Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Sonny Boy door Annejet van der Zijl

Beoordeling 7.3
Foto van een scholier
Boekcover Sonny Boy
Shadow
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas vwo | 3419 woorden
  • 26 oktober 2012
  • 63 keer beoordeeld
Cijfer 7.3
63 keer beoordeeld

Boekcover Sonny Boy
Shadow

In de herfst van 1928 zien Waldmar Nods en Rika van der Lans elkaar voor de eerste maal. Het is een ontmoeting tussen twee werelden: hij is zwart, zij blank; hij nog geen twintig, zij al bijna veertig; hij is een student uit het exotische Suriname, zij is oer-Hollands, getrouwd en moeder van vier kinderen. Als blijkt dat zij zwanger is van haar zwarte kostganger is he…

In de herfst van 1928 zien Waldmar Nods en Rika van der Lans elkaar voor de eerste maal. Het is een ontmoeting tussen twee werelden: hij is zwart, zij blank; hij nog geen twintig, …

In de herfst van 1928 zien Waldmar Nods en Rika van der Lans elkaar voor de eerste maal. Het is een ontmoeting tussen twee werelden: hij is zwart, zij blank; hij nog geen twintig, zij al bijna veertig; hij is een student uit het exotische Suriname, zij is oer-Hollands, getrouwd en moeder van vier kinderen. Als blijkt dat zij zwanger is van haar zwarte kostganger is het schandaal niet te overzien. De prijs is hoog: Rika verliest haar kinderen, Waldemar zijn geliefde vaderland. Toch weten ze midden in crisistijd een voorspoedig bestaan op te bouwen met elkaar en hun zoon Waldy, hun eigen 'Sonny Boy'. Dan breekt de Tweede Wereldoorlog uit. Terwijl zijn grootmoeder zich ooit ontworstelde aan haar joodse slavenhouder, wagen Waldemar en Rika nu hun leven om joden te redden - met alle consequenties van dien. 

Sonny Boy door Annejet van der Zijl
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Inleiding

Waldemar hield erg van zwemmen in de wilde Surinamerivier, waar ook al mensen in waren omgekomen. Hij was als een vis in het water.

H1

Rika kwam uit een streng katholiek gezin, en behaalde in 1903 haar eerste communie. Ze was de oudste dochter, maar had nog vele zussen. Een paar jaar later trouwde ze met Willem Hagenaar, waar ze vier dochters van kreeg. 20 jaar na hun bruiloft verliet ze hem, en nu was ze een eenzame vrouw. Willem was protestants, waardoor Rika’s ouders haar verboden hem te ontmoeten. De liefde overwon, zo ging Willem zelfs 60 km op de fiets naar de Rooms-Katholieke kostschool. Ze trouwden zonder het bijzijn van Rika’s familie, maar later werden de contacten hersteld. Ze krijgen drie kinderen, en leefden in Den Bosch, vlak bij het werk van Willem, bij de Rijkswaterstaat. De Rijkswaterstaat bepaalt waar hun personeel werkt, en zo werd Willem dijkgraaf op Goeree-Overflakkee. Ze kregen een vierde kind, maar Rika kon maar niet wennen. Ze miste privacy, vrijheid en de sfeer. Er werd veel geroddeld, en de sfeer raakte ontzettend gespannen. Eind februari 1928 vluchtte Rika met Henk (de peuter) naar Den Haag, en trok bij haar zus in. Op aanraden en net als haar zus nam ze een appartement en werd ze hospita. Haar andere kinderen kwamen ook, maar de oudsten hadden heimwee. Haar eerste kostganger was een halfbroer van David Millar, de echtgenote van Christien (familie van Willem) David was financieel directeur bij de KLM, en was een Surinamer die van techniek hield.

H2

Waldemar was een welgestelde jongen uit Paramaribo, zijn ouders hadden genoeg geld om hem te laten studeren. Bij terugkomst zou hij gemiddeld 2x zoveel verdienen als de gemiddelde man. Paramaribo zakte enorm in na de afschaffing v.d. slavernij, maar bloeide weer op bij de goudkoorts. Zijn grootvader was een eenvoudige tamboer, die zich op had gewerkt naar een plantage. Bij een minnares verwekte hij Koos Nods, de vader van Waldemar. Dit was een goudzoeker, die dankzij zijn zelfzuchtigheid een fortuin had weten vast te houden. Behalve geld wilde hij aanzien, en zo trouwde hij met een blanke vrouw, Eugenie Elder in 1904. Tussen 1905 – 1910 kreeg het echtpaar 4 kinderen, waaronder Waldemar. Ze werden rijk opgevoeg, met o.a. een Nanny en een vakantiehuis op Barbados. Ze waren welgemanierd, maar voelden zich niet minder dan de blanken.

Toen in 1914 de Grote Oorlog in Europa uitbrak, ging de Surinaamse economie snel achteruit; ze waren nog erg afhankelijk. Koos probeerde natuurrubber (balata) uit bomen af te tappen met een grootscheepse expeditie, maar raakte door ziektes een groot deel van zijn fortuin kwijt. Gedwongen verhuisde hij met zijn gezin naar het centrum van Paramaribo, aan de rivier. Stilzitten kon hij niet, want hij trok naar Rio de Janeiro, in het bijzijn van zijn 2e vrouw. Waldemar verveelde zich nooit; zo was er vanaf het balkon altijd van alles te zien. Zijn vader zag hij zelden, maar als hij hem zag vertelde Koos prachtige verhalen over Brazilië. Eugenie werd stiller en stiller, en de meeste aandacht was voor de dromerigste van allemaal: Waldemar. Op 10 december 1918 was de Grote Oorlog afgelopen. Vele Surinamers dachten dat de economie zou herstellen, maar ze zakte door een griepepidemie nog verder weg. Alle wereldprijzen daalden en Suriname had Holland’s geld nodig om rond te komen. Iedereen die kon verliet Suriname. Koos was definitief vertrokken, en Eugenie kwam bijna niet meer rond; een hotel had te weinig aantrekkingskracht. Omdat Decy op 16-jarige leeftijd op Curaçao fortuin ging zoeken, was Waldemar zijn moeders enige hoop naar school te gaan. Vanaf 1923 ging hij naar de Hendrikschool, die eerst een school voor alleen blanken was. Waldemar was een goede leerling, maar hing liever rond in de stad dan dat hij leerde. Zijn onbezorgde leven eindigde toen Waldemars moeder in 1924 met spoed werd opgenomen in het ziekenhuis, en op 50-jarige leeftijd overleed aan een blindedarmontsteking. Ze trokken in bij tante Marie, die getrouwd was met een ambtenaar. In 1926 slaagde Waldemar voor zijn examen. Op 22 oktober 1927 vertrok Waldemar dan naar Holland, waar zijn halfbroer David Millar hem onder zijn hoede zal nemen. De SS Oranje Nassau voer uit, een nieuwe toekomst tegemoet, om de droom van zijn moeder te verwezenlijken. Een Deense medepassagier overleed, en de familie weigerde een zeemansgraf. Zodoende stonk het hele schip de rest van de reis. Na een flinke storm te hebben gehad kwamen ze 4 dagen voor op schema de haven van Amsterdam binnen.

H3

Doordat de Denen moeilijk deden duurde het nog een week voor Waldemar van boord mocht, maar in zijn gastgezin was hij niet welkom. In Den Haag werd hij vaak raar aangekeken, en zo was hij een jaar later nog nergens, toen hij naar het pension van een nicht van Christien moest verhuizen; hij had zelfs geen warme kleren, en het was November! 20 November 1928 kwam Waldemar bij Rika, en raakte erg snel vertrouwd met de familie. Rika had iemand die naar haar luisterde, en werd weer helemaal de oude. Ook de familie vond Waldemar erg sympathiek. Ze werd zelfs verliefd, en raakte zwanger van Waldemar! Hij werd net 21 voor de geboorte van zijn kind. Wim, de oudste zoon, was erg boos geworden toen hij hoorde dat zijn moeder zwanger was, en samen met zijn broertje met het geld van de kerk naar Goeree gevlucht. Vader was woest, en nam een advocaat in de hand, terwijl de rest van de familie haar verafschuwde. Op 18 november 1929 werd Waldemars zoon geboren, Waldy, of wel Sonny Boy. Ze raakte in armoede, en gaf iets later de strijd op haar kinderen te behouden, iets wat ze later ‘de domste beslissing uit haar leven’ noemt. Door de instorting van de Amerikaanse beurs was de Nederlandse economie flink ingezakt; Waldemar en Rika hadden geen geld en geen baan! Zo werden ze hun pand uitgezet en zworven ze van huurpand naar huurpand. Het contact met de kinderen was door vader tot een minimum beperkt, maar brieven werden er nog elke week door Rika verzonden. Na diploma’s gehaald te hebben kreeg Waldemar een baan bij de Hollandsche Hypotheekbank als boekhouder, en vond het paar een pand in Scheveningen. Door de inflatie waren alle prijzen enorm gestegen, en waren er stakingen gekomen. Waldemar gaf zijn baan op, en ze kochten een huis in het midden van Scheveningen, om pension Nods te beginnen. Alle klanten waren enorm tevreden, maar het gemis van de kinderen hield niet op; Bertha was de enige die brieven terug schreef, Wim en Jan negeerden moeder. Opnieuw verhuisden ze, naar een veel te duur pand dat zich volgens Rika wel zou terugbetalen. Zelfs Bertha keerde zich nu deels af, doordat moeder tegen de afspraak in haar toch mee naar huis had genomen. Rika had zich erbij neer te leggen, en stortte al haar liefde en kracht in de Waldy’s en in het pension, dat beter draaide dan ooit. 

H4

Ondanks de crisis liep het geweldig met ‘Pension Walda’, zodat de familie in 1934 naar een huizenblok kon gaan. De appartementen waren prima, en het pension werd nog populairder. In Duitsland had Hitler de economie hersteld, en in Nederland werd er op de NSB gestemd. Rika nam er 4 Poolse dienstmeisjes bij (ze had Agnès al) en begon nu ook met verkopen/hypotheken, aangezien haar huisbaas het moeilijk kreeg. De familie van Rika weigerde nog steeds het meeste contact, maar Waldy ging geregeld langs bij zijn grootouders. Willem en de kinderen waren voor zijn werk naar Groningen verhuisd, wat Bertha niet leuk vond. In 1935 verbrak Bertha tijdelijk het contact, terwijl ze ontzettend naar haar moeder verlangde. Zij en Henk gingen wel elk jaar op bezoek, voor Henk werd alles duidelijker. De broers en zussen van Waldemar waren over de hele wereld verspreid geraakt, en zelf werd hij nog niet helemaal gerespecteerd in Nederland. Hij werkte weer bij de bank, fietste en zwom graag, en zijn vrije tijd besteedde hij aan literatuur. Suriname leefde door bauxiet weer op, maar hij bleef bij zijn rots in de branding; Rika. Na van een kleuterschool af te zijn gehaald vanwege zijn huidskleur kwam Waldy op een eliteschooltje, met artistieke ouders. Hij deed ontzettend veel samen met zijn vader, en was populair bij de gasten. Elke week kwam er een brief van Bertha. In december 1936 werd Waldy erg ziek, ontstekingen in nieren en longen. Hij overleefde het net, en Rika was overtuigd dat haar zonden teveel waren geworden; ze hing crucifixen op en ging nu wekelijks naar de kerk met Waldy. Op 17 maart 1937 trouwden Rika en Waldemar sober, en iets later mocht Waldy niet meer terug naar zijn oude school; hij ging nu naar de Katholieke school in Scheveningen. Daar werd hij uitgescholden, vooral om zijn huidskleur. Aan de andere kant kreeg hij een hondje (Topsy) voor zijn 8e verjaardag, en verhuisden ze naar een kolossaal pand met zeezicht.

H5

1938 was een topjaar, zowel voor het Pension in hun nieuwe onderkomen, als voor Adolf Hitler. Waldy logeerde op Goeree en ging daarna weer naar Zwitserland (kuur met berglucht), terwijl moeder haar gemis verborg door gasten te helpen. Het antisemitisme in Duitsland nam toe, waardoor veel joden zich in Nederland, specifieker in Scheveningen vestigden. In Europa was een ware revolutie gaande, en Hitler was nu definitief aan de macht gekomen. Na Kristallnacht was de 2e Wereldoorlog een feit. De familie Nods maakte plannen om naar Suriname te emigreren, hoewel Rika flink twijfelde; het ging beter tussen de kinderen. Bertha zag ze nu veel vaker, nadat ze in Groningen was geweest. Ze had zelfs Wims aanstaande gezien!

 Bertha had een vriendje, die moeder niet zo zag zitten, en dus legde ze de eisen van het huwelijk uit. Waldy had een fijne tijd, en in februari 1940 werd het Nederlandse leger gemobiliseerd; er kwamen soldaten in pension Walda. Op 10 mei 1945 liep het mis, en schoten de vliegtuigjes over de zee. Er werden voor hun pension 2 vliegers beschoten, en de oorlog was losgebarsten. De Koninklijke familie was inmiddels naar Engeland gevlucht, en na het bombardement op Rotterdam gaf Nederland zich op 15 mei 1940 over. De noodvoorraad werd aangelegd, de briefverbinding werd gestaakt. Het leven ging vrij normaal verder, wel met overal Duitse militairen. Bertha kwam naar Den Haag om bij de Brandweerinspectie te werken, en bezocht ze dagelijks. Henk schreef nu ook brieven terug, en kwam zelfs regelmatig langs, dan wel niet met een neef. Ook arriveerde er een dikke brief van Jan, die met zijn oudere broer werd meegetrokken in de moederhaat. Hij was in Groningen uit huis gezet na een affaire met een katholiek meisje, en de rest van de familie probeerde zijn leven weer op orde te krijgen. Bij het kerstdiner was zowel Jan als Bertha aanwezig. Wim bleef moeder afwijzen, die nu een huisartsenpraktijk had in Friesland. Hitler verloor operatie Barbarossa, en nam drastische maatregelen; de Atlantikwall liep door Scheveningen, en de familie Nods werd hun huis uitgezet, naar een tijdelijk appartement in Rijswijk.

H6

Rijswijk was saai, en dus trokken ze bij een vriendin van Rika in, op de bovenste etage. Waldemar haalde diploma’s, maar werd nu ergens anders boekhouder. Scheveningen werd grauwer en grauwer en alle jonge mannen moesten voor de Duitsers werken. Stiekem verborgen de Nods ook Joden! De slag bij Stalingrad mislukte, en dus ging Hitler nu voor de Endlösung; de jacht op de Joden was geopend! De treinen reden vanaf 14 juli 1942 en ook Waldy zag veel bekenden opgepakt en afgevoerd worden, zoals de bakker. Er ontstond veel verzet, dat zich samenvoegde tot de LO (Landelijke Organisatie vuur Hulp aan Onderduikers). De Nodsen waren ideale kandidaten als onderduikadres, door hun kleine gezin, grote huis, geloof en ervaring met gasten. Ze kregen een vergoeding per onderduiker en voedselbonnen, en Rika was erg nonchalant over haar illegale praktijken Kees Chardon was een jonge Delftse advocaat met wie Rika het goed kon vinden. Hij streed voor de joden, en bracht ze onder op de juiste plekken. Rika’s pension functioneerde als doorgangshuis.

Het Haagse politiekorps was erg trouw gebleven, en de Documentatiedienst had ook een grote afdeling. Joden werden gezocht alsof het een sport was. Na 2 incidenten leek de kust voor het pension weer veilig, maar alles werd in oktober 1943 ontruimd; ze kregen een bovenhuis in de Pijnboomstraat aangewezen, 2 etages, 5 kinderen herbergend als excuus. Dobbe Franken was één van de onderduikers, met haar man Herman. Ze was geen schim van voor de oorlog, want de 21-jarige dochter van een Joodse rechter durfde met niemand meer contact te leggen. Door haar valse identiteit had ze een baan als schoonmaakster, hoewel ze later deze maanden als ‘de ergste van haar leven’ zou betitelen. Zo ook Gerard van Haringen. Hij had zich als 17-jarige aangemeld bij de SS Waffen, maar de realiteit was anders dan de jongensboek verhalen over militairen. Zo kwam hij via Kees Chardon bij Rika terecht, en hij had het ontzettend naar zijn zin. Door zijn Arische uiterlijk kon hij ook makkelijk boodschappen doen, en andere klusjes. Waldy miste de zee, zijn vriendjes, maar had nu een ’broer’! Dinsdag 18 januari 1944. Verraden. Alle bewoners werden afgevoerd naar het politiebureau, en Waldy voelde zich erg alleen. Rika wilde in tegenstelling tot Waldemar geen verklaring afleggen, en Gerard verraadde Kees Chardon.

Kees Chardon werd met zijn hele verzameling onderduikers opgepakt, ondanks vele vluchtpogingen. Bertha seinde het nieuws van de arrestatie door aan de rest van de familie, terwijl Waldy weer werd vrijgelaten, en tijdelijk bij zijn grootouders woonde. Zijn ouders zaten namelijk in het Oranjehotel, de Polizeigefängnis.9 dagen later vertrok er een trein, met onder andere Dobbe en Herman. In erbarmelijke omstandigheden zaten ze in de trein, om in Auschwitz tot het besef te komen dat het leven hier ophield. Door een impulsieve actie kwam ze alsnog bij de werkers.

H7

Hun zevende trouwdag vierden ze in de gevangenis, in aparte cellen. Rika kwam in de cel bij Paula Chardon, en al snel waren ze dikke vriendinnen. Ze kende het doen en laten in de gevangenis nu al steeds beter. Na een stevig verhoor kwam Rika zeer aangeslagen terug, ze was zelfs geslagen! Kees J. Kaptein was een echte jodenhater, die almacht wilde! Gelukkig mocht Rika samen met Waldemar teruglopen naar de gevangenis, wat veel goedmaakte. Paula werd vrijgelaten, Waldemar, Kees en zijn vader moesten naar het Nederlandse kamp in Vught. De omstandigheden waren hier prima; redelijk eten, schone toiletten en goede bedden. Er moest wel veel gewerkt worden. De onwetendheid vindt Waldemar het ergst, terwijl Rika nog steeds stug volhield tegen Kaptein, en dus nog in de cel zat. Kees en Rika kregen levenslang, en moesten dit uitzitten in Vught. Minimaal 1x zagen Waldemar en Rika elkaar, maar mede dankzij Kees Kaptein werd Waldemar als ‘zwaar geval’ op transport gezet naar Duitsland.Waldemar kwam terecht in KZ Neuengamme, wat eerst een buitenkamp was. Door zijn opvallende huidskleur werd hij een attractie, waardoor hij ‘mens’ bleef. Met Rika ging alles minder, maar ze bloeide op toen ze het nieuws van Waldemar hoorde en voor Philips mocht werken. Het doel van Philips was stiekem zoveel mogelijk mensen heelhuids de oorlog door te krijgen. Waldemar werkte nu op de postafdeling, en behoorde tot de elite van het kamp; hij had zijn eigen bed! De Nederlandse wachters op Vught werden vervangen door Duitsers, en door de radio’s bij Philips hoorden ze dat de geallieerden hun opmars maakten. De Nederlandse grens was al in zicht, en Waldy joelde de vluchtende NSB’ers toe op dolle dinsdag. Maar in de laatste uren vertrok er een lange goederentrein uit Vught, noordnoordoost.

H8

Rika kwam aan in Ravensbrück, maar het was verschrikkelijk; geen bedden, vodden en zwaar overbevolkt. Veel vlooien maakten de situatie nog onplezieriger. Waldemar wist niets over de situatie van Rika, wat hem ergerde. Zij werkte inmiddels gedwongen 12 uur per dag voor Siemens, en de vrouwen hielden elkaar met vriendschap in leven. Moreel stortten ze bijna in toen ze van de dagelijkse praktijken in Auschwitz hoorden, maar Rika bleef sterk. Het was inmiddels december 1944, en er waren veel besmettelijke ziektes op Ravensbrück. Heel Duitsland, en vooral alle kampen waren in enorme chaos. Alles was overbevolkt, en de controle totaal verdwenen. Waldemar maakte zich nog steeds zorgen, en heel af en toe kwam er een snippertje nieuws het kamp binnen. Er werd een gaskamer gebouwd in Ravensbrück! Al snel wist iedereen dat je moest voorkomen uitgekozen te worden voor de ‘Jugendlager’, want verzorging kreeg je niet, en alleen de zieken die beter werden kwamen er levend vandaan. In februari werd Rika geselecteerd, en ze zat niet bij de 20 die levend uit de Jugendlager kwamen….Het postkantoor was opgeheven, en Waldemar werkte nu op de administratie van de weverij. Anton de Kom, een mede-surinamer, zat nu ook in dat kamp. Toen heel Duitsland smeulde onder explosies en bomaanslagen, werd het kamp opgedoekt, en iedereen werd naar het Noorden, naar zee verplaatst. Kees Chardon en Anton de Kom overleden ook, terwijl het kamp weg was. Waldemar werd naar een luxe schip gebracht met nog 600 gevangenen, op de Oostzee. Wat hier de bedoeling van was is onduidelijk, maar fijn was het wel op de Cap Arcona! Terwijl Hitler zelfmoord pleegde en de geallieerden oprukten, was het 3 mei.

H9

Nadat Waldy van familielid naar familielid was verhuisd, kwam hij in een Noord-Hollands pleeggezin. Daar kreeg hij dan ook de brief met het bericht dat zijn moeder was overleden, die dag aan de gevolgen van Dysenterie. Toen hij in Den Haag hoorde dat zijn vader bij een tragisch bootongeluk ook was overleden, was er eindelijk zekerheid. Hij kreeg ‘n kamer bij zijn grootouders, met ‘hun’ meubels De echte resultaten van de oorlog druppelden de wereld binnen, en zo bleek de groep Chardon volledig omgekomen te zijn, net als Herman de Bruin. Dobbe Franken en Gerard van Haringen overleefden alle ellende, en konden hun leven opnieuw opbouwen Suriname was trots, de rollen waren omgedraaid; zij hielpen Nederland. Scheveningen stond weer open voor toeristen, zo gehavend als het was. Het Oranjehotel zat vol fascisten, en o.a. Kees Kaptein werd gestraft, hij met de doodstraf. De verrader zou onbekend blijven, hoewel iedereen er zijn mening over had. Waldy was inmiddels zijn levenslust totaal kwijt, en erg stil geworden. Hij verhuisde naar zijn tante Hilda, met wie het ook steeds slechter ging door haar tijd in de kampen. Hij studeerde en trouwde, wat allebei misliep. Ook kreeg hij een baan als journalist en werd zijn naam officieel weer Nods. Waldy kon er niet meer tegen. Met zijn tweede gezin was hij geëmigreerd naar Suriname, maar psychiaters schoten tekort. Hij ging naar Duitsland en probeerde het van zich af te schrijven, maar niets hielp. Hij huilde, als vijftigjarige man. 

Het waren geallieerde bommenwerpers die de Cap Arcona per ongeluk lieten zinken. Hij bereikte zwemmend de kust, maar werd door in de duinen liggende Duitse jongeren doodgeschoten

 

REACTIES

A.

A.

Goed

5 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Sonny Boy door Annejet van der Zijl"