7.1 – DE KONINGSTIJD
Rome – 7 heuvels – Oudste nederzetting op het Palatijn – 753 v. Chr – Romulus en Remus. Heuvels in de negende eeuw bebouwd: Palatinus (Latijnen), Quirinalis & Esquilinus (Sabijnen). Loop 7e eeuw: samenvoeging Latijnen en Sabijnen.
Rome was in de 1e eeuwen een koninkrijk. De eerste koningen:
Mythologisch: Romulus en Remus
Historisch: 7 koningen:
- Vier Latijns-Sabijnse:
- 753-710 Romulus
- 710-670 Numa Pompilius
- 670-625 Tullus Hostilius
- 625-600 Ancus Marcius
- Drie Etruskische:
- 600-570 Tarquinius Priscus
- 570-530 Servius Tullius(muur)
- 530-509 Tarquinius Superbus
De Etrusken hadden Rome in hun macht in de zesde eeuw. Door hen werd Rome een ‘echte’ stad. Ze hadden expansiedrift, hun gebied was uitgebreid van de Povlakte tot bij Napels. In Italie van die tijd leefden Italische volken, Grieken en Etrusken. De laatstgenoemden waren het machtigst. Ze bezaten een hoogontwikkelde cultuur (op te maken uit archeologische vondsten). Romeinen danken veel aan Etrusken o.a. op godsdienstig gebied. Toekomstvoorspellen werd door de Romeinen aangeduid met ‘Etrusca Disciplina.’
Het Forum Romanum is ontstaan nadat een moeras tussen de heuvels drooggelegd was dmv een afwateringskanaal (Cloaca Maxima). Ook de tempel op het Capitool, de bebouwing van de overige heuvels en de aanleg van een wal of muur is te danken aan de Etrusken.
7.2 DE EERSTE FASE VAN DE REPUBLIEK: CA. 500-270 V. CHR. – DE STANDENSTRIJD EN DE ONDERWERPING VAN ITALIË.
Vroege Republiek 500 - 287 v.C. - Midden Republiek 287 – 133 v.C. - Late Republiek 133 - 31 v.C.
Vroege Republiek:
- externe ontwikkeling: consolidatie en expansie
- interne ontwikkeling: standenstrijd
Periode van de Republiek: ong. 500 v. Chr. à Tarquinius Superbus (wrede tiran) verdreven. (parallel verdrijving Hippias in Athene.)
Functies koningen à 2 consuls. Grootste politieke macht à senaat (=Raad der Ouden), hoofd van aanzienlijke families had zitting.
Standenstrijd: nieuwe republiek, twee bevolkingsgroepen: patriciërs (grondbezit, bestuur, rechtspraak) en plebejers (nauwelijks rechten.) Arme plebejers: schuld niet betalen? Schuldslavernij.
Rijke plebejers wilden invloed op het bestuur. Arme plebejers wilden een einde aan hun armoede.
Er werd toegegeven aan de eisen van plebejers in de loop van de tijd:
- 494 v.C. eerste concilium plebis; verkiezing 10 volkstribunen om volk te beschermen (vetorecht over maatregelen van consuls en magistraten.)
- 450 v.C. Twaalf Tafelen – gewoonterecht vastgelegd. Geen willekeur van patrisische rechters meer.
- 367 v.C. Licinisch-Sextische wetten: Een vd consuls is plebejer.
- 287 v.C. lex Hortensia: plebiscieten= besluiten vg. plebejers: kracht van wet
Machtverhoudingen: Formeel – Volksvergadering; Informeel: Senaat.
Senaat = rijke patrisische families. Officieel slechts adviesorgaan, maar had toch erg veel macht vanwege de positie in de samenleving van de leden van de senaat. Ze maakten gebruik van het clientela-systeem: Cliens krijgt goederen/diensten van patronus in ruil voor steun tijdens verkiezingen.
Later een nieuwe bestuurlijke elite: nobiles (aanzienlijken.) van consuls, patriciërs en rijke plebejers.
De strijd om de macht in Italië:
500-270 v.C.
- Strijd met omringende stammen en Latijnse steden
- Etruskische steden
- Namen Veii in; 396 v.C.
- Kelten / Galliërs
- Namen in 386 Rome in en verwoestten de stad.
- Griekse steden in het Zuiden + Sicilië: niet onderworpen, dit gebeurde pas rond 270.
270 v. Chr. Romeinen heer en meester in Italië. Twee grootmachten in het westelijk Middellandse-Zeegebied: Rome en Carthago (noord-Afrika).
7.3: DE ROMEINEN VEROVEREN HET MIDDELLANDSE-ZEEGEBIED: CA. 270-133 V.CHR.
Vroege Republiek 500 - 287 v.C. - Midden Republiek 287 – 133 v.C. - Late Republiek 133 - 31 v.C.
Rome en Carthago: de strijd tussen de grootmachten: 264-146
- 3 oorlogen: Punische Oorlogen (Carthagers = Puniërs)
- 1eoorlog: 264-241: Verlies Carthago.
- Gedwongen acceptatie ongunstige vredesvoorwaarden. Sicilië à Romeins.
- Romeinen profiteerden van zwakte van Carthago: à Sardinië/Corsica geannexeerd.
- Carthago: verovering / exploitatie grote delen van Spanje. Rijkdom door zilvermijnen, bevolking: huurlingen Carthaagse leger
- 1eoorlog: 264-241: Verlies Carthago.
- 2eoorlog: 218-201: Verlies Carthago
- Hannibal trekt met leger en olifanten over de Alpen naar Noord-Italië.
- 216: Slag bij Cannae verpletterend.
- Romeinse bondgenoten: overlopers naar Hannibal.
- Rome: succes bij een slag in spanje. Gevolg: Carthago geen Spaanse hulpbronnen.
- Bevoorrading Hannibal verliep slecht: geen aanvoer vanwege Romeinse macht op zee.
- 207/206: einde aan Carthaagse dreiging vanuit Spanje door Scipio.
- 204: Oversteek Scipio naar Afrika.
- Hannibal teruggeroepen naar Carthago
- 202: Scipio verslaat Hannibal. Eretitel ‘Africanus.’
- 3eoorlog: 149-146:
- Carthago: economisch hersteld, militair niet. Romeinen toch bang voor nieuwe dreiging. Cato’s beëindiging van elke redevoering: ‘overigens ben ik van mening dat Carthago verwoest moet worden.’
- 3e Punische Oorlog = belegering Carthago. Twee jaar weinig resultaat, vervolgens Scipio Aemilianus (adoptief kleinzoon Scipio Africanus): stad met de grond gelijk gemaakt, overlevenden verkocht als slaven, ‘carthago’à Provincie Africa.
In contact met de Griekse cultuur
- Militaire confrontatie met Hellinistische wereld: 215: Macedonische koning Phillipus V ging coalitie aan met Hannibal. 2e eeuw, eerste helft: vier Macedonische oorlogen.
- Attalus III liet het gebied Pergamum via testament over aan de Romeinen à Asia.
- Uitwisseling artsen en militairen e.d. à vermenging Griekse en Romeinse cultuur.
7.4 CRISIS EN BURGEROORLOG: 133-31 V. CHR.
Vroege Republiek 500 - 287 v.C. - Midden Republiek 287 – 133 v.C. - Late Republiek 133 - 31 v.C.
Sociale omwentelingen:
- Voor 2e Punische Oorlog: Romeinse maatschappij: zelfvoorzienende, zelfstandige boeren. Zij waren ook soldaten in de legioenen. Kosten wapenuitrusting voor henzelf.
- Na 2ePunische Oorlog:
- Urbanisatie boeren > stadsproletariaat
- Aristocratie > grootgrondbezit, bewerkt door slaven
- Bezitloze burgers stadsproletariaat: clientela-systeem. (of: clientes-patronisysteem.)
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
S.
S.
vespasianus was keizer van 69 tot 79, niet van 69 tot 67. verder supergoede samenvatting :)
10 jaar geleden
Antwoorden