Hoofdstuk 9 – In Flanders Fields
9.1 De wereld in oorlog
Oorzaken WO I: nationalistische gevoelens, modern imperialisme en militarisme (= het leger neemt een belangrijke plaats in de maatschappij in. Internationale problemen werden opgelost met militaire middelen). Deze aspecten waren vooral duidelijk te zien bij keizer Wilhelm II (Duitsland).
Aan het begin van de 20e eeuw waren al twee politieke machtsblokken gevormd. Oorlog werd gezien als een normaal middel om problemen op te lossen. Bondgenoten konden daarbij van doorslaggevende betekenis zijn. Aan de ene kant stond de ‘Driebond’ (later de Centralen), bestaande uit Duitsland, Italië (naar Geallieerden in 1915) en Oostenrijk-Hongarije. Aan de andere kant de ‘Triple Entente’ (Geallieerden): Frankrijk, Groot-Brittannië en Rusland.
Aanleiding WO I: 28 juni 1914, moord op kroonprins Frans Ferdinand (Oostenrijk-Hongarije) in Sarajevo. Oostenrijk-Hongarije hield Servië verantwoordelijk want Gavrilo Princip (moordenaar) was lid van de nationalistische beweging Zwarte Hand. Deze beweging werd gesteund door Servië. Het ultimatum (Oostenrijkse politie mocht onderzoek doen in Servië) wat Servië kreeg was een verkapte oorlogsverklaring.
29 juni 1914: Rusland mobiliseert → hulp aan Servië
1 augustus 1914: Duitsland (bondgenoot Oostenrijk-Hongarije) verklaart Rusland de oorlog
2 augustus 1914: Frankrijk mobiliseert
3 augustus 1914: Duitsland verklaart Frankrijk de oorlog
4 augustus 1914: Duitsland valt België binnen (onderdeel van het Schlieffenplan, gemaakt in 1906. Bij een oorlog met Frankrijk moest dit land zo snel mogelijk worden verslagen om een tweefrontenoorlog te voorkomen). Op deze dag verklaarde Engeland (bondgenoot Frankrijk) ook Duitsland de oorlog.
België bood meer weerstand + Rusland verscheen sneller aan het oostfront dan verwacht → tweefrontenoorlog (= een oorlog waarbij een land op twee plekken tegelijk moet vechten)
Toen de Duitse opmars door België en Frankrijk was gestopt, veranderde de bewegingsoorlog in een loopgravenoorlog (= een oorlog waarbij de oorlogvoerende landen zich verschansen in uitgegraven greppels/stellingen om van daaruit te vechten).
Belangen
Duitsland: uitbreiding van de handelsmacht
Oostenrijk-Hongarije: invloed op de Balkan, afleiding interne problemen
Frankrijk: wraak op Duitsland (Elzas-Lotharingen)
Engeland: behouden van de handelsovermacht en haar imperium
Rusland: invloed op de Balkan, vrije doorgang van de Zwarte Zee
februari 1916: Slag bij Verdun
juli 1916: Slag aan de Somme
Wilson (Amerika) had zich heel lang buiten de Eerste Wereldoorlog gehouden (isolationisme, = buitenlandse politiek van een land om zich zo min mogelijk te bemoeien met andere landen), maar toen de Duitsers de onbeperkte duikbotenoorlog aankondigde (1917) en het Zimmermann-telegram (=een telegram dat in januari 1917 door de Duitse minister van buitenlandse zaken Zimmermann naar de ambassadeur in Mexico werd gestuurd, met het verzoek om Mexico over te halen deel te nemen aan de Eerste Wereldoorlog aan de kant van Duitsland. Mexico zou dan financiële steun en gebieden in de VS krijgen. Het telegram werd door de Britse geheime dienst onderschept, ontcijferd en doorgespeeld aan de Amerikaanse regering) onderschept werd vond Wilson dat Amerika mee moest gaan doen → de VS verklaarde Duitsland de oorlog
maart 1918: vrede van Brest-Litovsk. Vrede tussen Duitsland en de in de Sovjet-Unie aan de macht gekomen bolsjewieken. De communisten wilden een snelle vrede om de Russische Revolutie niet in gevaar te brengen en omdat Rusland militair en economisch volledig was ingestort.
11 november 1918: einde WO I. Duitsland kon niet op tegen de Geallieerden.
Gevolgen WO I
28 juni 1919: Verdag van Versailles (= verdrag, gesloten na WO I, waarin de overwinnaars Duitsland lieten boeten voor de oorlog)
٠ Duitsland moest een schadevergoeding betalen voor de aangerichte verwoestingen
٠ Duitsland moest ontwapenen, waarbij het leger niet groter mocht zijn dan 100.000 man
٠ Het Rijnland moest worden gedemilitariseerd.
٠ De Duitsers moesten gebied afstaan. Elzas-Lotharingen kwam weer bij Frankrijk.
٠ Duitsland werd aangewezen als enige verantwoordelijke voor de Eerste Wereldoorlog.
Wilson hoopte op een blijvende vrede in Europa → Volkenbond (= internationale organisatie die problemen tussen landen door onderhandelingen zou moeten oplossen)
De materiële schade van de WO I zorgde voor langzaam economisch herstel. Frankrijk en Groot-Brittannië moesten leningen afbetalen. Duitsland moest herstelbetalingen doen, in 1923 kon ze deze niet langer betalen → Frankrijk bezet het Ruhrgebied → Duitse regering riep algemene werkstaking uit → onrust en economische schade → hyperinflatie → Dawes-plan: Amerika verstrekt Duitsland leningen om aan herstelbetalingen te kunnen voldoen.
Roaring twenties in de VS: vertrouwen in de toekomst (economie groeide, arbeidsproductiviteit steeg), massaproductie, nieuwe massamedia (nieuwe levensstijl)
9.2 Communistisch Rusland
Romanovs hadden sinds 1613 de macht. Er bestond geen volksvertegenwoordiging.
Veel armoede (landbouwgrond bracht niet veel op, de landbouw was verouderd en groot deel opbrengst afstaan aan adel) → onvrede → opstand op 9 januari 1905. Bevolking vroeg om toestemming om vakbonden op te richten, vrijheid van meningsuiting en volksvertegenwoordiging → Bloedige Zondag. De Doema werd uiteindelijk ingesteld maar had geen enkele macht (tsaar ontbond de volksvertegenwoordiging als ze met voorstellen kwamen die hem niet zinden).
Onopgeloste problemen, honger en velen gesneuvelden door de Oorlog → Februarirevolutie (= een opstand die eind februari 1917 begon in de Russische stad Petrograd en tsaar Nicolaas II dwong tot aftreden). De Voorlopige Regering bestond uit o.a. liberalen en sociaaldemocraten. Arbeiders en soldaten wilden politieke macht en verenigden zich in Sovjets (= politieke raden van arbeiders en soldaten).
De bolsjewieken (= Russische marxisten die streefden naar de invoering van het communisme in Rusland door middel van een centraal geleide revolutie) waren tegen de Voorlopige Regering, wilden Rusland besturen op basis van de ideeën van Karl Marx.
Lenin ging naar Zwitserland om na te denken over een revolutie. Moest mensen winnen dus ging terug naar Rusland, via Duitsland omdat Duitsland hem doortocht verschafte (Lenin was voorstander van een wapenstilstand).
Lenin beloofde ‘vrede, brood en land’.
25 oktober 1917, Oktoberrevolutie: staatsgreep van de bolsjewieken. Nieuwe regering: Raad van Volkscommissarissen (Lenin was de voorzitter).
Lenin werd maar door 25 procent van de bevolking gesteund en kon aan de macht blijven door hard op te treden. ‘Witten’ waren tegen het communisme (= een ideologie waarbij een samenleving wordt nagestreefd waarin iedereen gelijk is. Een klasseloze samenleving zou er volgens de communisten komen via een revolutie. Arbeiders zouden hierbij de macht grijpen en grond, fabrieken en machines zouden staatseigendom worden) van Lenin. Zij gingen de strijd aan met de ‘Roden’ (bolsjewieken). → Russische burgeroorlog. Roden wisten uiteindelijk te winnen.
Rusland (de Sovjet-Unie) was een communistische dictatuur geworden. Lenin probeerde een nieuwe maatschappij op te bouwen, waarin gelijkheid centraal stond.
Privébezit werd afgeschaft, banken en grote fabrieken werden tot staatseigendom gemaakt en boeren werden gedwongen hun graan te leveren aan de staat → veel verzet + verslechtering economie → Nieuwe Economische Politiek (NEP) in 1921. De economische maatregelen gaven kleine zelfstandigen en boeren meer vrijheid (mochten eigen producten verkopen en opbrengst zelf houden).
Lenin overleed in 1924, Stalin kwam aan de macht in 1928. Stalin wilde de Russische economie hervormen zodat ze in korte tijd de achterstand op de kapitalistische landen zou inhalen →
٠ Planeconomie (= door de overheid geleide economie, waarbij dmv vijfjarenplannen wordt aangegeven wat en hoeveel er geproduceerd moet worden). Hierdoor ontstond veel opbouw van zware industrie en propaganda.
٠ Modernisering van de landbouw (om de productie te verhogen). Regering besloot over te gaan op collectivisatie (= het samenvoegen van zelfstandige landbouwbedrijven tot grote gezamenlijke boerderijen, die een groot gedeelte af moeten staat aan de staat). Kolchozen waren bestaande boerderijen die werden samengevoegd. Boeren hadden nog wel een klein stukje eigen grond. Sovchozen waren nieuwe staatslandbouwbedrijven waar de boeren geen eigen stukje grond hadden. Hierdoor ontstonden veel tegenstanders (koelakken) en een lage landbouwproductie → hongersnoden.
Stalin, ‘rode tsaar’, was een alleenheerser door terreur, propaganda (Stalin wilde in de gunst van het volk komen, door zich als kindervriend af te schilderen en door propagandistische schilderijen en standbeelden te laten maken) en een machtige geheime politie (alle tegenstanders werden en op basis van showprocessen vermoord of opgesloten in strafkampen in Siberië (goelags) aka Goelag-Archipel (= verzamelnaam voor de vele politieke straf- en werkkampen voor de tegenstanders van het communisme in de Sovjet-Unie) → totalitaire samenleving (= een maatschappij waarin de staat probeert haar bevolking totaal te beheersen wat betreft opvattingen, denken en cultuur)/stalinisme
Tussen 1936 en 1939 zijn veel partijfunctionarissen en officieren van het Rode Leger veroordeeld. Historici denken dat het Russische leger tijdens de WO II daarom zo weinig voor elkaar kreeg.
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden