Samenvatting Politieke besluitvorming

Beoordeling 5.8
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas havo | 739 woorden
  • 7 mei 2015
  • 9 keer beoordeeld
Cijfer 5.8
9 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Paragraaf 1

Politiek = de manier waarop een land bestuurd word

Politici besluiten over:

-openbare orde en veiligheid

-buitenlandse betrekkingen

-infrastructuur

-welvaart

-welzijn

-onderwijs

Hiervoor wordt belastinggeld gebruikt.

3 kenmerken van parlementaire democratie:

-vrijheid van meningsuiting

-vanaf 18 jaar mag je stemmen

-persvrijheid

Bij een directe democratie word er rechtstreeks gekozen en bij een indirecte democratie word er gekozen via vertegenwoordigers(parlementaire democratie)

Regels rondom politieke besluitvorming die in de grondwet zijn vastgelegd:

-burgers hebben politieke grondrechten

-de leden van de Staten-Generaal worden gekozen door een geheime stemming

-de wetten worden vastgesteld door de regering en Staten-Generaal samen

-vrije media

4 vormen van dictatuur met voorbeeld:

-ideologische dictatuur, China

-religieuze dictatuur, Iran

-militaire dictatuur, Birma

-fascisten, Duitsland

Kenmerken Dictatuur:

Politieke macht in handen van een kleine groep burgers zijn hierdoor afhankelijk van de willekeur van machthebbers

Grondrechten worden niet beschermd de geheime dienst kan mensen gelijk oppakken als zij een bedreiging vormen voor het regime.

Geen persvrijheid de overheid heeft controle op alles wat gepubliceerd wordt.

Oppositiepartijen zijn verboden er zijn geen mensen die het openlijk oneens zijn met de regering, anders worden ze gearresteerd

Militairen hebben een grote politieke rol met steun van het leger kan de regering het verzet van het volk onderdrukken.

Verkiezingsfraude de machthebbers kunnen zeker worden van hun winst, doordat er gefraudeerd kan worden.

Paragraaf 2

Ideologie heeft eigen ideeën over:

-normen en waarden

-sociaaleconomische verhoudingen

-machtsverdeling in de samenleving

Progressief erg vooruitstrevend en veranderingsgezind

Conservatief erg behouden, houden het graag bij het oude

Reactionair terug willen naar hoe het eerst was

Rechts benadrukken de eigen verantwoordelijkheid en vrijheid van het volk. De overheid moet zich passief opstellen en alleen optreden wanneer het nodig is.

Links gaat uit van gelijkwaardigheid en gelijke kansen, de overheid moet actief optreden om de zwakkeren te beschermen.

Politiek midden heeft zowel linkse als rechtse standpunten

Conservatieve partijen: SGP, CU, PVV

Progressieve partijen zijn: GroenLinks, D66 en SP

Het CDA, PVDA en VVD hebben zowel progressieve als conservatieve standpunten.

Rechtse partijen: VVD en PVV

Linkse partijen: PVDA, SP en GroenLinks

D66, CU, SGP en CDA behoren tot politiek midden

Liberalisme

Oorsprong: eind 18e eeuw, het volk kwam in opstand tegen de macht van de koning en de adel.

Standpunten: persoonlijke en economische vrijheid. Overheid moet een kleine rol spelen.

Standpunt in de politiek: vooral conservatief en reactionair. Er zijn ook progressieve liberalen.

PVV is de grootste liberale partij op dit moment.

Socialisme

Oorsprong: ontstaan in 19e eeuw als reactie op de slechte werkomstandigheden van de arbeiders. Ze wilden een einde aan de armoede en ongelijkheid.

Standpunten: tegen vrijemarkteconomie, overheid moet zwakkeren beschermen, kennis, inkomen en macht moet eerlijk verdeeld worden. ze zijn voor de verzorgingsstaat. (overheid moet zwakkeren beschermen)

Standpunt in de politiek: links, hebben vooral progressieve standpunten.

PvdA is de grootste socialistische partij op dit moment

Confessionalisme

Oorsprong: aan het eind van de 19e eeuw vormden gereformeerden, hervormden en rooms-katholieken elk hun eigen partij.

Standpunten: streven naar samenleving gebaseerd op waarden van de Bijbel, zoals harmonie, gespreide verantwoordelijkheid, naastenliefde en rentmeesterschap. De overheid moet zoveel mogelijk overlaten aan het maatschappelijk middenveld.

Standpunt in de politiek: politieke middenpositie, maar ook erg conservatief, als je kijkt naar de SGP.

CDA is de grootste partij

Paragraaf 3

Een politieke partij is een groep mensen met dezelfde ideeën, zij proberen hun doelen te bereiken via het parlement, terwijl actiegroepen dat proberen door actie, actiegroepen houden zich bezig met één bepaalde doelstelling en belangenorganisaties behartigen de belangen van één bepaalde groep mensen.

5 soorten politieke partijen:

-partijen op basis van ideologie voortgekomen uit één van de drie stromingen

-one-issue partijen partij voor de dieren

-protest partijen D66

-populistische partij LPF, PVV

-niet-democratische partijen geen kamerzetels meer vanaf tweede wereldoorlog

4 functies politieke partijen

-integratiefunctie beleid opzetten

-participatiefunctie burgers stimuleren actief deel te nemen aan de politiek

-informatiefunctie informeren kiezers over standpunten

-selectiefunctie zonder partij is het niet goed mogelijk om gekozen te worden

Politieke partijen

Paragraaf 4

Actief kiesrecht je mag stemmen bij verkiezingen

Passief kiesrecht je mag je verkiesbaar stellen

Europees, landelijk, provinciaal, gemeentelijk

Stemmen op een partij

De standpunten komen overeen met jouw ideeen

De partij let op jouw belangen

Je stemt strategisch

De aantrekkingskracht van de lijsttrekker

Zetelverdeling

Verkiezingen worden gehouden volgens het stelsel van evenredige vertegenwoordiging. Elke partij krijgt het aantal zetels dat in verhouding is met het totaal aantal geldig uitgebrachte stemmen. De kiesdeler is het aantal stemmen die een partij nodig heeft voor één zetel.

REACTIES

D.

D.

PVV liberaal? liberalen zijn conservatief en reactionair? Je hebt gelijk als je zegt dat het liberalisme als revolutionaire stroming is ontstaan aan het einde van de 18e eeuw. Aan het einde van de 19e eeuw (1870-1890) hebben liberalen zich opgesplitst in radicaal liberalen en conservatief liberalen. Het oorspronkelijk liberalisme is dus progressief maar is naar verloop van tijd veranderd. Ook is de PVV niet liberaal, maar hebben ze wel liberale trekjes. De PVV is tegen het beperken van de socialie zekerheid dus wel redelijk links en voorstander van een actieve overheid. Ook hebben liberalen altijd gestaan voor de emanciptatie van zwakkeren (hiervoor hebben ze vaak steun nodig gehad van de socialisten die ook verlichting en emancipatie van de zwakkeren voorsteld.) De PVV is dus naar mijn idee dus meer links-conservatief met enkele liberale trekken.

8 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.