ontstond chaos in het land.

De nieuwe koning vormde een politieke groep. De UNAR, Union Nationale Rwandaise. Deze groep was er om de koning weer terug op zijn plaats te krijgen. Direct daarop vormden andere verzoeningsgezinde en prowesterse Tutsi’s een andere groep, de RADER (Rassemblement Democratique Rwandais, bijelkaarbrengende democratische Rwanda)

De etnische groepen en partijen gingen niet meer samen op, sommige Hutu’s sloten zich ook bij deze partijen aan.

Toen de Hutu’s hoorden van een moord op een Hutu leider trokken ze er op uit met mancheten om Tutsi’s te gaan vermoorden. Honderdduizenden Tutsi’s vluchtten de grens over naar Congo.

naar schatting zijn er ‘maar’ enkele honderden Tutsi’s vermoord

De Belgische regering reageerde méteen en zond meteen paratroopers naar de strijd. Na een korte strijd overwonnen de Belgen en ze herstelden de rust. Ze schaften wel de monarchie af, wat het einde betekende voor de UNAR



Nieuwe president

Op 1 juli 1962 werd Rwanda een onafhankelijke staat. Omdat net in 1961 de monarchie was omvergeworpen ging men nu naar de stembus om een leider voor de staat te kiezen.

De winnaar van de verkiezingen was de MDR Grégoire Kayibanda.

De hutu’s verlangden naar wraak en onder leiding van Kayibanda kregen ze dat ook.

De wonden die de Tutsi’s bij de Hutu’s hadden achtergelaten moesten worden vergeld. De Tutsi’s kregen volgens hen hun verdiende loon; een tweederangs behandeling en een onveilig leven.

Er werden allemaal moordpartijen georganiseerd met toestemming van de autoriteiten.


Honderdduizenden Tutsi’s ontvluchtten het land en maakte dat ze weg kwamen. Een-derde van alle Tutsi populatie in Rwanda heeft naar schatting geprobeerd te vluchten.


Terugkomst van de rust.

De Parmehutupartij werd door de regering uitgeroepen tot enige legale partij. Ook niet heel raar dus dat Kayibanda in de volgende jaren elke keer weer gekozen werd om het land te leiden. Hij won de eerste verkiezingen in 1962 en de volgende verkiezingen in 1965 en 1969.

In 1973 mocht Kayibanda niet meer meedoen aan de verkiezingen volgens de grondwet. Op dat moment ontstond er een tweedeling tussen de Hutu’s. Tussen de Hutu’s uit het noorden en de Hutu’s uit het midden en zuiden van het land. Vooral de hutu’s uit het midden en het zuiden van het land hadden geprofiteerd van de macht, maar de Hutu’s uit het noorden voelden zich daarin achtergesteld en vreesden de uitkomst van de volgende verkiezingen.

Generaal majoor Juvénal Habyarimana (zjuu•vee•nal haa•bjaa•rie•maa•naa) tronk naar de hoofdstad en deed een staatsgreep.. In deze partij zaten zowel Hutu’s als Tutsi’s en er ontstond eindelijk meer rust in het land. Tot augustus 1973 was Habyarimana voorzitter van het Comité voor Vrede en Nationale Eenheid, daarna werd hij president van het land. Vijf jaar later vormde hij weer een eenpartijstaat met zijn eigen partij de MRND. Mouvement Révolutionaire Nation pour le Développement. Onder leiding van die partij was er rust in het land.

Voor het buitenland leek de rust te zijn terug gekeerd. Maar in het binnenland ontstonden steeds meer problemen. Het eerste was dat van de zuidelijke en de middenlandse Hutu’s.

Juvénal was aan de macht gekomen met de noordelijke Hutu’s en dat hebben de zuidelijke Hutu’s door. Zij waren nu op hun beurt bang dat de macht weer teveel naar de noordelijke kant van het land verdween. De noordelijke Hutu’s profiteerden namelijk volop van de ontwikkeling van het land.

In 1979 begonnen de gevluchtte Tutsi’s zich samen in een groep te vormen. En tien jaar later noemden ze zichzelf de RPF (Rwandese Patriotic Front) onder leiding van commandant Rwigima. Ze vormden een guerrilla beweging met de echte intentie om ooit weer terug te kunnen keren naar Rwanda. Habyarimana voelde zich hierdoor bedreigd en zei dat hij niet wilde dat de gevluchte Tutsi’s zouden terugkeren naar Rwanda. De VN en de Belgische regering gingen aan de slag met een plan voor de terugkeer van de Tutsi’s. Maar het RPF ging al over tot actie. Op 1 oktober 1990 stormden ze Rwanda binnen. Ze noemden zichzelf de Inkotanyi, onoverwinnelijken. Maar de aanval van de onoverwinnelijken werd afgeslagen door de Belgische en Franse troepen. Rwigama sneuvelde bij deze strijd en werd opgevolgd door Paul Kagame.

Kayibanda op de 17 verjaardag van de republiek de republiek uitriep tot een meerpartijenstaat. Dit alles onder druk van Frankrijk en België die bezig waren met het plan van reintegratie van de weggevluchte Tutsi’s. Met het meerpartijenstelsel kwamen er meer partijen in de politiek en het land werd toen bestuurd door een zorgvuldig gebalanceerde regering. Er zaten Hutu’s uit het noorden, uit het zuiden en midden, Tutsi’s uit Rwanda en leden van de politieke kant van het RPF. Met de uitkomsten van de beslissingen was niemand ooit tevreden. Dat kwam omdat 2 partijen altijd tegenover elkaar stonden. De groep rond de president (de akazu) en de RPF.


In 1993 kwamen de leiders Kagame (van het RPF) en Habyiarimana onder hoge druk van de westerse geldschieters tot een akkoord om samen te gaan regeren. Een zeker ‘overgangsregering’ zou tijdelijk de plaats overnemen. Maar dit duurde te lang en de oude, niet goed functionerende regering bleef zitten.

Al na de eerste inval van de RPF stortte het land zich in een echte burgeroorlog. En hoewel de politiek nog steeds aan het praten was over allerlei zaken zagen beide leiders dat eigenlijk de echte macht berust was op militaire macht en kracht. Alle partijen riepen hun etnische achterban op om de anderen af te maken. Het Rwandese staatsleger bestond uit 35 duizend man en dat van de RPF uit maarliefst 20 duizend goed bewapende mannen en kinderen.

Op 6 april 1994 haalden of de mensen die aan de kant stonden van de RPF het vliegtuig neer van Juvenal Hayarimana neer. Hij kwam terug van vredesbesprekingen in Tanzania.

Toen brak de hel los, diezelfde nacht begonnen de presidentiële legers met wraakacties op andere politici. Met ogenblikkelijke reactie van de RPF die hetzelfde deed. Uit angst begon iedereen voor zijn eigen ras te vechten en zich te verdedigen.

De VN troepen in de buurt mochten niet ingrijpen, uit gevaar. Ze mochten zich alleen verdedigen als ze zelf werden aangevallen. Frankrijk zei meteen dat er moest worden ingegrepen en zond uiteindelijk zelf een leger dat de vluchtelingen zou opvangen. 7 juli, datzelfde jaar trad de RPF met Kagame de hoofdstad Kigali binnen. Daar namen zij de macht over en verboden zij de MRND, andere partijen werden wel toegestaan.

Lang werd er nog door gevochten, tot zelfs over de grens in Congo waar de oorlog een spoor van vernielingen heeft achtergelaten. De oorlog die door ging in Congo werd in 2003 gestopt door de VN die troepen had gemobiliseerd.

Nu is de RPF de grootste partij in Rwanda. Veel mensen zeggen dat het komt door vervalsing van de stemmen. We horen nu op het moment dat Paul Kagame spreekt over een rwanda dat moet afrekenen met zijn verleden. “Wij zijn allemaal Rwandezen.”

Zoek gerust mijn presentatie op!
http://prezi.com/_03zpmieagcq/rwanda-en-het-imperialisme/
Het stuk aan het begin daarvan is een soort inleiding op de situatie in Rwanda voor de 2e wereldoorlog.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.