Eindexamens 2025

Wij helpen je er doorheen ›

GS 3.4 Christendom in europa

Beoordeling 0
Foto van MB
  • Samenvatting door MB
  • 4e klas havo | 627 woorden
  • 22 april 2024
  • nog niet beoordeeld
Cijfer
nog niet beoordeeld

ADVERTENTIE
De ultieme examengids voor mensen die echt niet willen slagen

Eindexamens. Die periode waar je al tijden naar uitkijkt (not) en waar je je super goed op hebt voorbereid (ook not). Geen paniek: wij hebben de ultieme survivalgids voor je samengesteld. Met deze tips ga je het (waarschijnlijk niet) redden. Maar ze zijn wel leuk. 

Bekijk de tips

3.4 Christendom in Europa

De verspreiding van het christendom in geheel Europa

De kerken van Rome en Constantinopel:

      •  Vanaf het begin van het christendom werd de kerk in grote steden geleid door een bisschop
      • Deze hoge geestelijke zag toe op de gelovigen en benoemde lagere geestelijken
      • In de Romeinse rijk wilde de keizer ook de leider zijn van de kerk, in het Byzantijnse rijk lukte dit uiteindelijk
      • Keizer Justinianus liet in 533 de bisschoppen erkennen dat in de kerk niets mocht gebeuren tegen de wil in van de keizer
      • De hoogste bisschop van Constantinopel (oosterse kerk) à patriarch
      • In het westen was geen keizer meer
      • Daar werd de bisschop van Rome de leider van de kerk à de paus
      • Deze stelde dat er twee machten waren
      • De geestelijke
      • De wereldlijke
      • Volgens deze tweezwaardenleer had de paus de geestelijke macht en hadden koningen en keizers allen wereldlijke macht
      • Het oosterse en westerse christendom groeiden uit elkaar en uiteindelijk kwam het tot een scheuring
      • Hierdoor ontstonden twee aparte kerken
      • De rooms-katholieke kerk (katholiek) onder de leiding van de paus
      • De orthodoxe kerk onder de leiding van de Byzantijnse keizer
      • In het westen werd de geestelijkheid net als de adel een sociale groep met speciale voorrechten en een vaste positie in de samenleving à stand
      • Beide kerken hadden vanaf het begin ook speciale geestelijke die zich van de wereld afzonderden à monniken en nonnen
      • De meesten woonden in een klooster
      • De meesten rooms-katholieke kloosters hanteerden de regels van Benedictus
      • Monniken moesten dagelijks volgens een vast schema bidden
      • Mochten het klooster niet verlaten
      • Moesten strikt gehoorzamen aan het hoofd van het klooster à abt
      • Ze hadden geen persoonlijk bezit, maar het klooster bezat vaak wel grond, waarop horige boeren werkten

Europa wordt christelijk:

      • Het christendom werd in 395 de Romeinse staatsgodsdienst, maar had in grote delen van het westen weinig aanhangers
      • Toen het Romeinse rijk in 476 kwam te vallen bleef het christendom bestaan
      • De bekering van Clovis werd een keerpunt
      • De Frankische koning liet zich in 496 met zijn soldaten dopen
      • Misschien geloofde hij dat God en Jezus hem onoverwinnelijk maakten
      • Het Frankenrijk werd een christelijk rijk en Frankische koningen hielpen het christendom verspreiden
      • In 690 stuurde de paus de Angelsaksische monnik Willibrord van Engeland naar Nederland
      • Hij moest de Friezen bekeren
      • Willibrord en andere missionarissen trokken predikend rond en bouwden kerken
      • De kerstening van de Friezen schoot niet op
      • Telkens kwam er verzet zoals in 754, toen de missionaris Bonifatius met tientallen helpers werd vermoord
      • B
      • Pas onder Bonifatius’ opvolger Liudger werden de Friezen definitief tot het christendom bekeerd
      • Missionarissen wilden het geloof zonder geweld en dwang verspreiden
      • B
      • De verspreiding van het christendom in Europa werd in de 9e en 10e eeuw bemoeilijkt door invallen van Germaanse Vikingen uit het noorden en Slaven en Hongaren uit het oosten
      • Hieraan kwam omstreeks 1000 een eind toen Scandinavische koningen en de koning van Polen en Hongarije zich bekeerden
      • De orthodoxe kerk stuurden missionarissen naar Oost-Europa
      • Hierdoor werden Rusland, Oekraïne, Servië en Bulgarije met steun van hun vorsten tot het orthodoxe christendom bekeerd

Samensmelting:

    • Om mensen te overtuigen, besloten missionarissen om aan te sluiten bij de gebruiken en geloven van heidenen
    • Godenvering was verboden, net als waarzeggerij en toekomstvoorspelling: alleen God kende de toekomst
    • Maar geloof in dwergen, reuzen, elfen en geesten werd vaak wel getolereerd
    • Het christendom nam ook allerlei heidense elementen over
    • Deze samensmelting begon al onder keizer Constantijn, die Christus met de zonnegod verbond
    • Hij liet Christus’ geboorte vieren op 25 december (de geboortedag van de zon) en voerde de zondag in als rustdag, in plaats van zaterdag zoals aangewezen in de Bijbel
    • Pasen werd gevierd op de dag van het Germaanse lentefeest
    • Heidense goden leefden voort in christelijke heiligen zoals Maria
    • Relikwieën (overblijfsel van heiligen) vervingen amuletten, dierenhoofden en andere voorwerpen die voorspoed moesten brengen of onheil moesten afwenden

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Ook geschreven door MB