Samenvatting Hoofdstuk 4

Beoordeling 9
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 3e klas vwo | 539 woorden
  • 11 maart 2019
  • 9 keer beoordeeld
Cijfer 9
9 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Methode
ADVERTENTIE
Fix onze energie!

Studeer energie & techniek. Iedereen staat te springen om jou! We hebben namelijk veel technische toppers nodig die de energie van morgen fixen. Met een opleiding in energie & techniek ben je onmisbaar voor de toekomst. Check Power Up The Planet en ontdek welke opleiding het beste bij je past! 

Check Power Up The Planet!

4.1
hoe kracht met beweging samenhangt.

  • De gemiddelde snelheid reken je uit met Vgem = S / T. Hierbij is V de gemiddelde snelheid in m/s, S de totale afstand in meters en T de totale tijdsduur in seconden.
  • Uit een (s,t)-diagram kun je de snelheid halen door de steilheid re bepalen.
  • Uit een (v,t)-diagram kun je de afstand halen door de oppervlakte te bepalen.
  • Meewerkende krachten op een lijn tel je bij elkaar op, tegenwerkende krachten haal je van elkaar af.
  • Een resulterende kracht zorgt voor een verandering van snelheid.
  • Resulterende kracht = de som van alle krachten.

4.2
wanneer kracht arbeid verricht en hoeveel.

  • Als een kracht een voorwerp in dezelfde richting verplaatst, verricht deze kracht arbeid.
  • Arbeid verrichten op een voorwerp verandert de energie van dat voorwerp.
  • Je berekent de arbeid met W = F x S. Hierbij is W de arbeid in joule, F de kracht in Newton, en s de verplaatsing in de richting van de kracht in meters. F en s moeten in de zelfde richting wijzen.
  • Tegenwerkende krachten, zoals wrijvingskracht, verrichten negatieve arbeid.
  • Door negatieve arbeid neemt de energie van het voorwerp af.
  • De hoeveelheid negatieve arbeid is gelijk aan de ontstane warmte.
  • Om de arbeid van een variabele kracht uit te rekenen bereken je het oppervlakte onder de (F,s)-grafiek.
  • Een negatieve kracht zorgt voor een negatief oppervlak.
  • Variabel = onregelmatig, maar afhankelijk van bepaalde dingen; hiermee onbepaald.
  • Wrijvingskracht werkt tegengesteld aan de verplaatsing.

4.3
de principes achter veiligheidsmaatregelen in het verkeer.

  • Bij een noodstop bepalen de snelheid, reactietijd en remkracht de totale stopafstand.
  • De afstand die je aflegt tijdens de reactietijd wordt de reactieafstand genoemd.
  • De kreukelzone is de zone aan de voor- en achterkant die in elkaar kan kreukelen. Zoals het einde van een rietje.
  • De kreukelzone verricht bij een botsing negatieve arbeid om de auto tot stilstand te brengen.
  • Hoe groter de kreukelzone hoe kleiner de botskracht.
  • Bij een botsing komen auto’s volledig tot stilstand. De botskracht remt de auto af. Botskracht is het tegengestelde van verplaatsing, verricht hij negatieve arbeid die de bewegingsenergie wegneemt.
  • Gordels, airbags en helmen verrichten negatieve arbeid.
  • Zij vergroten de stopafstand van de passagiers om zodoende de stopkracht te verkleinen.
  • Reactietijd = tijd van zien tot doen. Alles ertussen is reactietijd.
  • Reactieafstand = afstand die je aflegt tijdens de reactietijd.
  • Remweg = afstand die je aflegt na de reactieafstand.
  • Stopafstand = reactieafstand + remweg.
  • De hoofdsteun voorkomt nekletsel.
  • De kracht die de passagiers tot stilstand brengt, noem je stopkracht.

4.4
hoe een kracht de snelheid van veranderen.

  • Kracht die een bepaalde tijd werkt, resulteert in een stoot.
  • Je rekent de stoot uit met: stoot = F x ? t.
    Hierbij is stoot in newtonseconde (Ns), F de kracht in Newton, en ? t de tijd dat de kracht werkt in secondes.
  • Bij gelijke stoot krijgen zware voorwerpen een kleinere snelheidsverandering dan lichte voorwerpen.
  • De formule voor stoot en beweging F x ? t = m x ? v. Hierbij is F de kracht in newton, ? t de tijd dat deze kracht aanhield, m de massa van het voorwerp in kg, ? v de snelheidsverandering die het voorwerp ondergaat in m/s.
  • Snelheidsverandering = eindsnelheid – beginsnelheid.
  • Stoot kan een voorwerp ook afremmen.
  • De snelheidsverandering bij een omkering is gelijk aan de som van de begin- en eindsnelheid

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.