Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Hoofdstuk 4.2

Beoordeling 7.8
Foto van ..
  • Samenvatting door ..
  • 1e klas vmbo/havo | 371 woorden
  • 19 maart 2021
  • 28 keer beoordeeld
Cijfer 7.8
28 keer beoordeeld

geschiedenis klas 1 t-havo memo 4.2

In de middeleeuwen was bijna iedereen in West- Europa christen. In elke plaats stond een kerk. De paus was de baas van al die kerken en van alle geestelijken. Geestelijken vertelde mensen dat ze na de dood in de hemel kwamen, maar dan moesten ze wel goed geleefd hebben. Als ze iets verkeerds hadden gedaan moesten ze bij de geestelijke om vergeving vragen. Al sinds de middeleeuwen hebben sommige gelovigen kritiek op de kerk. De kerk trad hard op tegen dat soort mensen. Die mensen hadden andere ideeën, die mensen noemde ze ketters.  om de ketterij goed te bestrijden richtte de paus rond 1200 een speciale rechtbank op tegen die zich bezighield met opsporing en bestrijden van ketters. de inquisitie. Volgens de kerk moesten de ketters hun geloof veranderen. Als mensen dat niet deden konden zij veroordeelt worden tot de brandstapel. Tot 1500 bestond er in West-Europa maar één kerk. Ketters werden met succes bestreden. Dat lukte niet meer toen in 1517 de Duitse monnik Maarten Luther met zijn kritiek naar de kerk ging. Luther wilde de kerk hervormen. Hij had drie punten van kritiek. Ten eerste protesteerde hij ertegen dat mensen een ,plekje, in de hemel konden kopen. Alleen god kon dat beslissen vond Luther dus niet de paus. Luther dacht dat je alleen een plekje in de hemel kon winnen door goed te leven en veel te bidden. Ten tweede vond Luther dat iedereen de bijbel moest kunnen lezen, dus vertaalde hij het in het Duits. Ten slotte vond Luther dat wat er in de bijbel stond afgeschaft moest worden. ( heel raar die gast eerst vertaalt hij de bijbel en dan is de bijbel onzin.) Toen de paus het kritiek van Luther hoorde werd hij woest. Luther moest zijn woorden terugnemen maar dat deed hij niet. Daardoor ontstond een nieuwe kerk. Die gebeurtenis heet de hervorming. Voortaan bestonden er twee kerken. Katholiek en Protestant. De mensen die zich aansloten bij Luther werden protestanten. Er waren meerdere protestantse kerken zoals die van Johannes Calvijn die hadden allemaal andere ideeën. Een protestantse kerk was heel saai en somber maar een Katholieke kerk was juist heel rijk met veel beelden en versierde ramen. 

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.