Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Hoofdstuk 9: Wereldoorlogen

Beoordeling 5.2
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas vwo | 2458 woorden
  • 27 februari 2015
  • 4 keer beoordeeld
Cijfer 5.2
4 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

9.1 Wereldoorlogen

WOI 1914-1918

aanleiding: moord op Franz Ferdinand

Oostenrijk oorlog met Servië → Servië ≡ Rusland → Oostenrijk ≡ Duitsland (doen alleen mee omdat ze anders niet meer geloofwaardig zijn als bondgenoot) → Rusland ≡ Frankrijk → tweefrontenoorlog → Frankrijk ≡ Engeland → Duitsland ≡ Ottomaanse rijk

dus: Oostenrijk, Du, Ottomanen(centralen) ↔ En, Fa, Rusland, Servië (en in 1917 VS die zich bij hen voegde na een aanval op Amerikaanse schepen met Duitse duikboten)

Ottomaanse rijk is bang voor Rusland, want Rusland wil

  • handelsroute (noorden + oosten zwak)

  • religieuze hoofdstad van Russisch Orthodoxe kerk is Istanbul

 

oorzaken

  • Al spanning door concurrentie in industrie, protectionisme, nationalisme en imperialisme (DU voelt zich achtergesteld) militarisme (officieren in hoog aanzien)

  • Dus alvast bewapenen → wapenwedloop

  • leger uitbreiden → dienstplicht

  • mobilisatie plannen

  • bondgenootschappen

stemming: liever geen oorlog, maar we gaan hem niet uit de weg

verwachting: kort en geweldig, want we zijn goed voorbereid

 

DU: nationalisme: we mogen niet afgaan, door oorlog laten zien hoe goed ze zijn. We willen meer Kolonies.. Dus bedreigd door Frankrijk, maar ook door Rusland die steeds sneller industrialiseerde.

Leger van Oostenrijk-Hongarije zeer groot maar niet effectief vanwege veel volken (nationalisme van subgroepen)

Servië is in 19e eeuw onafhankelijk geworden maar veel Serviërs wonen in Bosnië en dus wil Servië Bosnië hebben.

→ er valt voor iedereen iets te halen.

 

Du: Willem I gaat leger opbouwen, marine, aggressief koloniën veroveren

En: besluit dat hun marine min. zo groot moet zijn als 2+3 bij elkaar. Komt eracht dat Du de Dreadnought veel sneller + beter produceert → bedreigd (ook door aggressieve politiek van Willem I). Is ook bang dat Duitsland hun overmacht in het koloniale rijk zou aanttasten

→ gaat actief meedoen

Frankrijk: wil revanche voor de oorlog met Duitsland → Elzas Lotharingen.

 

Von Schlieffenplan: via Belgie Noord-Frankrijk innemen. Redenen van mislukken

  • Fransen net op tijd klaar

  • GB is sneller ter plaatse met hulptroepen dan verwacht

  • Rusland staat al klaar an het Oostfront

  • Oostenrijk-Hongaarse leger nog zwakker dan verwacht

Westfront: Loopgraven oorlog

Duitsland geeft zich over omdat ze eerder zijn “doodgebloed”.

Nieuwe technieken: generaals weten niets meer dan gewoon maar schieten (eerste gemechaniseerde oorlog(gifgas)(duikboten)(tank))

 

Oostfront:

Geen geschikte grond voor loopgraven. Rusland heeft enorme mankracht, maar is slecht getraind en bewapend. Duitsland heeft militair overwicht.

De oorlog stopt daar door de Russische revolutie (1917) (fase 1 tsaar afgezet (honger) fase 2 communisme + lenin). Lenin komt aan de macht doordat hij belooft een einde aan de honger en oorlog te maken.

 

 

De legers bestonden uit dienstplichtigen dus hielden de vrouwen en kinderen de economie draaiende(emancipatie) die volledig gericht was op oorlog → voedseltekorten.

 

Versailles:

Symbolische plek: vernedering duitsers. Vooral Duitsland wordt gepakt want ze liggen centraal en zijn een sterke economische concurrent (herstelbetalingen). Klein leger, niet in Rijnland, niet bewapenen, herstelbetalingen.

Veel elite zien met het kleine leger hun status en toekomst (titels heel belangrijk in DU) verdwijnen  steun hitler.

 

Amerika is het niet eens met Versailles: zelfbeschikkingsrecht

Volkenbond:

  • Du mag niet meedoen

  • Rusland ook niet  communistisch

  • Amerika wil niet meedoen

Na Versaille

Weimar-Republiek: democratisch Duitsland

Dolkstootlegende: krachten binnen het Duitse rijk (joden, socialisten) hebben hen verraden.

 

Gevolgen WOI: Versaille, Russische Revolutie ( communisme  SU), VS  isolationisme

 

verschil:

WOI : wat valt er te halen?

WOII: bondgenootschappen gebaseerd op ideologie

 

Voor WOI: oorlog niet persoonlijk voor burgers, geen massavernietiging, macht tonen

Na WOI: massavernietiging, veel burgerslachtoffers, oorlog pessimistisch

 

9.2 De economische crisis

1918 -1920 → red scare, wegzakking economie → bang voor revolutie

1920 → economie groeit, aandelen koers stijgt → vraag naar aandelen stijgt → prijs stijgt → leningen

Bank vraagt rente en onderpant. Alles draait op geleend geld.

Mensen maken nu nog winst, maar gaan (met als impuls Miami beach storm) hun aandelen verkopen voordat ze verlies maken → geen kopers, alleen verkopers → aandelen waarde kwijt

 

Banken krijgen lening niet terug → bank valt om → mensen hebben schuld → spaargeld is weg

virtuese cirkel: → pessimisme → weinig consumptie → geen productie (was al overproductie) → werkgelegenheid daalt → pessimisme

 

Aanleiding: Beurskrach 1929 Wallstreet. Aandelen koersen dalen enorm. Amerikanen raken vermogen kwijt.

 

Oorzaken:

  • overproductie van de Amerikaanse landbouw en industrie (kon massaal exporteren naar Europa door WOI, maar hierna liepen hun inkomsten terug en bleven de kosten gelijk) economisch

  • Roaring twenties: optimistisch beeld over de economie “live now, pay later” → geld lenen, niet sparen → schuld, cultureel

  • geen toezicht op banken (liberaal). Ze leende teveel geld en gingen later daardoor failliet. Politiek

 

Reacties overheid VS:

Hoover:

  • niet ingrijpen, crisis lost zichzelf op (liberaal)

  • bezuinigingen → minder werkgelegenheid

  • protectionisme → rest van de wereld mee getrokken in crisis (in europa moederland voor kolonien)

  • vasthouden aan gouden standaard → dollar wordt duur → geen export

→ armoede en werkeloosheid neemt toe → nieuwe verkiezingen

Twijfel aan liberale beleid → Facisme, nationaal-socialisme en communisme lijken uitkomst te bieden

Roosevelt:

  • ingrijpen: New Deal (geld in economie)

  • staatsleningen, uitkeringen, overheidsprojecten zodat er banen vrij kwamen.

  • Visuele cirkel: Mensen geld → consumptie → fabrieken weer produceren → banen → mensen geld etc.

  • loslaten gouden standaard zodat de export weer op gang komt

 

Slechte oplossingen:

  • bezuinigen → werkgelegenheid daalt

  • subsidie → overproductie → inflatie, race to the bottom

  • tarief muur → slechte im- en export

(inflatie is wel gunstig voor mensen met schuld, maar ongunstig voor mensen met spaargeld)

 

Europa in crisis door

  • protectionisme van Amerika en dus een slechte wereldhandel

  • terugtrekken van lening van Amerika (Amerika had Duitsland geld geleend zodat ze Versaille konden betalen aan EN en FA die daarmee de VS wilde terug betalen voor de leningen die zij hen in WOI hadden gegeven)

 

Rusland heeft geen last → communistisch, lopen industrieel achter, zijn nu dus nationaal gericht en hebben weinig handel (dus gewoon zwak)

Nederland → handelsland. Wel veel last. Door het laat loslaten van Gouden standaard nog minder handel.

Profiteert wel van de WOI omdat de rest van Europa in puin lag.

Door het militarisme van Groot-Brittannië groeit ook de Amerikaanse economie

 

Gevolgen crisis:

Sociale ellende en economische ellende leidt tot extremistische politieke partijen of dictaturen → totalitaire systemen → WOII

Dus na WOII grotere rol voor verzorgingsstaat en meer overheidsbemoeienis met economie.

 

9.3 Totalitaire systemen

denken/maatschappij beheersen met ideologie (propaganda) → creeëren van ideale samenleving, dus gaat uit van een eind oplossing

 

Facisme: antidemocratisch,

hiërarchie maar eenheid, alles is centraal geregeld vanuit een sterke leider en er worden snelle beslissingen genomen (overleggen is democratisch) → geweld, geen woorden maar daden

botst met het communisme vanwege gelijkheid.

Ontstaan: uit nationalistische oorlogsveteranen die vonden dat Italië te weinig was beloont voor hun geallieerde steun.

Italië kampte met economische en politieke onrust → goed voor revolutie (ruzie met communisten om eco)

voorbeeld: romeinse rijk. Symbool was fasces: bundel takken met daarin een bijl (eenheid)

 

Nationaalsocialisme: facisme maar dan met sterk racistisch karakter (plicht om lebensraum te creeëren)

→ hitler, kwam aan de macht in de economische crisis

Het derde rijk, opvolger van het heilige Roomse rijk en het Duitse keizerrijk.

 

communisme: totale gelijkheid

Grootschaliger terreur dan Nationaalsocialisme (daar mochten oude elite posities behouden), niet alleen minderheden hadden iets te vrezen, maar iedereen.

Stalin: sterke industrialisatie met 5 jarenplannen die bevolking tot uiterste dreef.

Landbouw gecollectiviseerd → boeren moesten hun land en bezit afstaan aan collectieve boerderijen.

Symbool: hamer en sikkel → fabrieks- en landarbeiders.

 

Overeenkomsten: allemaal ongeveer zelfde staatsinrichting waarin alles gelijkgeschakelt is.

Allemaal een zondebok (het doel heiligt middelen) (comm: bezittende klasse Nat-soc: joden fac: links) → alles heeft externe oorzaak

De totalitaire systemen zorgen voor spanning → WOI

 

algemeen: een sterke leider, individu ondergeschikt aan de groep, geen democratie, onderdrukking, jeugdorganisaties, verwijderen van andere ideologieën, economie dient de staat en ideologie

 

9.4 propaganda en communicatie

propaganda: politieke reclame (niet nieuw)

  • positief zelfbeeld

  • vijandelijk beeld van de rest

Door nationalisme betere infrastructuur en beter onderwijs, dus propaganda bereikt hele bevolking (sinds Fr rev)

democratisering → politieke stromingen waarmee mensen nauw verbonden zijn → propaganda belangrijker

mogelijk door: beter onderwijs en technologische vooruitgang (industrialisatie) (radio, telegraaf, film, goedkoop drukken, minder analfabetisme )

 

In democratieën werkt extreme propaganda minder goed door ervaringen uit WOI (duitsers als bloeddorstige hunne)

Juist toename in totalitaire staten

  • legitimatie nodig voor beleid

  • gelijkschakeling en ook indoctrinatie, geen tegengeluid

werkt goed omdat het overal in terug te vinden is: kunst, media, onderwijs, massa-organisaties en symbolen

 

9.5 Verzet tegen het Imperialisme

interne oorzaken

  • steeds meer Europese aanwezigheid

  • Europeanen stelde centraal bestuur op

  • grotere afstand tussen inheemse bevolking en overheersers

  • toenemende scholing (eenheid, nationaliteit, minder analfabetisme)

  • geen inspraak

externe oorzaken

  • communisme → gelijkheid, dus aantrekkelijk

  • voorbeelden van anti-koloniale bewegingen en Japan

  • idee van democratie

  • Amerika verkondigt het zelfbeschikkingsrecht

  • Na inzet van koloniale troepen in WOI andere ideeën over Europese macht en beschaving

Impuls: Economische crisis, laat de zwakte zien van de Europese landen en die kiezen ook eerst voor het moederland.

 

India

Ghandi → eerst onze eigen gewoontes en respect terug krijgen → populair bij bevolking

1919 → congres-party (nationalistische partij van Ghandi) steeds meer aanhang

Roept op tot industrialisatie, ongunstig voor:

  • GB

  • plaatselijke ambachtslieden

Roept op tot geweldloos verzet: non-Coörperatie

  • niet gehoorzamen (bv. Eigen producten maken, niet voor Groot-Brittannië)

  • Sit ins, zitten en wachten (staking)

reactie → geweld → later onderhandelen

 

Nederlands-Indië

Na WOI verzet van PKI (communistisch) → verboden in 1926 na opstand

veel leiders worden gevangen gezet → geweld roept eigenlijk meer verzet op.

Colijn denkt dat het verzet “zo dun is als het vliesje van een rijstkorrel “ omdat hij ver weg zit en gefilterde informatie krijgt (+ geloven)

1923 → term Indonesië wordt voor het eerst gebruikt. Ghandi is groot voorbeeld

1927 → Na PKI → PNI, nationalistische partij o.l.v. Soekarno → geweld

→ soekarno verbannen na opstanden → zware censuur en onderdrukking, PNI verdwijnt.

Pas na WOII als ze door Japan bezet zijn/bevrijd → dekolonisatie

Nederland probeert nog terug te nemen → nodig voor wederopbouw

 

Afrika

nog geen nationalisme:

  • dun bevolkt

  • minder ontwikkelt

  • geen onderwijs gebracht (dus nauwelijks in aanraking met Europese Ideeën)

  • geen inheemse elite

9.6 De Tweede Wereldoorlog

 

chronologie

'36 afbraak Versaille → '38 Der Anschluss → '38 Conferentie van München, Sudetenland → '39 Binnenval Polen, start WOII → Voorjaar '40 Blitzkrieg, Denemarken, Noorwegen, Nederland, België, Frankrijk → Zomer '40 Battle of Brittain → '41 Operatie Barbarossa → '41 Pearl Harbor → Winter '42 Stalingrad (keerpunt), start bombardement West Du → Zomer '43 Geallieerden in Italië → '43- '45 opmars rode leger → '43 – '45 opmars Amerikanen in Pacific → '44 D-day → '45 capitulatie Du

 

WOII is onverwachte oorlog en meeste landen zijn ook niet voorbereid

  • westerse landen bezuinigen op defensie

  • denken de appeasement politiek vol te kunnen houden, of neutraal te blijven

  • Rusland zuivert de top van het leger

Uitgangspunten van Hitler:

  • Weer groot en sterk Duitsland → Derde rijk → Heim ins reik, alle Duitsers weer in één rijk.

    Lebensraum: Duitsers verdiende meer leefruimte (geen koloniën) → Drang nach Osten

  • Vernedering van Versaille wegnemen

  • Joodse probleem oplossen

 

Voor de Oorlog

Rusland houdt zich nog afzijdig: geen inspraak in Volkenbond, bezig met industrialisatie.

 

hoogtepunt appeasement politiek → Sudetenland. Conferentie van München (mussolini denkt hier ook voordeel bij te hebben → Albanië) → weggeven Sudetenland omdat:

  • oorlog voorkomen

  • Troepen in Koloniën

  • Door crisis niet voorbereid op oorlog

'39 Geheim verdrag met Rusland → Polen opdelen (menen historisch recht te hebben) . Angst voor tweefrontenoorlog

 

Tijdens de Oorlog

tactiek westen: Blitzkrieg → geen loopgraven → dynamisch (duikboten, parachutisten) (fr verwacht breed front)

Uiteindelijk ook aanval op het oosten → bang voor het opkomende militarisme in Rusland en een teken geven aan Groot-Brittannië (als ze hadden gewonnen)

Japan: neemt deel van China, Filipijnen en Korea in en doet zich in Indonesië voor als bevrijder (een groot Azië)

 

keerpunten

Operatie Barbarossa loopt vast bij Stalingrad (Stalin wil die stad perse behouden en roept de oorlog uit tot grote Vaderlandse oorlog → niet communistisch) → '43 verloren.

 

Pearl Harbour → Vs doet mee. VS en GB vormen Zuidelijk front (Afrika) en nemen Italië in

stimuleren antifascistisch bewegingen → Mussolini afgezet

 

einde

Hitler verspreid troepen over de Atlantic wall → breed front → troepen uitgedunt

D-day → geallieerden landen op Franse kust en dringen Hitler terug.

Ardennen offensief → Laatste wanhopige poging van Hitler

Bombardement Berlijn → Capitulatie

Japan geeft zich niet over → Atoombommen VS (uittesten, Russen afschrikken) → Capitulatie → einde.

 

Verschillen WOI en WOII

  • Oorlog gericht tegen Burgers

  • Spanje, Portugal en Nederland niet meer Neutraal

  • Oorzaak was nu Wraak, in WOI Spanning

  • Duitsland was in de WOI een keizerrijk en in WOII een naziestaat/dictatuur

  • Na WOII werden betere regels gemaakt die ook werden nageleefd

 

9.7 De holocaust (Shoah)

Lange geschiedenis van antisemitisme: erkende niet de goden van de Romeinen (monotheïstisch) → middeleeuwen, moordenaar van Christus, Getto's, negatief carriere beeld → na WOI vaak communistisch.

 

stappenplan Hitler: Politieke tegenstanders (comm. Socialisten, liberalisten) → niet binnen Arische ras (joden, zigeuners, Johova's) → gehandicapten

 

Joden worden gediscrimineerd (geen gemengde huwelijken meer) en geweerd uit openbare leven (geen ambtenaar meer etc.). Twee beelden:

  • onmenselijk, monsterlijk, dieren

  • groot complot tegen de Ariërs

→ schuld van crisis, Versaille, dolkstootlegende

1938 → Kristallnacht → grote Razia → bevolking eigenlijk niet enthousiast → heropvoedingskampen

middenklasse is voornamelijk het slachtoffer → emigreren

 

endlösing: oplossing voor het “joodse probleem”.

 

Eerst doodschieten → traumatische problemen soldaten, kosten → 1942 Wansee conferentie → systematische vergassing d.m.v. Zyklon B

 

Stappenplan van Genociden: verdachtmaking → discriminatie → wettelijke achterstelling → isolatie → deportatie → vernietiging

 

9.8 De bezetting

Blitzkrieg Nederland → houdt langer stand dan verwacht → bombardement Rotterdam → dreiging andere steden → capitulatie → regering vlucht naar Londen

 

Seys Inquart → vertrouwen winnen van Arische bevolking → fluwelen handschoen → accomodatie

Alleen NSB → 1940 Nederlandse Unie

Veel mensen werden lid als “protest actie”, liever zij dan de NSB

Seys Inquart kon de partij goed gebruiken, maar toen ze weigerden soldaten te leveren werd de NU verboden (1941)

 

NSB leider: Mussert, was meer fascistisch, maar accepteerde de bezetting en werd toen racistisch → collaboratie

 

1941, situatie grimmiger → joden vervolging → februari staking (8 doden) → inname van radio's, fietsen, auto's en censuur van kranten → kleine verzetsgroepen

Steeds meer op de bon → mannen naar Duitsland om te werken (omgekomen door geallieerden bombardementen) → 1943 April-meistakingen (175 stakers dood)

1944 → spoorwegstaking om Duits transport te hinderen → Duitsers leggen voedsel transport stil → Hongerwinter

 

Nederland → hoogste percentage geëxecuteerde joden → kwam door goede administratie, iedereen geregistreerd

 

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.