Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Hoofdstuk 1: Actief van nature

Beoordeling 3.6
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 2e klas vwo | 521 woorden
  • 28 september 2011
  • 16 keer beoordeeld
Cijfer 3.6
16 keer beoordeeld

Hoofdstuk 1: Actief van nature


Zonder nieuwsgierigheid zou de wetenschap niet hebben bestaan.


Aristoteles leefde ongeveer 350 v. Chr. in Griekenland. Hij dacht dat de wereld uit vier elementen was opgebouwd: aarde, water, vuur en lucht. Elk element heeft twee eigenschappen:


water: koud, vochtig

aarde: koud, droog

vuur: warm, droog

lucht: warm, vochtig


Deze elementen gaan voortdurend in elkaar over doordat een van de twee eigenschappen verandert. Maar om te verklaren waarom en hoe dat kon veranderen had hij een vijfde element, de ether nodig. Ether zou de stof zijn waaruit de goden zijn gevormd. Tegenwoordig denkt men wel anders over stoffen. Maar daar is dan ook 2000 jaar over nagedacht.



Natuurfilosofen denken na over alles wat er in de natuur gebeurt.


Later toen men veel meer wist over de natuur was de natuur ‘te groot’ om te bestuderen. Toen heeft men de natuur opgesplitst. Eerst verdeelde men de natuur in die van de levende wezens en die van de niet-levende (levenloze) stof. De levende wezens worden in de biologie door biologen bestuurd. De levenloze stof werd verdeeld tussen de natuurkunde en scheikunde.



De scheikunde wordt ook wel chemie genoemd. Zij houdt zich vooral bezig met gebeurtenissen waarbij een stof verandert in een andere stof.

De natuurkunde wordt ook wel fysica genoemd. Zij bestudeert alle verschijnselen waarbij een levenloze stof niet in een andere stof verandert.


Biologie en scheikunde: biochemie

Biologie en natuurkunde: biofysica

Natuurkunde en scheikunde: fysische chemie


Scheikunde is onderverdeeld in de organische chemie die zich met koolstofverbindingen bezighoudt en de anorganische chemie die zich met de rest bezighoudt.


Meteorologie is de natuurkunde van het weer.

Sterrenkunde de natuurkunde van de sterren.

Kernfysica de natuurkunde van kernreacties.


Je neemt waar door te horen, te zien, te ruiken, te proeven en te voelen.

Hulpmiddelen bij waarnemen zijn: de meetlat, de weegschaal en de thermometer bijvoorbeeld.


gas → vast = rijpen

gas → vloeibaar = condenseren

vast → vloeibaar = smelte

vast → gas = sublimeren

vloeibaar → gas = verdampen

vloeibaar → vast = stollen



Waarnemen - vragen stellen – met proeven onderzoeken – een conclusie trekken uit de proeven – opnieuw waarnemen.


Schatten is meestal onbetrouwbaar en niet nauwkeurig. Bij sommige dingen schat je een voorwerp niet maar meet je het. Eigenschappen die je kunt meten of berekenen, heten grootheden.


Bekende grootheden zijn:

- lengte – oppervlakte – kracht – gewicht – snelheid - volume


Als je een grootheid meet, gebruik je daarvoor een meetinstrument. . Een meetinstrument geeft het aantal eenheden aan. Bekende eenheden zijn:

de meter = eenheid van lengte

de seconde = eenheid van tijd

de graag Celsius = eenheid van temperatuur

de volt = eenheid van spanning


grootheid = getal x eenheid


Paar eenheden uit je hoofd leren blz. 19-20


In de natuurwetenschappen maakt men gebruik van zeven basiseenheden of grondeenheden.

Om snel te kunnen werken worden er voor eenheden en grootheden afkortingen gebruikt die internationaal zijn afgesproken. Deze heten symbolen.





Grootheid              Symbool              Basiseenheid          Symbool


hoeveelheid stof         n                           mol                        mol


lengte                            l                          meter                        m

massa                          m                     kilogram                      kg

stroomsterkte               i                        ampère                      A

temperatuur               t of T       graad, Celsius of Kelvin   ⁰C of K

tijd = t                           t                      seconde                          s

lichtsterkte                   I                       seconde                        s



Naam Waarde Symbool

Mega 1.000.000 = 1 miljoen M

kilo 1.000 = duizend k

milli 0,001 = 1 duizendste m

micro 0,000,001 = 1 miljoenste u


onderzoeksvraag – proefbeschrijving – metingen – lijngrafiek – formule – conclusie


Water bestaat uit kleine deeltjes, bij verdamping vliegen die uit de vloeistof.

Deze opvatting noemt men in de natuurkunde een ‘model’. Met dat model kun je een hele boel verschijnselen van water verklaren.


REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.