Samenvatting Gedicht blok 1
Eindrijm: Woorden die op het eind van een versregel rijmen.
Gedichten die helemaal geen rijmende woorden bevatten, noemen we rijmloos.
We onderscheiden drie soorten eindrijm:
Wat voor soort
Definitie
Voorbeeld
Mannelijk of staand rijm
Na de rijmende lettergreep volgt geen andere lettergreep meer
rok – stok, verdergaan – overslaan, lief – dief
Vrouwelijk of slepend rijm
Na de lettergreep met de klemtoon volgt nog een lettergreep zonder klemtoon
zeuren – kleuren, boeren – loeren
Glijdend rijm
Na de lettergreep met de klemtoon volgen nog twee lettergrepen zonder klemtoon
kinderen – hinderen, huwelijk - afschuwelijk
Beginrijm of alliteratie: Het rijmt niet echt zoals de anderen, alleen de eerste letters zijn gelijk.
Voorbeelden: Hele, hoge, hakken – heerlijk, helder, Heineken – wie weet waar Willem Wever woont
Rijmschema: De manier waarop de rijmwoorden aan het eind van de versregels geordend zijn.
- Gepaard rijm: Bij dit rijmschema staan de rijmwoorden in paren:
Op een dag vroeg in de morgen a
Maakte oom Wilfried zich grote zorgen a
Zijn vrouw probeerde hem te sussen b
Door hem zachtjes op zijn hoofd te kussen b
- Gekruist rijm: Hierbij wisselen de rijmwoorden elkaar om en om af:
Zijn buurman vond de ganzenjacht a
zo’n prachtig mooie sport b
Dus Piet moest mee, hoewel hij dacht a
Doe mij maar een ganzenbord b
- Omarmend rijm: De eerste en vierde en de tweede op de derde versregel rijmen op elkaar
Mijn boer kreeg nieuwe buren a
Nieuwsgierig volk, zo bleek b
Want als hij naar binnen keek b
Zag hij ze steeds weer naar buiten gluren a
Strofe: Een alinea in een gedicht
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden