Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Examenkatern H2

Beoordeling 8.1
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas havo | 1374 woorden
  • 7 februari 2011
  • 11 keer beoordeeld
Cijfer 8.1
11 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
De bruggen, stations en fabrieken gemaakt van staal zonder versieringen waren in de 19e eeuw een symbool van de nieuwe technische en industriële vormgeving die alles mogelijk maakt wat eerst ondenkbaar was.

De ontwikkeling in deze tijd wordt door veel kunstenaars genegeerd, ze verlangen, in de geest van de romantiek, naar verre oorden en lang vervlogen tijden. Andere kunstenaars hebben wel oog voor de ontwikkelingen van alledag.

Ook zorgt de industriële revolutie voor grote sociale veranderingen. Veel fabrieken worden gevestigd in steden, op zoek naar werk trekken miljoenen arbeiders met hun gezinnen van het platteland naar de stad.


Vanaf 1850 worden er regelmatig wereldtentoonstellingen georganiseerd. Op de wereldtentoonstellingen worden uitvindingen en producten getoond aan een internationaal publiek.


In de tijd dat het reizen naar verre landen nog bijzonder is, is het bezoeken van wereldtentoonstellingen een goede manier om kennis te maken met andere culturen. Ook worden kunstenaars veel geïnspireerd door de muziek en kunstvormen van niet-westerse landen. Wel blijven de Europeanen ervan overtuigd dat hun cultuur in alle opzichten superieur is aan de niet-westerse landen.

Het eerste wereldtentoonstellingsgebouw was het Crystal Palace, ontworpen door Joseph Paxton. Dit gebouw werd in negen maanden opgetrokken uit standaardonderdelen die van tevoren in de fabriek in massaproductie zijn vervaardigd.

De stoelen van Thonet zijn een goed voorbeeld van het begin van de massaproductie. De stoel bestond uit maar 6 onderdelen die met 10 schroeven in elkaar gezet konden worden. Ook zijn verkoopstrategie was apart, hij gaf brochures met plaatjes van de stoelen met daar bij de prijzen uit.

In 1889 werd de Eiffeltoren, met ongekende mogelijkheden van staalconstructies, gebouwd. Het lichte gewicht en het aerodynamische ontwerp maken dat de toren moeiteloos allerlei natuurkrachten doorstaat.


Parijs is in de 19e eeuw het centrum van culturele ontwikkelingen. Parijs wordt in die tijd vernieuwd en krijgt een compleet nieuw stratenplan met langgerekte classicistische gevels langs de brede boulevards.

Offenbach is het niet eens met de academische gebruiken van het conservatorium in Parijs en hij ontwikkelt een nieuw genre: Operette. In deze vrolijke mini-opera’s wordt veel gedanst en gezongen.

Bij het schilderij ‘de geboorte van venus’ is goed te zien wat de voorkeur van de keizer en van de Academiejury is. Voornamelijk de historische of mythologische onderwerpen verdienen de voorkeuren, en de anatomie wordt geïdealiseerd zoals bij de klassieke anatomie. Om een vleugje erotiek wordt niet geschuwd. Volgens de jury vertoond het schilderij voornamelijk ‘het schone’ of de grote idealen van vorst en vaderland.

Doordat de welvaart toeneemt, nemen ook de grote winkelpassages toe. De passages ademen een sfeer uit van veel luxe met marmer, gebeeldhouwde decoraties, feestelijke verlichting door gaslampen en verwarming. Een bezoek aan een warenhuis is vertier. Het publiek vergaapt zich aan de versierde etalages, de sprookjesachtige verlichting met gaslampen en de koninklijke trappen.



In de romantische kunst tellen sfeer, idee en emotie meer dan een natuurgetrouwe weergave van de werkelijkheid. Rond 1830 ontstaat er een beweging in de kunst die de werkelijkheid juist wel zichtbaar wil maken. Gefantaseerde onderwerpen maken plaats voor onderwerpen die met eigen ogen te zien zijn. Voor deze nieuwe schilderstroming wordt de term realisme gebruikt. Realisme wordt vaak in verband gebracht met naturalisme. Het naturalisme gaat ervan uit dat het doen en laten van mensen bepaald wordt door milieu en erfelijkheid. In de geschiedenis van het theater zorgt het naturalisme voor een breuk met de romantiek.

Gustave Courbet toont in zijn werk het harde bestaan van de lagere sociale klasse. Bijna alle traditionele schilderthema’s staan op zijn beroemdste schilderij. De arenleesters is een schoolvoorbeeld van het realisme. Hierop is een voorstelling van het harde boerenbestaan te zien. De schilder maakt het niet mooier dan het is. De kunstliefhebbers storen zich enorm aan dit soort schilderijen. In hun ogen misbruikt Millet de schilderkunst voor platte onderwerpen waarin op geen enkele manier schoonheid te ontdekken is.

In het naturalistisch drama worden teksten belangrijker. In plaats van retoriek en voordrachtskunst moeten de acteurs een realistische dialoog op gesprekstoon voeren. Hun gebaren worden minder groot en overdreven.


De schilders van het realisme willen dat kunstenaars niet vluchten in romantische onderwerpen. Voor de impressionisten is alles wat op het netvlies valt de moeite waard om geschilderd te worden. Kijken begint met de registratie van licht en daarmee ook van kleur. Impressionisten registreren als een fotograaf, ook al werken ze met kleur en met verf.

Op het schilderrij waarop 2 mannen picknicken met een naakte vrouw voldoet absoluut niet aan de schilders idealen. Het naakte van de vrouw is niet mythologisch, voldoet niet aan het schoonheidsideaal en haar blik is brutaal en zelfverzekerd. Ook aan de manier van schilderen ergert men zich: brede penseelstreken en scherpe contrasten.

Bij de serie stationsschilderijen van Monet is het onderwerp zelf niet belangrijk. Hij is niet in treinen of het stationsgebouw geïnteresseerd, maar in de manier waarop rook, stoom en zonlicht kleuren beïnvloeden.

Het bal bij Moulin de la Galette laat zien hoe licht en kleur de vrolijkheid en bewegelijkheid van het luchtige onderwerp ondersteunen. De lichtvlekken benadrukken dat voor een impressionist alle zichtbare zaken gelijk zijn, of het nu mensen zijn, voorwerpen of de natuur zelf.


Enkele ontwikkelingen buiten de schilderkunst beïnvloeden de kunst van de negentiende eeuw. De belangrijkste hiervan zijn de fotografie, de niet-westerse muziek en het aankopen van handelsbetrekkingen met Japan. De Franse componist Debussy wil in zijn muziekcomposities aansluiten bij de impressionisten.

De ontwikkeling van de draagbare camera biedt schilders de mogelijkheid foto’s te nemen van hun onderwerpen. Nadar was een van de eersten die met kunstlichtfotografie heeft geëxperimenteerd.

Door de handelsbetrekkingen tussen Europa en Japan groeit de in Europa de belangstelling voor de Japanse kunst en cultuur. Japanners gebruiken misdrukken van prenten als verpakkingsmateriaal die door veel kunstenaars verzameld worden.


Debussy wilt zich in zijn muziek aansluiten aan de schilders, hij wil stemmingen componeren die even vluchtig komen als gaan. Hij verwerpt de gebruikelijke ideeën over vorm en akkoordenleer en laat geen thema’s meer horen.


Over het impressionisme zijn nooit gemeenschappelijke uitgangspunten geformuleerd en het is ook moeilijk de stijl precies te begrenzen. De kunstenaars van na het impressionisme worden de postimpressionisten genoemd. Het gaat het altijd om meer dan een snelle impressie van wat het oog registreert. De bijna logische verbodenheid met de fotografie verdwijnt bij de postimpressionisten.

Cezanne is een van deze postimpressionisten en vindt niet dat kijken alleen maar een registratie door het oog is, zoals de impressionisten beweren. Volgens hem spelen bij het kijken ook kennis en herinneringen een rol.

Seurat bestudeerde voornamelijk de kleuren. Zijn vergaande kleuronderzoek leidt tot een geheel eigen stijl: het pointillisme. Seurat analyseert iedere kleur op zijn bestanddelen en stipt ze vrijwel ongemengd naast elkaar op het doek.

Ook van Gogh had een erg kenmerkende schilderstijl ontwikkeld. DE penseelstreken gebruikte hij soms om contouren aan te geven, maar in een beweging vult hij met dezelfde streepjes de vlakken op. Naar het voorbeeld van de Japanners combineert hij getekende lijnen met schilderachtige vlakken.


Het symbolisme betekend wat onderwerp en inhoud betreft een terugkeer naar de kunst van de Romantiek en de academische stijl. Aan de andere kant zetten de symbolisten een eerste stap in de richting van abstracte kunst. De architecten van de Jugendstil, een veel voorkomende stijl in de bouw- en interieurkunst, zoeken decoraties die de integratie van moderne materialen als gietijzer, staal en glas mogelijk maken.

Het is tekenend voor het symbolisme om weer grote betekenisvolle onderwerpen op te pakken, zoals het niet helemaal afmaken van beelden waardoor het lijkt dat de figuren net uit het marmer tevoorschijn komen, zoals Michelangelo vaak deed.

Gauguin is ervan overtuigd dat de Europese kennis en kundigheid de mens hebben beroofd van zijn oerkracht en –gevoel. Hij verwerpt de hele Europese artistieke traditie ten gunste van de vrije uitdrukkingswijze van ‘primitieve’ volkeren. De figuren die hij schildert bestaan niet in de natuur, maar komen voort uit zijn geest.

Het werk van HGimard is een voorbeeld van de Jugendstil, kenmerkend zijn de vloeiende lijnen, die ontleend zijn aan de plantenwereld. De lijnen vormen vaak grillige en asymmetrische patronen. Rond 1900 wordt de Jugendstil een rage. Alles is vernieuwend. De stijl, ook wel Art nouveau, Modern Style of Style metro genoemd speelt in op de wens van de gegoede burgerij om zich te omgeven met een eigentijdse luxe.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.