Monetaire politiek en prijspolitiek

Beoordeling 4.3
Foto van een scholier
  • Spreekbeurt door een scholier
  • Klas onbekend | 662 woorden
  • 21 april 2001
  • 49 keer beoordeeld
Cijfer 4.3
49 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
MONETAIRE POLITIEK is het geheel van maatregelen door de overheid genomen in verband met het muntstuk. Inflatie - is een stijging van algemeen prijsniveau - proces waarbij in een land de geldhoeveelheid sterker toeneemt dan de hoeveelheid goederen. Dit leidt tot prijs- en loonstijgingen en waardevermindering van het geld. Oorzaken van inflatie · Belangrijkste : geldgroei: stijging van de geldhoeveelheid in omloop ( monetaire inflatie) · gestegen olieprijs · een te groot aanbod van geld en krediet en wijzen in dit verband op de snelle een ongecontroleerde expansie van internationale liquiditeiten. · stimuleren van economische groei · fiscus : hij staat enkel afschrijvingen van duurzame productiemiddelen op basis van de historische kostprijs toe. · Militair-industrieel complex dat zich in de meest kapitalistische staten ontwikkeld heeft. · Multinationale ondernemingen door strenge cash flow-politiek gedetermineerde prijzenpolitiek een inflatie van een nog nooit gekende afmetingen veroorzaakt. Cash flow-politiek: winstopdrijving om te kunnen herinvesteren om zodoende de expansiekansen te beveiligen. · Volledige werkgelegenheid werd bereikt door een gigantische bewapening wedloop en ging het inzicht verloren dat de rol van de werkloosheid erin bestaat als demografische regulator op te treden zodat de demografische inflatie een economische inflatie veroorzaakt. Soorten inflatie
a) Bestendiginginflatie : een situatie waarbij de vraag groter is dan de productiecapaciteiten en dan de beschikbare mankracht te bijeenhouden. b) Als de overheid gelijktijdig een herverdelings politiek uitvoert die de consumptie stimuleert, dan dreigt een herverdelingsinflatie de situatie nog te verergeren. c) Looninflatie: stijging van de vergoeding van de factor arbeid boven de arbeid van de productiviteit. d) Kosteninflatie: wanneer de prijzen van de factoren de hoogte in gaan zonder dat de positie van de winst bedreigd wordt. Gevolgen van inflatie · De debiteuren worden voor een deel van de rentelast en van de terugbetaling van de hoofdsom ontslagen ten nadele van de crediteur. Er komt dus een bevoordeling van de ontleners t.o.v. de uitleners. · Alle economische subjecten worden speculanten. Degenen die schulden maken speculeren op de voortzetting van de inflatie; degenen die zoveel mogelijk liquide blijven, speculeren op het afzwakken van de inflatie. Hoe lang de inflatie blijft duren weet immers niemand. · Inflatie lokt een extra belasting uit op alle sociale groepen die niet in staat zijn hun inkomens te laten indexeren. De zwakkere groepen worden hier het meest getroffen. · Mensen verliezen vertrouwen in geld. Men zal sneller consumeren om aan de prijsstijgingen te ontkomen. Directe effecten - Voor bedrijven heeft het een negatief effect op de rendabiliteit. Hun kosten gaan sneller stijgen dan hun afzetprijzen. Brutowinst voor belastingen gaan lager uitkomen. - De overheid haar lopende uitgaven nemen toe. De gezinnen incasseren ongeveer de helft van het directe effect. Indirecte effecten

Deze hangen af van de wijze waarop gezinnen, bedrijven en overheid hun economisch gedrag als gevolg van de prijsstijging veranderen. - Bedrijven : als gevolg van lagere rendabiliteit gaan ze: -hun investeringsplannen neerwaarts bijstellen. -hun werkgelegenheid inkrimpen - Overheid: kan negatieve inkomenseffecten voor gezinnen of bedrijven gedeeltelijk compenseren vb. verlaging van accijnzen
Bestrijden van inflatie
a) Reëel inkomen · Reconversieloon in plaats van werklozensteun. b) Monetair · Het vastleggen eens en voor altijd van de wisselkoersen tussen de partnerlanden. Wat er ook gebeurt met de evolutie van de prijzen, lonen… de waarde van de munt zal in elk geval niet gewijzigd worden. · Een ontwikkeling van de lopende betalingsbalans. Het is voor het monetaire evenwicht van een land van belang geen aanzienlijk overschot op de lopende betalingsbalans tot stand te laten komen, noch een tekort. · Als de reconversie tot de normale functies van het economische leven bestaat, moet het centralegezag overwegend worden, anders vervallen wij in een nieuw corporatisme. (staatsordening op basis van samenwerkende gilden) · Ernstig bezighouden met parlementaire democratie. · Bankbiljettencirculatie controleren. · De productieve krachten op flexibele wijze inzetten ofwel na verloop van tijd stagneren. ( laten vastlopen) Geraadpleegde bronnen: -Economische financiële berichten van 22/09/2000 p23-24 -Boek “Inflatie” van Albert Coppé -Grote Nederlandse Larousse encyclopedie nummer 12 en 16 -Geïllustreerde encyclopedie samengesteld door Winkler Prins redactie -Internet: -http://www.Uum.be/ -http://www.dnb.nl/ -http://fred.vlaanderen.be -http://mineco.fgov..be -Economie voor jou -Euro-pagina inflatie

REACTIES

J.

J.

shitterende presentatie, ik heb hem letterlijk overgenomen en gehouden. Hoe oud ben je en waar woon je?

15 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.