Nederlands - Reinaert de vos
Samenvatting
Het boek begint met een hofdag. Eens per jaar komen alle dieren bij elkaar. Dan kunnen ze orde op zaken stellen en alle klachten vertellen. Dit onder leiding van koning Nobel. De klachten gaan dit jaar vooral over Reinaert, die allerlei gemene streken heeft uitgehaald. Zijn neef Grimbeert, de das, die Reinaert verdedigt. Dat doet hij door de klagers op hun eigen fouten te wijzen. Pas als Cantecleer, de haan, op het toneel verschijnt worden de klachten pas echt serieus. Reinaert heeft Cantecleer plechtig beloofd om zijn familie geen kwaad meer te doen. Cantecleer gelooft hem en laat zijn familie buiten de omheining. Daarop doodt Reinaert Coppe, de dochter van Cantecleer.
Bruin, de beer, wordt op pad gestuurd om Reinaert te halen. Hij houd erg van honing en daar maakt Reinaert gebruik van. Hij vertelt dat in een spleet van een boom veel honing zit. Als Bruin daarnaar zoekt trekt Reinaert de wiggen eruit. Bruin zit vast en als hij zich heeft losgescheurd rennen de boeren uit het dorp hem achterna. Bruin sleept zich naar het hof, helemaal bebloed.
De koning wordt verschrikkelijk boos en nu wordt Tibeert, de kater, opgedragen om Reinaert te halen. Reinaert vertelt Tibeert dat in de tuin van de pastoor veel muizen zitten. Hij weet van de vossenklem, die er staat bij het gat in het hek. Tibeert raakt erin vast en krijgt een geweldig pak slaag van de familie van de pastoor. Tibeert bijt in het geslachtsdeel van de pastoor. Tibeert kan nu ontsnappen en gaat zwaar toegetakeld terug naar het hof.
Grimbeert, de das, biedt zelf aan om zijn oom Reinaart op te halen. Natuurlijk zoekt hij hem op in zijn kasteel Mauperthuus. Reinaert gaat mee en hij biecht hem al zijn streken op. Grimbeert gelooft hem, tegen beter weten in.
Reinaert wordt voor de rechtbank gebracht en iedereen mag zijn klachten laten horen. Uiteindelijk wordt hij ter dood veroordeeld. Isengrijn, de wolf, wil Reinaert aan dezelfde strop laten hangen als waaraan zijn broers hebben gehangen. Bruin, Isengrijn en Tibeert gaan op weg om vast te maken.
Nu zij weg zijn wil Reinaert voor de koning en de andere dieren zijn zonden nog eens opbiechten. Hij verzint een list door in te spelen op de hebzucht van koning Nobel. Hij vertelt hem van een schat, die hij ergens begraven heeft. Daarna vertelt hij van een moordaanslag op de koning en de koningin.
Reinaert beschuldigt Grimbeert, zijn eigen neef, en zijn eigen vader. Ook Isengrijn en Bruin worden op een gluiperige manier verraden. De vos vertelt aan de koning en de koningin waar de schat verborgen is. Ze zijn zo hebzuchtig dat ze hem op zijn woord geloven en verlenen hem gratie. Hij gaat tenslotte op pelgrimstocht om boete te doen voor al zijn zonden.
Bruun, Isengrijn en Hersint worden zwaar gestraft. Hun huid en klauwen worden afgestroopt. Daarvan worden de pelgrimstas en schoenen gemaakt voor Reinaert, op zijn verzoek. Belijn en Cuwaert worden door Reinaert gevraagd om met hem mee naar Mauperthuus te gaan. Daar aangekomen moet Belijn even buiten de poort wachten. Binnen loopt Cuwaert in de val en hij wordt vermoord. Belijn wordt gevraagd om een speciale brief in de pelgrimstas naar de koning te brengen. Aangekomen bij het hof blijkt in de pelgrimstas het afgebeten hoofd van Cuwaert te zitten. De koning begrijpt dat hij bedrogen is en zweert wraak. Reinaert had dat al zien aankomen en is met zijn familie gevlucht. Als goedmakertje krijgen Isengrijn, Bruun en Belijn aangeboden. Zij verzoenen zich met de koning. En Reinaert is nergens meer te zien.
A-Vragen
1. Hofdag in het dierenrijk (vers 1 tot 496)
- Mensen werden door middel van de proloog enthousiast gemaakt voor het verhaal dat ging komen, dus als de verteller een spannende proloog had, wilden de mensen ook graag naar het verhaal blijven luisteren.
- Isengrijn - Reinaert verkrachtte zijn vrouw
Courtois - Reinaert stal van hem een worst
Pancer - Poging tot moord van Reinaert op Cuwaert
Cantecleer - Reinaert had Coppe vermoord
Uiteindelijk werd op grond van Cantecleers klacht tot vervolging van Reinaert besloten - - Reinaert zei dat hij kluizenaar was geworden
- Cantecleer wist dat de koningsvrede van kracht was, dus Reinaert mocht hem en zijn familie niks aandoen.
2. Willem die Madocke maakte: literaire productie in de Middeleeuwen
- Het was heel erg duur om een boek te maken, dus er was wel iemand nodig die dit kon betalen.
- Vaak noemt de schrijver zijn naam niet in het verhaal, en
als hij het wel doet, dan doet hij dat in de loop van de proloog. Willem maakt zijn naam gelijk aan het begin van de
proloog bekend.
10. Er werden niet veel exemplaren van een boek gemaakt. Als er weinig exemplaren zijn, gebeurt het snel dat het boek weg is, dat er geen exemplaren meer van te vinden zijn. Ook werd vaak het boek bij het kopiëren verkeerd overgeschreven, dus had je geen boek meer die dezelfde tekst had als het origineel.
3. Lotgevallen van een beer (vers 497 tot 1042)
14. Bruun is zo hebberig wat betreft de honing, dat hij de regels vergeet en Reinaert met ‘jij’ en ‘lieve neef’ aanspreekt.
15. a) “Matigheid is onder alle omstandigheden goed” Dit betekent zoiets als: te veel is altijd slecht, laat het altijd gematigd
b) Bruun is heel erg hebberig naar de honing en ook vast niet van plan er matig mee te doen. Waarschijnlijk wil hij alles opeten.
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden