geluid

Het geluid dat je hoort wordt bepaald door de eigenschappen van: bron, medium en ontvanger. In schema:
Bron -> medium -> ontvanger

Een geluidsbron is alles wat geluid maakt .
Zo heb je bijvoorbeeld een stemvork, de benen trillen in een periodieke beweging: de trilling wordt naar een bepaalde tijd herhaald. Je kunt dus stellen dan een trilling een heen-en-weer beweging is.
Het verband tussen de trillingstijd en de frequentie wordt zo weergegeven:
(T is trillingstijd in s en f de frequentie in Hz)


Een muziekinstrument is een geluidsbron.
Bij een tv-uitzending wordt het geluid over grote afstand getransporteerd.
Dit is ook bij een tv-uitzending
Lawaai is hard geluid dat niet prettig klinkt
Met een toongenerator kun je alle tonen maken.
Je stemband gebruik je als geluidsbron met praten.

Een geluidsbron voert een trilling uit. Bij deze voorbeelden is de amplitude van de trilling heel klein. Hierdoor kun je het trillen niet zien.
Geluid gaat van een geluidsbron naar een ontvanger.
Ontvangers zijn bijvoorbeeld je oor of een microfoon.
Geluid is een trilling die zich van een geluidsbron in alle richtingen voortplant.

Geluid gaat via de lucht van een geluidsbron naar een ontvanger.
De lucht noemen we in dat geval een tussenstof.
Geluid kan doorgegeven door lucht.
Geluid kan ook via water worden doorgegeven.
De geluidssnelheid heet ook wel de voortplantingssnelheid van geluid.
Echo ontstaat als geluid terugkaatst.


Er zijn hoge en lage tonen.
De hoogten van een toon wordt bepaald door de frequentie
De frequentie van een toon is het aantal trillingen per seconde
De eenheid van frequentie is hertz (Hz)
Mensen kunnen hoor van 20 Hz tot ongeveer 20.000 Hz.
Een grote frequentie betekent een hoge toon.

De eenheid van geluidssterkte waarmee we werken is de decibel (dB)
De geluidssterkte in decibel kunnen we meten met een decibelmeter.
Beneden 50 dB geen invloed op mensen.
Tussen 50 en 80 is Vermoeiend.
Tussen 80 en 100 is Hinderlijk
Tussen 100 en 140 is Gevaarlijk
150 dB of hoger Ernstige gehoorbeschadiging (doofheid)
De invloed op mensen hangt niet alleen af van de geluidssterkte.
Ook de tijd is van belang.
Boven de pijngrens (120 dB) doet geluid zeer aan je oren.
De gehoordrempel is de geluidssterkte waarbij je een toon net kunt horen.
Als de geluidssterkte met 3 dB toeneemt, is het geluid 2x zo hard.

Een geluid van 80 dB is 10.000 keer zo hard als een geluid van 40 dB.