De industriële revolutie hield in dat er een omwenteling kwam in de productiemethoden, waarbij handarbeid langzamerhand werd vervangen door machines. De industriële revolutie begon rond 1775 in Groot Brittannië. Eerst deed men alles met spierkracht en kracht van dieren. De eerste hulpmiddelen voor de textielindustrie waren apparaten werkend op waterkracht. Vooral in Lancashire ontwikkelde de textielindustrie zich goed. Later kwamen er machines die door stoomkracht werden aangedreven. James Watt introduceerde de eerste stoommachine waarbij ten eerste veel minder energie verloren ging en ten tweede kon deze machine ook dingen in beweging zetten. Door onder andere de machine van James steeg de productie van textiel (en nieuwe kledingsoorten) met 350 x en werd het 20 x zo goedkoop. Één van deze nieuwe kledingsoorten zijn de Manchesterwerkpakken (witte overhemden, jeans en corduroy). Naast de industriële revolutie kwam ook de agrarische revolutie opzetten, dit hield in dat er verbeteringen kwamen in de landbouwmethodes (18e eeuw) waardoor de productie steeg, de bevolking steeg en de boeren afnamen. Ook de transport revolutie kwam begin 18e eeuw op gang. Eerst door bouw van kanalen vanaf 1790 en vanaf 1830 vanwege de aanleg van spoorlijnen. Door deze veranderingen ging meer dan de helft van de bevolking in de stad wonen en werd de economie beheerst door de industrie en de dienstensector, zo’n samenleving noemen we ook wel een industriële samenleving
Paragraaf 8.1
ADVERTENTIE
"Hij was echt die meester die iedereen voor de klas wil hebben"
Pabo-student Melle wil graag leraar worden. Wij spreken hem over zijn rolmodel en hoe het is om stage te lopen. Wil je meer weten over hoe het is om voor de klas te staan en hoe je zelf leraar kunt worden? Check onze pagina over ‘leraar worden’!
Naar de pagina
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
E.
E.
Een hele goede samenvatting! Thankyouu
6 jaar geleden
Antwoorden