Samenvatting Nectar: Hoofdstuk 3 Waarnemen
3.1 Prikkels
Prikkel = invloed uit de omgeving
Zintuig = orgaan dat een prikkel kan opvangen en omzetten in impulsen
Impuls = elektrisch signaaltje
Zenuwstelsel = zenuwen, ruggenmerg en hersenen
- Zintuig vangt prikkel op en maakt impuls
- Impuls gaat via zenuwen/ruggenmerg naar de hersenen
- Impuls komt aan in hersenen bewustwording van prikkel reactie
- Impuls om spier te bewegen gaat van hersenen naar zenuwen/ruggenmerg
- Impuls komt aan in spier spier beweegt
Leer ook bron 1 en 4
3.2 Ogen
Traanklier > maakt traanvocht aan tegen uitdroging en vuildeeltjes
Traanbuis > voert vocht en vuil af naar je neusholte
Je ogen liggen in je oogkassen.
De wenkbrauwen en oogleden met wimpers beschermen je ogen tegen stof en zweet.
Iris = gekleurde gedeelte van oog; bevat spiertjes waarmee het regelt hoeveel ligt er door de pupil valt
Pupil = opening in je iris waar het licht door gaat
Harde oogvlies = buitenste beschermlaag van je oog (oogwit)
Hoornvlies = voorste gedeelte van harde oogvlies; doorzichtige gedeelte voor de iris
Vaatvlies = laag met bloedvaatjes (voeren zuurstof en voedingsstoffen aan)
Netvlies = laag met lichtgevoelige zintuigcellen die de lichtprikkels opvangt. Prikkels worden hier omgezet in impulsen. Bevat kegeltjes (kleur) en staafjes (licht-donker)
Oogzenuw = vervoert impulsen van het netvlies naar de hersenen
Gele vlek = plaats op het netvlies recht achter de pupil, waarmee je het beste kunt zien
Blinde vlek = plaats waar de oogzenuw aan de oogbol vastzit. Op deze plek ontbreekt een stuk netvlies
Lens = Zorgt door lichtbreking voor een scherp beeld op het netvlies
Glasachtig lichaam = Doorzichtige gel waarmee de oogbol gevuld is
Oogspieren = zes spieren per oog om de oogbol te bewegen
3.3 Horen Geluid = luchttrillingen (golven)
Aantal trillingen per seconde = Hertz
De hardheid van geluid meet je in decibels Oor bestaat uit:
- Oorschelp vangt trillingen op.
- Gehoorgang holte voor het trommelvlies.
- Trommelvlies vangt trillingen op en geeft ze door aan de gehoorbeentjes.
- Trommelholte holte achter het trommelvlies waar de gehoorbeentjes liggen.
- Gehoorbeentjes trillingen gaan achtereenvolgens via hamer – aambeeld – stijgbeugel.
- Slakkenhuis bevat de zintuigcellen die trillingen omzetten in impulsen.
- Gehoorzenuw geven de impulsen van het slakkenhuis door aan de hersenen.
oorschelp → gehoorgang → trommelvlies → trommelholte → gehoorbeentjes → slakkenhuis → gehoorzenuw
Gehoorbeschadiging > haartjes van zintuigcellen in slakkenhuis raken beschadigd Buis van Eustachius:
- loopt tussen trommelholte en keelholte.
- regelt de luchtdruk in je trommelholte (en de druk op het trommelvlies)
Leer ook bron 1 en 2
3.4 Ruiken en proeven
Neusholte bevat neusslijmvlies > houdt neusholte vochtig en bevat reukzintuig.
Vier smaken: zoet, zuur, zout en bitter
Proeven = samenwerking reuk (neus) en smaak (tong)
Naast je ogen gebruik je ook je koudezintuigen, warmtezintuigen en tastzintuigen.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden