Hoofdstuk 3, Twee wetten van Newton

Beoordeling 5.4
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • vwo | 172 woorden
  • 21 juni 2002
  • 75 keer beoordeeld
Cijfer 5.4
75 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Par 3.1: De traagheidswet van Newton •De eerste wet van Newton: Als een voorwerp géén kracht ondervindt, is het in rust of beweegt het eenparig in een rechte lijn. •Omdat voorwerpen een zekere traagheid bezitten, wordt de eerste wet van Newton ook wel de traagheidswet genoemd. •De eerste wet van Newton kan je ook zo formuleren: massa is traag (hoe meer massa, hoe trager) Par 3.2: De krachtwet van Newton •Nettokracht wordt ook wel de resultante genoemd. •I: Bij gelijke krachten krijgt een grote massa een kleine versnelling

II: Bij gelijke massa’s zorgt een grote kracht voor een grote versnelling •Vaak werken er op een voorwerp meer krachten tegelijk. Als ze samen niet nul opleveren onstaat volgens Newton een versnelling. •Resultante (Σ) wordt ook wel “som” genoemd. •De kracht die aan 1kg een versnelling van 1/ms² geeft, heet 1 newton (1 N) •Met een geijkte veer meet je krachten •Met een balans vergelijk je massa’s
Aanduidingen en formules
Kracht = N
Massa = m
Versnelling = a
Resultante = Σ Zwaartekracht = Fz ΣF = m • a
1 N = 1kg • 1 m/s²

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.