Maatschappijleer H.1

H.1 het waarom van maatschappelijke problemen

§1 – Geluk

4 zaken die belangrijk zijn voor maatschappelijk geluk:

1. Vrijheid
2. Gelijkheid
3. Cohesie
4. Welvaart

 

§2 – Belangen, waarden en dilemma’s

Belang: een voordeel dat iemand  heeft/kan krijgen.

Waarde: een abstract ideaal.

 

Beland

Waarde

Gericht op de persoon zelf of 1 groep

Gericht op andere/alle mensen

Voordeel

Ideaal

Concreet

Abstract

Vaak te maken met macht, aanzien,  tijd, informatie en geld.

Vaak te maken met vrijheid, gelijkheid, cohesie en welvaart

Gericht op korte termijn.

Gericht op lange termijn

 

Belangendilemma:

Nl uit de EU voor zelfstandigheid, vrijheid < > bij de EU blijven voor economische en praktische

en macht                                                                 voordelen.

Waardendilemma:

Jongeren vrijheid geven om alcohol te drinken < > gezondheid voor jongeren.

Waarden-belangendilemma:

Collecte aan de deur geld geven (naastenliefde) < > geld voor jezelf houden.

 

§3 – Maatschappelijke botsingen en problemen in praktijk en theorie. 

Belangenbotsingen

Lage belasting < > hoge belasting zodat de overheid genoeg heeft.

Waardenbotsingen

Gelijkheid (iedereen hetzelfde behandelen) < > meningsuiting

Waarden-belangenbotsingen

Milieu (schone auto’s) < > niet teveel geld uitgeven.

 

Iets is een maatschappelijk probleem als het voldoet aan dit:

• Mensen hebben er last van
• Verschillende meningen over de oorzaken en oplossingen
• De overheid is nodig om het op te lossen.

 

AWB-schema = actor, waarde, belang

Voorbeeld:

Alcohol onder de 18

A: politie

A: horeca

W: orde

W: -

B: -

B: alcohol verkopen