Waar heb jij je schoolspullen gekocht?

Doe mee aan het Back To School onderzoek over schoolspullen en maak kans op een Bol.com bon van 25 euro.

Hoofdstuk 7, 8 & 9

Beoordeling 7.2
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas vmbo | 394 woorden
  • 15 juli 2008
  • 47 keer beoordeeld
Cijfer 7.2
47 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Onderzoek: condoomgebruik 🍆

Uit onderzoek blijkt dat het condoomgebruik onder Europese jongeren flink daalt. Wij zijn nieuwsgierig naar wat hierachter zit. Doe mee aan ons korte, anonieme onderzoek hierover. De resultaten gebruiken we mogelijk voor een artikel op Studenten.com.

Naar de vragenlijst
Maatschappij, hoofdstuk 7-9

Macht – Met macht kun je andere laten doen wat jij wil.
Machtsmiddelen – Middelen die je kunt gebruiken om de leider te worden of te blijven.
Overheid – Een grote groep mensen die zich met de regels en wetten bemoeit.
Ambtenaren – Mensen die de regels bedenken.
Gezag – Het goed vinden dat een ander macht gebruikt.
Grondwet – Een soort bescherming voor burgers, met regels waar iedereen zich aan moet houden.
Dictatuur – Inwoners mogen niet zelf hun leiders kiezen. Een persoon of een kleine groep mensen heeft macht in handen.

Democratie – Het volk kiest zijn eigen regering. Iedereen met stemrecht mag mee-kiezen. Iedereen heeft het recht op te komen voor hun belangen.
Rechtsstaat – Alle burgers hebben in een rechtsstaat gelijke rechten.
Grondrechten – De gelijke rechten voor de mensen die in de grondwet staan.
Politiek – Het zoeken naar oplossingen voor problemen die ontstaan, omdat mensen samen leven.
Politieke Partijen – Een groep mensen met dezelfde ideeën over hoe een land bestuurd moet worden.
Linkse partijen – Linkse partijen leggen de nadruk op gelijkwaardigheid van mensen. De overheid moet veel zaken regelen.
Rechtse partijen – Rechtse partijen leggen de nadruk op de vrijheid van mensen. Mensen moeten de zaken vooral zelf regelen.
Extreem-rechtse partijen – Zij kiezen er vaak voor veel macht aan de leider te geven. Ze kiezen altijd voor het ‘eigen volk’.
Liberalen – Vinden vrijheid het belangrijkst. De overheid moet zo weinig mogelijk ingrijpen in de maatschappij (Partij: VVD).

Socialisten – Vinden gelijkwaardigheid het belangrijkst. De overheid moet de zwakken beschermen tegen het recht van de sterkste (Partij: PvdA).
Christen-democraten – Benadrukken vanuit hun geloof voor de zorg van de mensen voor elkaar. De overheid moet mensen daarin stimuleren (Partij: CDA).
Lobbyen – Iemand overtuigen vanuit je standpunt.
Burgerlijke ongehoorzaamheid – Mensen die expres de wet overtreden om aandacht te vragen voor hun belangen.
Propaganda – Eenzijdige voorlichting.

Met macht kun je regels voor een ander maken.

Voordelen van een dictatuur:
- Duidelijke orde
- hard optreden tegen criminaliteit
- er worden snel beslissingen gemaakt.

Nadelen van een dictatuur:
- Weinig vrijheid voor de burgers
- geen inspraak
- geen eerlijke rechtspraak
- gebruik van veel geweld door het leger en de politie.

Voordelen van een democratie:
- Mensen hebben veel vrijheid
- eerlijke rechtspraak

- minderheden worden beschermd.

Nadelen van een democratie:
- Langzame besluit vorming
- sommigen vinden dat er te veel vrijheden zijn en te weinig plichten.

De grootste partijen zijn de CDA, PvdA, VVD, D66 en GroenLinks

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.