Vietnam, speelbal van de 20ste eeuw

Geschiedenis hoofdstuk 7 Par. 1 Wereldmachten in botsing Na 1945 ontstonden er 2 machtsblokken: een communistisch machtsblok in Oost-Europa geleid door de Sovjetunie en een kapitalistisch blok in West-Europa en Noord-Amerika onder aanvoering van de VS. In de jaren 50 en 60 kwamen beide blokken steeds vijandiger tegenover elkaar te staan. Veel mensen waren zelfs bang voor het uitbreken van een kernoorlog. Een gewapend conflict tussen de grootmachten bleef echter uit. Daarom wordt deze periode de Koude Oorlog genoemd. In 1945 werden de Verenigde Naties (VN) opgericht, een organisatie die de wereldvrede moest bewaken. Een conflict waarbij de VN wel betrokken raakte, was de Korea-oorlog. De politiek van de VS om landen die bedreigd werden door het communisme te hulp te komen, heette de Truman-doctrine. Par. 2 Een Franse kolonie In het tijdperk van het imperialisme kreeg ook Vietnam met Westerse overheersers te maken. Samen met Laos en Cambodja hoorde het land vanaf 1887 tot de Franse kolonie Frans Indo-China. Tijdens de Tweede Wereldoorlog kwam Vietnam onder Japanse bezetting. Het Franse bestuur mocht blijven bestaan, maar kreeg zijn orders voortaan van de Japanners. Een groep Vietnamezen verzette zich tegen de Japanse bezetting: de Vietminh, de Liga voor de Onafhankelijkheid van Vietnam. Vanaf het platteland begon de Vietminh een guerrillaoorlog tegen de Fransen.
Par. 3 Vietnam raakt verdeeld Na 2 maanden van onderhandelingen kwam het Akkoord van Genève tot stand. Voorlopig doelde een demarcatielijn Vietnam in tweeën. De VS was vooral bang dat na Vietnam ook andere landen in Zuidoost-Azië communistische regeringen zouden krijgen. Dat idee ging later de dominotheorie heten. In Zuid-Vietnam was ondertussen Ngo Dinh Diem met hulp van de Amerikanen aan de macht gekomen. De regering Diem was corrupt. Par. 4 Nog steeds oorlog Veel Vietminhstrijders waren na het Akkoord van Genève in Zuid-Vietnam achtergebleven. Met hulp uit het noorden richtten zij in 1960 Vietcong op: het Zuid-Vietnamees bevrijdingsfront. Begin 1965 gecon de Amerikaanse luchtmacht met bombardementen op Noord-Vietnam. Ze bombardeerde ook de Ho Chi Minhroute: een netwerk van wegen waarlangs Noord-Vietnam soldaten en hulpgoederen naar het zuiden stuurde. De inzet van zware wapens, vliegtuigen, helikopters, ontbladeringsmiddelen en napalmbommen bleek onvoldoende. Par. 5 Vietnam verenigd Het einde van de oorlog betekende nog niet het einde van de problemen voor Vietnam. Wat moest er b.v. gebeuren met de honderdduizenden Zuid-Vietnamezen die hadden samengewerkt met de oude Zuid-Vietnamese regering? Velen van hen kwamen in heropvoedingskampen terecht. Uit angst voor dergelijke maatregelen vluchtten tussen 1975 en 1982 ongeveer 1 218 000 mensen weg uit Vietnam. Ze vestigden zich in 16 verschillende landen. Ongeveer 500 000 van hen vluchtten over zee. Ze kregen de naam bootvluchtelingen. Misoogsten en een Amerikaans embargo verergerden de situatie. In de 2e helft van de jaren 80 veranderde de situatie. Ondertussen groeide Zuidoost-Azië uit tot een nieuw economisch machtscentrum.