Stichting en Vereniging

Beoordeling 8.4
Foto van Laura
  • Samenvatting door Laura
  • 5e klas havo | 2322 woorden
  • 1 april 2016
  • 18 keer beoordeeld
Cijfer 8.4
18 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
M&O
ADVERTENTIE
Fix onze energie!

Studeer energie & techniek. Iedereen staat te springen om jou! We hebben namelijk veel technische toppers nodig die de energie van morgen fixen. Met een opleiding in energie & techniek ben je onmisbaar voor de toekomst. Check Power Up The Planet en ontdek welke opleiding het beste bij je past! 

Check Power Up The Planet!

M&O Stichting en Vereniging

Rechtsvormen

Commerciële organisatie = onderneming, organisatie met als doel het maken van winst

Niet commerciële organisatie = ideëel doel, non profit organisatie

Rechtsvormen = juridische vorm van de organisatie waarin wordt vastgesteld wie de leiding heeft en wie aansprakelijk is voor de schulden

Rechtsvormen voor commerciële organisaties:

  • Naamloze vennootschap
  • Besloten vennootschap
  • Eenmanszaak

Niet commerciële organisaties:

  • Vereniging
  • Stichting

Vastgesteld:

  • Leiding
  • Aansprakelijkheid schulden
  • Hoe besluiten worden genomen
  • Belasting over winst?
  • Hoe oprichting gebeurd
  • Hoe organisatie beëindigd wordt

Voor iemand die financiële zaken doet met een organisatie kan het belangrijk zijn welke rechtsvorm de organisatie heeft, bij een vereniging kan bij faillissement de lener fluiten naar zijn geld, maar bij de eenmanszaak kan hij aanspraak maken op het prive bezit van de eigenaar

Rechtspersoonlijkheid

Organisaties met rechtspersoonlijkheid

  • Besloten vennootschap
  • Naamloze vennootschap
  • Coöperatie
  • Stichting
  • Vereniging

Rechtspersonen: geen mensen van vlees en bloed maar organisaties van vlees en bloed

Deze organisaties kunnen mensen in dienst nemen, leningen aangaan en koopcontracten afsluiten

Zij verrichten handelingen in naam van de organisatie

De eenmanszaak heeft dit niet, hierbij is het de eigenaar die rechten en plichten aangaat en volledig aansprakelijk is voor de schulden

Bij een organisatie met rechtspersoonlijkheid is dit niet het geval, als deze schulden heeft dan kunnen de schuldeisers wel de organisatie aanspreken maar niet de bestuurders persoonlijk aansprakelijk stellen

Voor organisaties met een ideëel doel zijn de vereniging en de stichting de meest geschikte organisatievormen. Een ideëel doel heeft vaak betrekking op sport, recreatie, onderwijs, cultuur of maatschappelijk werk.

Dit wil je ook lezen:

Ongeveer 30% van de verenigingen zijn sportverenigingen

De meeste ziekenhuizen zijn stichtingen

Werkgevers en werknemersorganisaties zijn vaak verenigingen

Doel

Vereniging mag geen commerciële organisatie zijn, mogen wel winst maken maar het is wettelijk verboden om deze winst onder leden te verdelen

De stichting

Algemeen

  • Geen leden
  • Opgericht om met behulp van een bepaald vermogen een in de statuten vermeld doel te realiseren
  • Het doel mag niet zijn het doen van uitkeringen aan bestuurders van de stichting
  • Uitkeringen aan derden mogen alleen gedaan worden als ze van sociale aard zijn

Structuur

  • Bestuur maar geen leden
  • Coöptatie = volgens de wet moet een stichting een bestuur hebben, in beginsel benoemt het bestuur zichzelf
  • Algemeen bestuur = wettelijk bestuur
  • Dagelijks bestuur = neemt beslissingen over dagelijkse dingen maar moet verantwoording afleggen aan algemeen bestuur
  • Stichtingsbestuurders zijn niet aansprakelijk voor schulden van de stichting

Oprichtingseisen

Notariële akte

  • Door een notaris volgens wettelijke eisen opgemaakt stuk
  • Statuten
    • Doel stichting
    • Vestigingsplaats
  • Ingeschreven bij KVK
  • Zo niet; iedere bestuurder hoofdelijk aansprakelijk voor alle schulden van de stichting

Taken en bevoegdheden

Bestuur

  • Bezig met dagelijkse gang van zaken en het beleid op lange termijn
  • Als taak alles te doen wat kan bijdragen aan het realiseren van de doelstelling
  • Boekhouding
  • Jaarrekening met balans en winst en verliesrekening
  • Vertegenwoordigd stichting naar buiten toe
  • Overeenkomsten met derden sluiten
  • Mandaat = de directeur handelt in naam en onder verantwoordelijkheid van het bestuur

De vereniging

Samenwerkingsvorm tussen 2 of meerdere personen die een niet commercieel doel willen realiseren

Leden nemen deel aan de besluitvorming

Opgericht voor onbepaalde tijd

Niet afhankelijk van 1 of meerdere personen

Structuur

  • Bestuur neemt alle beslissingen
  • Moet door min 2 personen opgericht worden
  • Bestuur is gekozen door leden
  • 1x per jaar Algemene Leden Vergadering
  • Hoogste besluitvormingsorgaan

VVR en VBR

VVR

  • Formele vereniging
  • Volledige rechtsbevoegdheid
  • Rechtspersoon
  • Statuten opgenomen in een notariële akte
  • Bestuurders niet hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden
  • Verplicht tot inschrijving bij KVK

VBR

  • Informele vereniging
  • Beperkte rechtsbevoegdheid
  • Rechtspersoon
  • Kan statuten hebben maar zijn niet opgenomen in een notariële akte
  • Bestuurders hoofdelijk aansprakelijk voor schulden

Taken bestuur

  1. Financiële beheer
  2. Vertegenwoordigen vereniging
  3. Besluitvorming binnen de vereniging voorbereiden
  4. Functioneren vereniging
  5. Uitvoeren besluiten van de ALV

Taken ALV

  1. Zeggenschap en democratische besluitsvorming zijn belangrijkste kenmerken
  2. Bestuur jaarverslag ter goedkeuring voorleggen
  3. Benoemen, schorsen en ontslaan van bestuursleden
  4. Besluiten tot wijziging van statuten en ontbinden vereniging
  5. Kan geen beslissing nemen die in strijd zijn met de statuten
  6. Toelating van persoon als lid ( ballotage )
  7. Hoogte contributie, schorsen leden, vaststellen begroting

Stichting vs vereniging

  • Geen verschil in doel
  • Geen verschil in juridische aansprakelijkheid
  • Aangegaan voor onbepaalde tijd
  • Leiding bij bestuur
  • Bestuur zelf benoemen vs bestuur gekozen door ALV
  • Geen leden vs leden

Financiering van niet commerciële organisaties

  • Contributies
  • Giften
  • Bijdragen
  • Sponsoring
  • Extra gelden commerciële activiteiten
  • Leningen bij banken voor vaste activa
  • Subsidie
  • Inputfinanciering

Eerst kijken wat er nodig is, dan geld beschikbaar stellen

In zo’n systeem is het verleidelijk om de uitgaven zo hoog mogelijk op de schroeven

De samenvatting gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen

Niet zinvol om een uitgave niet te doen

  • Outputfinanciering

Financiering op basis van prestaties

Voorbeelden; lumpsumfinanciering in het voorgezet onderwijs en de budgetfinanciering in de gezondheidszorg

  • Lumpsumfinanciering

Scholen krijgen op basis van het aantal leerlingen dat opgeleid wordt ( prestatienorm ) een bepaald bedrag en hiermee moeten ze de school bekostigen

Hierbij kan niet gebruikt geld gereserveerd worden voor het volgende jaar wat zorgt voor efficiëntere bedrijfsvoering

  • Budgetfinanciering

Geldgever stelt van te voren vast wel bedrag de instelling krijgt en welke prestaties hier tegenover moeten staan

  • Maximumfinanciering staat van de voren vast
  • Hier tegenover staat een prestatie
  • Wijze waarop is vrij
  • Overschotten moeten naar eigen inzicht aangewend worden
  • Tekorten zelf aanvullen

Het realiseren van overschotten bij niet commerciële organisatie is niet gebruikelijk, een overschot betekend immers dat de middelen niet geheel benut zijn. Voor de subsidiegever kan dit een reden zijn om de subsidie te verminderen

Leasen

Huren van producten

Zelf geen geld in het productiemiddel investeren

Specifieke kennis leasen = technolease

Operational lease

  • Geleasde object blijft eigendom van de verhuurder
  • Huurder kan het contract op korte termijn opzeggen
  • Huur wordt periodiek betaald
  • Verhuurder juridisch en economisch eigenaar
  • Verhuurder zorgt voor onderhoud en vernieuwing
  • Risico economische veroudering bij verhuurder
  • Kosten hiervan doorberekend in de huur
  • Niet op balans huurder

Financial lease

  • Gaat primair om de financiering van het geleasde object
  • Lange looptijd
  • Contract tussendoor niet opzegbaar
  • Huurder heeft economisch eigendom en draag alle risico’s
  • Na afloop kan de huurder:
  • Kopen voor €1
  • Leasecontract voortzetten
  • Object teruggeven

Leasen is duurder dan het zelf beheersen, maar organisaties met weinig geld kunnen op die manier toch de benodigde middelen aanschaffen

Kosten kunnen in mindering worden gebracht op de winst zodat de fiscus ook een deel betaald

Bij niet commerciële organisaties kan dit niet

Hoofdstuk 2

Invetaris = de inboedel van een organisatie en bestaat uit dingen die langer dan 1 jaar meegaan

Activa

  • Vaste activa

Bezittingen die langer dan 1 jaar mee gaan zoals de invetaris, gebouwen en boten

Zijn aan slijtage onderhevig en daarmee moet je rekening houden

  • Vlottende activa

Looptijd korter dan 1 jaar; voorraden, geld dat de organisatie nog moet ontvangen zoals achterstallige contributie

  • Liquide activa

Bezittingen waarmee je kunt betalen zoals bank en kas

Passiva

Aan de creditzijde van de balans staan de schulden en het eigen vermogen, samen is dit de passiva

Vermogen = het geld dat de organisatie heeft aangetrokken om bezittingen te financieren

Eigen vermogen = geld van de organisatie zelf

Vreemd vermogen = geleend geld

  • Lang vreemd vermogen = heb je meer dan 1 jaar
  • Kort vreemd vermogen = heb je minder dan 1 jaar

Soorten lang vreemd vermogen

Hypothecaire lening

Langlopende lening met een onroerend goed als onderpand

Voor de financiering van onroerende zaken

De hoogte van de lening is afhankelijk van de taxatiewaarde

In geval van niet betalen à inname onroerend goed

Onderhandse lening

Geld lenen van zakelijke relaties, vrienden of familie

Looptijd, rentepercentage en aflossingstermijnen worden onderling bepaald

Kan ‘achtergesteld’ worden; kredietgever verklaart schriftelijk de lening bij een eventueel faillissement pas op te eisen nadat alle overige schulden zijn voldaan. De bank ziek zo’n achtergestelde lening als eigen vermogen waardoor de mogelijkheden op bankkrediet worden vergroot

Soorten kort vreemd vermogen

Rekening courant krediet

Handig als je op het ene moment veel en het andere moment weinig geld nodig hebt

Geldlener komt overeen met de geldgever dat hij tot een bepaald bedrag rood mag staan = kredietlimiet

Hiervoor brengt de bank kredietprovisie in rekening, daarnaast betaal je rente over het bedrag dat je rood staat, de rente is variabel en volgt de marktrente

Vooruit ontvangen bedragen

Lid van de vereniging heeft de contributie al een jaar vooruit betaald

Als hij het lidmaatschap van te voren opzegt dan moet je het terug betalen

Nog te betalen bedragen

Bedragen die de organisatie nog moet betalen

Mutatiebalans = van iedere financiële actie maak je een nieuwe balans waarin je de veranering weergeeft

Balans = geeft een overzicht van de bezittingen, schulden en eigen vermogen op een bepaald tijdstip

Alleen ontvangsten en uitgaven staan op de balans, geen baten en lasten omdat je dit over een periode neemt

Liquiditeitsbalans

Balans waarbij de activa gerangschikt wordt naar de mate van liquiditeit en de passiva naar de tijd waarover men over het vermogen kan beschikken

Aan de linkerkant:

  • Vaste activa
  • Vlottende activa
  • Liquide activa

Rechterkant:

  • Eigen vermogen
  • Lang vreemd vermogen
  • Kort vreemd vermogen

Overzicht ontvangsten en uitgaven

Het overzicht van ontvangsten en uitgaven geeft een verklaring voor de verandering van de liquide middelen in de voorbije periode, de financiële feiten worden vermeld die leiden tot een verandering van kas of bank

Overzicht van ontvangsten en uitgaven gaat over een periode, bijvoorbeeld een jaar

  • Heeft betrekking op financiële feiten
  • Bepaalde periode
  • Voorbije periode
  • Geeft verklaring voor verandering liquide middelen

Als basis voor het opstellen van een begroting gebruikt men de begroting van het voorafgaande jaar aangevuld met het overzicht van ontvangsten en uitgaven van het afgelopen jaar

Vooral voor organisaties die werken met subsidies is het belangrijk dat de uitgaven gelijk zijn met de inkomsten

Vooral voor organisaties die werken met subsidies is het belangrijk dat de uitgaven gelijk zijn met de inkomsten

Liquiditeit begroting

Liquiditeit = de mate waarin een organisatie zijn schulden op korte termijn kan terug betalen

Organisaties die alle uitgaven in het begin van het jaar doen en alle ontvangsten op het einde van het jaar krijgen komen meestal in de problemen

In de begroting staat per maand of kwartaal vermeld wat de inkomsten en uitgaven zijn

Hoofdstuk 3

Het kasstelsel

Overzicht van ontvangsten en uitgaven = alleen financiële transacties die leiden tot een verandering van de kas of bank ( financiële verslaggeving op kasbasis )

Er zijn ook financiële transacties waarbij er geen geld wordt ontvangen of uit wordt gegeven en toch belangrijk is om vast te leggen zoals afschrijvingen op vaste activa

Met waardevermindering wordt in een kasstelsel geen rekening gehouden

Achterstallige betalingen worden niet vastgelegd in een kasstelsel

Voordeel = de eenvoud van het stelsel en de objecitiveit

Nadeel = geen goed inzicht in de financiële situatie en vermogenspositie

Manipulatie = door uitgaven uit te stellen kan het lijken alsof de inkomsten groter zijn dan de uitgaven

Door geen rekening te houden met waardevermindering kan het eigen vermogen groter lijken dan het is

Baten en lasten

Baten en lasten zijn financiële feiten die niet op een bepaald tijdstip plaatsvinden maar betrekking hebben op een bepaalde periode

In commerciële organisaties spreekt men over opbrengsten en kosten

In niet commerciële organisaties spreekt men over baten en lasten

  • Ontvangsten en uitgaven vinden op een bepaald tijdstip plaats en zorgen voor een verandering van de liquide middelen
  • Baten en lasten worden uitgedrukt in een bepaald bedrag per periode en geven altijd aanleiding tot een verandering van het eigen vermogen

Veranderingen kunnen op worden genomen in een overzicht van ontvangsten en uitgaven en in een staat van baten en lasten

Staat van baten en lasten

Links de baten en rechts de lasten

Andere benamingen zijn de resultaten rekening en de exploitatierekening

Eigen vermogen nieuw = eigen vermogen oud +/- saldo baten en lasten

Het periode toerekings stelsel

  • Wordt strikt onderscheid gemaakt tussen baten en lasten enerzijds en ontvangsten en uitgaven anderzijds
  • Baten en lasten toegerekend worden aan de periode waarop ze feitelijk betrekking hebben, ongeacht of de baten feitelijk zijn ontvangen dan wel dat de lasten daadwerkelijk tot uitgaven hebben geleid

Rentebetalingen worden geboekt op een overzicht van ontvangsten en uitgaven in het jaar dat de uitgaven hebben  plaatsgevonden

Rentelasten worden geboekt op een staat van baten en lasten in het jaar dat de lasten op de organisatie drukken

De contributie wordt geheel gezien als bate voor de vereniging net zoals subsidies, sponsorgelden en giften

Lasten van een vereniging zijn alle opgeofferde gelden zoals huur en loon voor de trainers

Niet relevant is het moment van de betaling maar het moment waarop de diensten zijn geleverd

Matching principe = baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop ze ook betrekking hebben

Afschrijvingen zijn waardeverminderingen van vaste activa en behoren tot de lasten van een vereniging. Afschrijvingen leiden nooit tot uitgaven.

Tot lasten van een lening wordt de rente gerekend

Matching principe = ontvangsten die betrekking hebben op de voorafgaande periode zoals nog te vorderen contributie moeten bij de omzetting van ontvangsten naar baten in mindering worden gebracht op de ontvangsten in de huidige periode

Contributiebaten = contributie ontvangsten – te vorderen contributie ( op de balans aan het begin van de periode )

Contributiebaten = contributie ontvangsten – te vorderen contributie beginbalans + te vorderen contributie eindbalans

Contributiebaten = contributie ontvangsten – vooruit ontvangen contributie ( op de balans aan het eind van de periode )

Als je het overzicht van ontvangsten en uitgaven moet omzetten in een staat van baten en lasten dan moet je deze vooruit ontvangen contributie in mindering brengen op de contributie ontvangsten

Contributiebaten = contributie ontvangsten – vooruit ontvangen contributie eindbalans + vooruit ontvangen contributie begin balans

Rente lasten = nog te betalen rente begin balans + nog te betalen rente eindbalans

Huurlasten = huur uitgaven + vooruit betaalde huur beginbalans – vooruit betaalde huur eindbalans

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Ook geschreven door Laura