Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Hoofdstuk 4, De vermogensmarkt

Beoordeling 7.3
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas havo | 773 woorden
  • 5 augustus 2008
  • 3 keer beoordeeld
Cijfer 7.3
3 keer beoordeeld

H4 De vermogensmarkt

4.1

Op de vermogensmarkt wordt vermogen aangeboden en vermogen gevraagd.

4.2

Aan de aanbod zijde van de vermogensmarkt vinden we:
1. institutionele beleggers
2. ondernemingen
3. overheid

4.2.1

institutionele beleggers zijn instellingen die grote sommen geld te beleggen hebben uit uitvloeisel van hun hoofdtaak.

Institutionele beleggers verstrekken vaak geld in de vorm van een onderhandse lening. Een onderhandse lening is een langlopende lening, waarbij geld wordt uitgeleend door een geldgever. Deze geldgever krijgt Rente. De geldgever en nemer hebben contact met elkaar.

Het rente% van een OH.L is in het algemeen lager dan van een obligatielening. Dat is een lening die is opgesplitst in kleinere delen. ($3.000.000→30.000x $100) Bij een obligatie lening kunnen duizenden mensen betrokken zijn, dus er is geen contact zoals bij een onderhandse lening. (aflossing is sneller bij een OH.L)


Ondernemend sparen/beleggen → aandelen kopen (wel een wisselend inkomen)
Risicospreiding → aandelen van verschillende NV kopen
Beleggingsmaatschappij → bedrijf dat voor jouw belegd

4.2.2

Ondernemingen hebben soms geld over, soms kunnen zij dat geld dan besteden door te beleggen door aandelen van andere bedrijven te kopen.
Investeren: Onderneming koopt/vernieuwt productiemiddelen of bezettingen.
Beleggen: Particulier of onderneming koopt aandelen om daardoor een inkomen te creëren.

4.2.3

Als de overheidsinkomsten groter zijn dan de uitgaven, kan de overheid dat geld beleggen. Zij kunnen dit uitlenen en er zo nog een inkomen mee behalen.

4.3

De vragers van vermogen:
- consumenten
- ondernemingen
- overheid

Consumenten geen spaargeld. Lening of afbetaling op termijn (betaling over langere tijd)
Ondernemingen zijn aangewezen op:
- eigen vermogen (aandelenkapitaal, gereserveerde winst)
- vreemd vermogen (leningen)

De uitgaven van de overheid zijn soms minder dan de inkomsten. Dat extra geld kunnen zij belegger voor extra inkomen.


4.4
4.4.1

De vermogensmarkt is het geheel van vraag naar en aanbod van vermogen

Zoals op elke markt ontmoeten op de vermogensmarkt vraag en aanbod elkaar. Hier komt de prijs tot stand voor het vermogen. (meestal in de vorm van rente)

2 soorten kredieten:
- kort → minder dan 1 jaar
- lang → langer dan 1 jaar
- krediet is wanneer een bank een onderneming een geldlening verstrekt

vermogens markt :
1. geldmarkt → kort krediet
2. kapitaalmarkt → langkrediet en aandelenvermogen

4.4.2

Kredieten van de geldmarkt zijn onder andere rekening-courantkrediet (bankkrediet), leverancierskrediet en afnemerskrediet
Een rekening-courantkrediet is een schuld van een particulier of een onderneming aan een bank. De particulier of onderneming staat rood bij de bank. Daar wordt afgesproken tot hoever de particulier/onderneming rood mag staan.

Bij het leverancierskrediet levert de verkoper eerst de goederen of diensten en daarna betaald de koper. De koper heeft dan op rekening gekocht.

Bij het afnemerskrediet is het andersom: De koper betaald eerst en daarna moet de verkoper aan zijn verplichtingen voldoen.

4.4.3

kapitaalmarkt → aandelen, obligaties, onderhandse leningen en hypothecaire leningen.

Kapitaalmarkt:
1. openbare markt
2. onderhandse markt

openbare markt → waardepapieren via de effectenbeurs verhandeld
emissie → voor het eerst uitbrengen van aandelen/obligaties
Bij emissie van obligaties worden de voorwaarden met betrekking tot de aflossing en rente vooraf bekend gemaakt

Openbare markt veel bieders
O.H markt maar 2 partijen
Naarmate het rente% van een obligatielening hoger is, zijn de beleggers bereid meer te betalen. Als de ene 5% vergoed en de andere 6% zal de koersprijs van de laatste stijgen/

4.4.4

op de geldmarkt en de kapitaalmarkt komen de vraag naar en het aanbod van geld bij elkaar voor de verschillende vormen van vermogen. Daardoor komt er een bepaalde prijs voor elke vermogensvorm tot stand. Er is evenwicht tussen vraag en aanbod. Dit is de werking van het marktmechanisme.


4.5

Effecten → effecten zijn waardepapieren die kunnen worden gekocht en verkocht, zoals aandelen en obligaties.
Effectenbeurs → De effectenbeurs is de plaats waar de aankoop- en verkooporders van effecten worden uitgevoerd.
Euronext Amsterdam. Daar kan worden gehandeld van ma-vrij (9.00-17.30) Door leden van de vereniging voor de effectenhandel.
Index AEX. Index voor de 25 grootste ondernemingen in A’dam
De voorwaarden voor de notering aan de beurs zijn vastgesteld in het fondsen reglement. Een Prospectus is een boekje waarin allerlei bijzonderheden staan van de onderneming die effecten uitgeeft.

De handel vind op euronext vind op 2 manieren plaats
- doorlopende handel
- handel door veilig

Bij doorlopende handel worden koop- en verkooporders in het systeem tegenover elkaar gezet en indien mogelijk uitgevoerd. Na 2 perioden orders verzamelen worden de prijzen bepaald
2 soorten orders
- limietorders
- market orders

Bij een limietorder geeft de belegger aan de bank een maximale koopprijs of een minimale verkoopprijs op. Als de prijs daar niet tussen valt gaat de opdracht niet door.
Bij een market order wordt de opdracht tegen de eerstvolgende prijs uitgevoerd.

Centrum voor fondsen administratie → houd aandelen in bewaring

De automatisering speelt een steeds grotere rol in het effectenverkeer, waarbij alle transacties zoveel mogelijk giraal (via bankrekening) worden afgewikkeld. Wanneer een belegger de effecten in eigen beheer wenst te houden, moeten hem klassieke stukken worden uitgereikt. Daar zijn wel extra kosten aan verbonden.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.