Par 2.1
Voor mensen en dieren is de temperatuur van levensbelang. Warmte is een soort energie en dat kost geld omdat het kan opraken. Isolatie zorgt dat de warmte niet naar buiten kan.
Par 2.2
Stroming van warmte gaat samen met de stroming van een gas of vloeistof. Door stroming van de lucht kan de warmte zich via de stof verspreiden en zorgen dat de hele omgeving warm wordt en niet alleen bij de warmtebron.
Per materiaal geleid de warmte anders. Hout wordt bijvoorbeeld niet warm en ijzer wel.
De vaste stoffen die slecht geleiden heten isolatoren. Hoe groter de temperatuur is tussen twee plaatsen van de geleider des te sneller wordt de warmte doorgegeven.
Par 2.3
In de ruimte is het grootste deel leeg en kan dus geen warmte geleiden maar toch kan de zon warmte sturen naar onze planeet door middel van straling.
Die straling wordt ook wel infrarood genoemd. Een voorwerp met een hoge temperatuur straalt per seconde meer warmte uit dan een voorwerp met een lage temperatuur.
Gladde en glanzende voorwerpen kaatsen de warmtestraling goed terug. Ruwe, doffe en zwarte voorwerpen absorberen de straling goed. Door de speklaag van een zeehond kan hij warm blijven. In een thermostaatkan kan de koffie warm blijven door het piepschuim en de vacuüm gezogen glaswand.
Par 2.4
Je lichaamstemperatuur is ongeveer 37 graden en sta je dus vaak warmte uit aan de buitenlucht die kouder is. Wanneer een voorwerp evenveel warmte opneemt als afstaat, dan blijft zijn temperatuur gelijk. Dan is er een evenwichtssituatie. Een huis verliest altijd warmte door kiertjes aan de buitenlucht. Daardoor is er warmteverlies.
Als er geen kieren zijn is er geen ventilatie dus schadelijke stoffen kunnen niet meer naar buiten. Met warmte-isolatie kun je geleiding, stroming en straling van warmte tegengaan.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
M.
M.
hee dude is dit van het boek pulsar??
van vmbo??
stuur ff terug misschien heb ik een verslag voor jou dan
20 jaar geleden
Antwoorden