Een niet-massief atoom is opgebouwd uit een positief geladen kern met daaromheen een negatief geladen wolk. Dit ziet er zo uit:
In de negatief geladen elektronenwolk bevinden zich één of meer elektronen. Een elektron heeft een negatieve lading (Eˉ). Een elektron komt overeen met een lading van 1ˉ.
De kern van een atoom is opgebouwd uit protonen en meestal neutronen. Protonen hebben ook een lading. Deze lading is positief (P+). Een neutron heeft geen lading, deze is neutraal (Nº).
In een atoom bevindt zich altijd evenveel positieve als negatieve lading. Dit komt omdat elk altijd evenveel protonen als elektronen bezit. Aangezien het protonen (+lading) gelijk is aan het aantal elektronen (-lading), is de totale lading binnen een atoom gelijk aan nul. Een atoom is daarom altijd elektrisch neutraal.
Het aantal protonen in de kern van een atoom is het atoomnummer. Het atoomnummer is gelijk aan het aantal elektronen.
De atoommassa is het aantal protonen + het aantal neutronen.
Hier zie je een koolstof atoom zoals het in het periodiek systeem uit je ‘binas’ staat. Het atoomnummer van koolstof is 6. Het koolstofatoom heeft dus zes protonen in zijn kern, dus ook zes elektronen. Dit atoom heeft een lading van 6ˉ of 6+.
De atoommassa van dit atoom is 12.011. Dus:
12,011 - 6 protonen/elektronen = 6,011 neutronen.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden