§1 Pluriformiteit in Nederland
Nederland is al een hele lange tijd een pluriforme samenleving, dus mensen leven naast elkaar met uiteenlopende godsdiensten en en levensstijlen en er heerst een redelijke mate van verdraagzaamheid. Een cultuur ontstaat door een groep mensen die binnen de groep alle normen, waarden en gewoonten met elkaar delen. Een dominante cultuur is alle normen en waarden en de gewoonten die de meerderheid van de bevolking met elkaar deelt. Een kenmerk van het Nederlandse cultuur is het spreken van de Nederlandse taal, de gelijkwaardigheid van mannen en vrouwen en het vieren van Koningsdag. Nederlanders staan ook bekend om tolerantie: ze accepteren makkelijk andersdenkenden en doen niet moeilijk over afwijkende lifestyle. Er bestaan ook subculturen, wanneer er binnen een groep sommige waarden, normen en andere cultuurkenmerken afwijken van de dominante cultuur. Subculturen kan je herkennen aan een specifieke lifestyle. Een tegencultuur is strijdig tegenover het dominante cultuur. Groepen die zich verzetten tegen (delen van) de dominante cultuur of daar zelfs een bedreiging voor vormen. Als je in een pluriforme samenleving leeft betekent dat, dat je veel culturele diversiteit ziet. Er zijn dus veel subculturen en levensstijlen.
Mensen die in de stad leven die zijn gewend aan drukte en anonimiteit. In dorpen is het juist het tegenovergestelde, daar kent iedereen elkaar en groet iedereen elkaar. Er is niet alleen veel verschil tussen de stad en platteland, er bestaan ook verschillen tussen provincies. tussen je grootouders, je ouders en jou zijn er ook verschillen we dragen verschillende kleren, luisteren naar ander soort muziek en doen andere dingen in onze vrije tijd. Er kunnen door deze generatieverschillen generatieconflicten ontstaan. als ouders en kinderen elkaar lifestyle niet begrijpen.
Als je ergens gaat beginnen met werken dan moet je e gaan houden aan de bedrijfscultuur: alle waarden, normen en gewoontes die er in een bedrijf gelden. Niet iedereen in een bedrijf verdient hetzelfde salaris of heeft dezelfde positie. je maatschappelijke- en inkomenspositie hebben invloed op je lifestyle. De cultuur heeft ook invloed op het gedrag van mannen en vrouwen. Dit heeft niet te maken met alleen de persoonlijke keuzes, maar ook met rolpatronen: algemene verwachtingen en opvattingen over hoe iemand zich moet gedragen.
Er leven in Nederland veel verschillende culturen dus ook veel verschillende etnische achtergronden. Om het verschil aan te geven tussen mensen die historisch gezien langer of korter in Nederland wonen zijn er 2 termen geïntroduceerd.
- Allochtoon: Als jijzelf of minimaal 1 van je ouders in het buitenland geboren is.
- Autochtoon: Als je in Nederland bent geboren en je ouders en grootouders ook.
Veel kenmerken van onze cultuur veranderd niet. Veel dingen veranderen wel als je denkt aan mode, social media en opvattingen over drugs. Cultuur is dynamisch en kan verschillen in loop van tijd, per plaats en per groep.
§2 Cultuur en identiteit
Iedereen is anders, maar hoe wordt je nou wie je bent?
- Nature: Aangeboren
- Nurture: Aangeleerd
Nature-aanhangers denken dat ons gedrag wordt bepaald door aangeboren eigenschappen. Nurture-aanhangers denken juist dat het gedrag wordt bepaald door aangeleerde eigenschappen. Het klopt allebei, maar heel veel is aangeleerd. Socialisatie is het proces waarbij iemand de waarden, normen en andere cultuurkenmerken van zijn samenleving of groep aanleert. Hierdoor pas je je aan bij individuen en begrip je je omgeving. Het overdragen zorgt er ook voor dat een cultuur blijft voortbestaan. Er bestaan verschillende socialiserende instituties: groepen, organisaties en collectieve gedragspatronen die specifieke waarden, normen en gewoonten overdragen.
De manieren waarop cultuur wordt overgedragen zijn gebaseerd op:
- Imitatie: Het nadoen van informatie van anderen.
- Informatie: Kennisoverdracht.
- Sociale controle: De manieren waarop mensen anderen stimuleren of dwingen zich aan de geldende normen te houden.
Socialisatie leidt tot internalisatie: mensen zich waarden, normen en gewoonten eigen maken en zich automatisch gaan gedragen zoals hun omgeving van hen verwacht. Ieder mens ontwikkelt door middel van socialisatie een persoonlijke (alle geleerden kenmerken die bij jouw persoonlijkheid horen) en een sociale identiteit (de groepen en culturen waarbij jij je gebonden aan voelt). Groepen kunnen een wij-zij-gevoel ontwikkelen. dan is er niet alleen onderlinge samenhorigheid, maar de groep gaat zich ook afzetten tegen andere groepen.
Niet in iedere cultuur is de mate waarin iemand de vrijheid krijgt om een persoonlijke identiteit ontwikkelen hetzelfde. Er wordt in Nederland veel nadruk gezet op individuele ontplooiing en persoonlijke ontwikkeling. De Nederlandse dominante cultuur noemen we daarom individualistisch. Bij andere culturen staat het collectief boven het individu. Dan hoor je vanaf je geboorte bij een hechte en sterke groep.
In masculiene culturen zijn de werelden van mannen en vrouwen duidelijk gescheiden. In feminiene culturen lopen vrouwelijke en mannelijke rollen meer in elkaar over.
§3 Nederland is veranderd
Voor de 2e wereldoorlog was de samenleving van Nederland anders dan nu:
- Gezagsverhoudingen: werknemers hadden ontzag voor hun baas en kinderen respecteerden het gezag van hun ouders en onderwijzers.
- Weinig sociale mobiliteit: Het was moeilijk om te klimmen op de maatschappelijke ladder.
- Verzuiling: Mensen zich organiseerden rond hun geloof of overtuiging.
- Traditionele rolpatronen: De man werd gezien als het hoofd van het gezin en verdiende het geld. De vrouw zorgde voor de kinderen en het huishouden.
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden