Hoofdstuk 8: duitsland

Beoordeling 4.5
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas vwo | 4057 woorden
  • 1 juli 2016
  • 2 keer beoordeeld
Cijfer 4.5
2 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Hoofdstuk 8. Duitsland 1870-Nu

  1. Het Duitse keizerrijk

-Het DU keizerrijk ontstond tijdens FA-DU oorlog (1870-1871).

Wilhelm I werd keizer.

  • Benoemde rijkskanselier

Rijkskanselier

  • Benoemde ministers

Rijksdag (volksvertegenw.): per kiesdistrict een afgevaardigde gekozen met algemeen kiesrecht voor mannen.

  • Keurde begroting, belastingmaatregelen en wetten goed/af.
  • Geen zeggenschap over benoeming vd Rijkskanselier& zijn ministers. Mocht hun niet tot ter verantwoording roepen of hen tot aftreden dwingen

-DU rijk ontstond uit 25 deelstaten. Regeringen vd deelstaten veel bevoegdheden. Ook hadden ze invloed op bestuur vh rijk: afgevaardigden vd deelstaten vormden samen in Berlijn de Bondsraad:

  • Recht om begroting, wetten en verdragen met andere landen goed/af te keuren.

 

-Gelaagdheid vd bev:

  • Adel, officieren, hoge ambtenaren: Beheersten openbare mening. Adel (junkers) ontleende aanzien en rijkdom aan grootgrondbezit. Hoge officieren genoten nog meer prestige, maar vaak ook van adel.
  • Grote fabrikanten en bankiers: Door sterke groei industrie nieuwe groep. Verkeerden in hoogste kringen. Door huwelijken met adel& officieren verbonden. ‘Geldadel’ echter minder aanzien.
  • Werknemers in de dienstensector, lagere ambtenaren, kleine ondernemingen, chefs van afdelingen van grote ondernemingen: genoot niet veel aanzien, bekneld tussen lage lagen en hoge lagen.
  • Boeren, arbeiders in de landbouw en industrie, lagere ambtenaren: onderaan in sl. Meeste boeren trouw aan OH en hun religie (kath in ZU, Luthers in NO). Merkten weinig van toenemende welvaart.

-Belangrijkste politieke stromingen:

  • Conservatieven& nationaal-liberalen: met vooral aanhang onder hogere lagen vd bev.
  • Centrum: Vooral aanhang vd katholieke bev, tot 1912 grootste poli partij in Rijksdag.
  • Socialisten: Veel aanhang onder industriearbeiders. Splitste in 1017 tot socialisten en communisten.

 

  1. Zwakke plekken vd Republiek van Weimar.

-Tijdens val keizerrijk in nov 1918 ontstond een machtsstrijd tussen de 2 best georganiseerde poli partijen:

-Sozialdemokratische Partei Deutschlands (SPD) wilde parlementarie democratie waarin plaats was voor versch poli partijen.

-Kommunistische Partei Deutschlands (KPD): Parlement en poli partijen afschappen en vervangen door ‘raden’ (sovjets, zoals in RU), bestaande uit vertegenwoordigers van arbeiders en soldaten.

-Anders dan in RU wonnen de socialisten. Comm kwamen in 1919 in opstand tegen socia-regering. Door leger kon regering opstand onderdrukken. Va dat moment socia& comm vijanden tegenover elkaar.

-1919 werd nieuw parlement gekozen, afgevaardigden kwamen in Weimar bijeen: Republiek vanWeimar.

-Voor goed functioneren ve parlementaire democratie, moet het merendeel vd bev in parlementaire democratie geloven en bereid zijn mee te werken-> in Republ Weimar niet het geval.

Visies Parlementaire democratie:

-Hoewel comm rev was mislukt, KPD bleef grote partij. Na FA comm partij, sterkste comm partij EU KPD hoopte op betere tijden. In afwachting daarvan gingen ze meedoen aan verkiezeingen. Bleven parlementaire democr vijandig gezind, maar het parlement zagen zij wel als goed middel om hun standpt te propaganderen.

-DU nationalisten& conservatieven verlangden naar herstel autoritaire stat zoals keizerrijk. In zo’n staat verwachtten zij meer invloed te behouden dan in democratie. Vonden ook dat oorlog was verloren, doordat socia keizerrijk ten val hadden gebracht, terwijl het leger nog verder kon strijden (dolkstootlegende). Ook werd de voor DU nadelige Vrede van Versailles verweten aan socialisten. Ook grote angst vh comm, werd volgens hen niet goed door regering Weimar bestreden.

-In andere W-EU landen stonden nation/conver niet zo vijandig tegenover democratie.

-Soldaten keerden na WO1 naar huis en vonden geen baan. Gaven PD en haar vertegenwoordigers schuld van alles wat naar hun mening verkeerd was. Sommigen sloten aan bij cons/comm groepen. Anderen begonnen nieuwe partij met als leer fascisme. Alle groepen waren parlementaire democratie vijandig gezind.

-In parlementaire democr regering samengesteld uit vertegenwoordigers v partijen die samen meerderheid in parlement hebben. Zo kwam coalitie van Weimar tot stand: SPD, DDP (Deutsche Demokratische Partei vd vooruitstrevende lib) en Centrumpartij (kath).

-Ongunstig vd republ was dat DDP bij latere verkiezingen jaren 20 veel zetels verloor. Nog 2 steunpilaren over: socia en kath, wantrouwden elkaar. Kath: ‘socia zijn rode atheïsten’. Socia: ‘wantrouwen macht geestelijkh’.

 

  1. De economische crisis van 1929

-Omstreeks 1925 DU eco moeilijkheden te boven gekomen, enkele jaren later eindigde dit

-Okt 1929 daalden prijzen aandelen op beurs NY (Wall Street) plotseling zeer sterk. Eco crisis was gevolg. Veel faillissementen van banken/bedrijven, daling productie en handel, grote werkloosheid. Crisis sloeg over naar landen in EU en rest vd wereld met nauwe banden met VS. Crisis bleef jaren voortduren.

-AM president Roosevelt bestreed crisis met New Deal; afspraken met banken en bedrijven en grote werkgelegenheidsprojecten.

-In NL greep OH nog meer in eco leven in. Vrijhandel losgelaten, om NL producten tegen buitenl concurr te beschermen kwamen op veel producten invoerheffingen. Lbouw werd financieel ondersteund, maar teelt gesubsidieerde proucten werd beperkt. Ook werkgelegenheidsprojecten opgezet.

-Als gevolg eco crisis ging VS AM leningen aan EU terugvragen. Vooral veel DU hadden dankzij dat geld sterk kunnen uitbreiden, ze hadden de leningen echter nog steeds nodig. Toen er einde kwam aan leningen gingen veel bedrijven failliet, andere moesten producie beperken en wn ontslaan. Va 1930 hoge werkloosheid.

-Coalitieregering democr partijen viel 1930 uiteen door meningsversch over werklooshuitkeringen. Centrumleider Brüning werd Rijkskanselier, toen hij faalde in de Rijksdag een meerderh vd nieuwe regering te vinden. Nam hij toevlucht tot artikel 48 grondwet: kabinet kon bij noodtoestand regeren met noodvorderingen, getekend door Rijspresident.

-Regeren met noodvorderingen hield in dat macht in handen lag van Rijkskanselier en president. President was uiteindelijk machtigste, hij kon weigeren noodvorderingen te ondertekenen, rijkskanselier dan machteloos.

-Partijen van Republ Weim slaagden er niet in een oplossing te vinden vd eco problemen en hoopten dat alles vanzelf in orde zou komen. Staat moest in tussentijd vd werklozen zorgen. Daar kwamen ze samen niet uit

De samenvatting gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Leraar worden

Alles wat je moet weten over leraar worden

-Voordeel vd fascistische Nationalsozialistische Deutsche Arbeiterpartei (NSDAP) en haar Führer Adolf Hitler. Die partij, aanhangers: Nazi’s, bood een duidelijk alternatief vd parlementaire democr.

 

  1. De ideologie vh fascisme

-Fascisme is -net als comm- totalitaire ideologie; een duidelijk omschreven wereldbeschouwing die betrekking heeft op alle aspecten vd maatschappij (totalitarisme). Meest genoemde gemeensch kenmerken fascisme:

  • Fascisme is negatief: grote aandacht besteed aan zaken waar men tegen is. Tegen parlementaire democr/ persoonlijke vrijheid. Dus tegen alle stromingen die pers vrijheid als uitganspunt hebben (lib, kapitalisme). Dus tegen gedachte van klassenstrijd (= conflict tussen verschillende klassen binnen een maatschappij met tegengestelde eco& poli belangen) die socialisten en communisten huldigen.
  • Het belang van eigen groep wordt vooropgesteld: Eigen groep is bv eigen groep verspreid over verschi gebieden. Of etnische eigen groep of eigen geloofsgroep.
  • Fascisme is ultra-nationalistisch: Hun staat beste in wereld en heeft recht andere volken te overheersen.
  • Fascisme wil corporatieve staat: maatschappij georganiseerd in beroepsgroepen (corporaties). Zo kunnen concurrentie en onderlinge strijd (bv tussen wg & arbeiders) worden voorkomen. Privé-bezit van productiemiddelen mag blijven bestaan.
  • Mensen zijn niet gelijk. ‘Hogeren’ moeten volk leiden: geen gelijkwaardigheid, hogeren in 1 poli partij verenigen om leiding te geven aan volk.
  • Aan hoofd staat 1 leider: Hiërarchie: partijgenoot, Ortsgruppenleiter (plaatselijke NSDAP-leider), Kreisleiter (kringsleider), Gauleiter (gewestelijke leider), Hitler zelf.
  • Fascistische partij beheerst alle uitingen van cultuur in de staat: fascisten voorstanders totalitair bewind. Staat moest alle uitingen cultuur beheersen en bepalen wat goed en slecht is. (DU gingen verder dan IT)
  • Verstand als basis voor handelen minder geschikt dan gevoel: Hitler: ‘Intellectuelen offeren zich niet op ve ideaal, zijn als bouwstenen ve volksgemeenschap geheel waardeloos. Niet standvastig tijdens gevaar.’
  • Vrouwen moeten veel kinderen voortbrengen en voor hun gezin zorgen: Hitler: ‘Mannen heldenmoed op slagveld, vrouwen door geduldig& lijdzaam. kinderen te baren. Bevalling is veldslag in belang vh volk.’

 

Aanvullende kenmerken DU fascisme; nationaalsocialisten gingen uit vd ongelijkheid van rassen in wereld:

  • 1 hoogwaardig ras: Arische ras. Blanke volken van EU. MUV Slavische volken. In Z-EU hadden Ariërs zich vermengt met andere volken; alleen Germaanse volken nog raszuiver. Onder Germaanse volken was DU belangrijkst, alleen Arische ras kon mensheid vooruit helpen.
  • Minderwaardige rassen: Slaven in O=EU en gekleurde bev in niet-WE wereld waren minderwaardige volken, dienstbaar aan hoogwaardige volken.
  • Verderfelijke rassen: Zigeuners en vooral Joden. Probeerden hoogwaardige volken voor zich te laten werken of ze te vernietigen, door nationaalsocialisten ‘Parasietenrassen’ genoemd. Antisemitisme= haat tege joden. Geen uitvinding vd NaSO. Bijna overal in EU eeuwenlang antisemitisme, kwam tot uiting in moeilijke tijden. Joden onderscheidden zich door ander godsdienst, kleding en gebruiken.

-Hitlers 1e doel was alle DU in 1 staat te verenigen. 2e doel was leefruimte veroveren vh Germaanse ras, in bijzonder DU volk. Grondgeb DU bev was onvoldoende om DU en nakomelingen goed bestaan te bieden. Nieuw DU grondgeb moest veroverd worden, Hitler had O-EU en vooral RU op het oog. In O-EU was genoeg ruimte vh Germaanse ras, het daar wonende Slavische ras zou zich in dienst vh Germaanse moeten stellen.

-> Lebensraum

 

  1. Nationaal-socialisten maken zich meester vd macht.

-Conservatieven willen macht mbv Hitler. Rijspresident Von Hindenburg (gerespecteerde ex-generaal) ontsloeg Brüning als Rijkskanselier en verving hem door conservatief Von Papen, deze liet kort daarna verkiezingen houden. NSDAP werd grootste partij vd Rijksdag. Hitler eisde toen Rijkskanselierschap op.

-Von Papen en Von Hindenburg vonden dit te ver gaan en besloten, toen er weer geen parlementaire meerderheid gevormd kon worden, tot nieuwe verkiezingen (nov 1932). Uitslag veranderde aan situatie.

-Von Papen stelde kabinet voor waarin Hitler Rijkskanselier zou worden, hijzelf vice-kanselier, maar waarin de conservatieven een meerderheid zouden hebben.

-1933 benoemde president Von Hindenburg dat kabinet met Hitler als Rijkskanselier. Kabinet-Hitler leek gewoon. Behalve Hitle slechts 2 NaSo(1. Herman Göring). Andere ministers waren partijloze conservatieven of behoorden tot conservatieve/nationalistische Deutsch-Nationale Volkspartei (DNVP).

-Hitler had ander plannen. Hij ontbond de Rijksdag en schreef met toestemming van Von Hindenburg nieuwe verkiezingen. Hij verwachtte absolute meerderheid. Daarvoor moest terreur vh partijleger vd NSDAP zorgen. Dat was de SA (sturm Abteilung), die steun vd regering kreeg. Göring benoemde de SA in grote deelstaat Prisen, waar hij minister-president was, tot hulppolitie. Kiezers zouden door terreur niet comm/socia stemmen.

-1933 ineens gebouw Rijksdag in brand. Göring leidde politieonderzoek. Volgens hem hadden de KPD en Komintern (organisatie alle comm partijen in wereld) een comm rev beraamd, brand was beginsignaal.

-Politie en SA arresteerden veel comm leiders. Actie tegen comm werd in een wet goedgekeurd (noodverordening ter bescherming van volk en staat), maakte een einde aan alle burgerrechten en gaf politie bevoegdheid tot willekeurige arrestaties. Deze Noodverordening zou blijven zolang Hitler aan macht was.

-KPD mocht wel deelnemen aan verkiezngn, maar gekozen vertegenwoordiger mochten geen zetels innemen.

-5-3-1933 nieuwe Rijksdag gekozen. NSDAP en DNVP hadden samen meerderheid. Hitler wilde niet afh zijn van DNVP en besloot zich daarom door Rijksdag te laten machtigen en alleen verder te regeren. Een wet moest zowel Rijksdag als grondwet buiten spel zetten. Machtigingswet telde 5 artikelen. Belangrijkst:

1 Weten kunnen behalve op de in de grond wet beschreven wijze ook door regering worden uitgevaardigd.

2 door regering uitgevaardigde wetten kunnen vd grondwet afwijken

-Als Rijksdag machtigingswet zou aanvaarden, op papier geen democr meer. SPD tegen, Centrum twijfelde.

-Nazi’s schakelden daarna andere bronnen voor georganiseerd verzet uit:

  • Vakbonden: hadden niet verzet tegen machtsovername NaSO. Stakingsrecht niet ingezet. Toch in mei 1933 alle vakbonden opgeheven en vervangen door 1 NaSo organisatie: Deutsche Arbeitsfront (DAF)
  • Overige poli partijen: nazi’s wilden 1 poli partij in het land: NSDAP. KPD en SPD verboden, leiders gearresteerd. Andere partijen geforceerd zich vrijwillig op te heffen terwille vd nationale eenheid. KPD SDP hieven zichzelf op. Juli 1933 kon Hitler ‘wet der oprichting van partijen’ afkondigen. DU 1-partijstaat.
  • Een deel vd SA: In SA namen velen het woord socialisme in de naam vd partij ernstiger dan de leiders vd partij. Hitler was bang dadt SA en leider (Ernst Röhm) een revolutie zouden beginnen. Hij besloot met geweld in te grijpen. SS was bereid te helpen (onderafdeling SA die macht wilde vergroten). In Nacht van Lange messen 1934, werden hoge SA-mannen overal in DU door SS vermoord. Ook veel mogelijke tegenstanders, waaronder bel conservatieve leiders, omgebracht. SA bleef, minder machtig over.
  • President Von Hindenburg: Overleed, Hitler nam taken over en werd Führer vh DU rijk.
  • Het leger: Hitler liet leger een eed van trouw aan hem persoonlijk als staatshoofd afleggen. Meeste officieren conservatieven. Merendeel zou Hitler trouw blijven.
  • De Kerken: Hij probeerde ze als bondgenoot te krijgen.

-Nazi’s nu alle macht in DU in handen. Hun Duitsland was Derde Rijk (1e rijk dateerde uit ME, 2e Rijk bedoelden zij het Duitsland van Bismarck en Wilhelm II).

 

 

  1. Nazificatie van de samenleving

-Het organiseren vd sl volgens de leer vd nazi’s.

-Partijprogramma NSDAP bevatte socia verlangens; bv nationalisatie grote bedrijven. Hitler vond andere plannen belangrijker, daarbij had hij steun vh bedrijfsleven nodig.

-Industriëlen mochten winst blijven maken, maar moesten zich bij leiding NSDAP neerleggen. Staat werd voornaamste opdrachtgever industrie.

-Boeren bij nazi’s hoog aangeschreven. Op platteland Germaanse ras het zuiverst. Boeren moesten als kolonisten in nieuwe ‘leefruimte’ in oosten zorgen vd voedselvoorziening vh uitbreidende DU volk.

-In nazi-propaganda boeren verheerlijkt. In praktijk moesten ook boeren zich aan leiding nazi’s onderwerpen (net als arbeiders en industriëlen). Landbouw in dienst gesteld vd voorbereiding op oorlog.

-Vrouwen als moeder verheerlijkt, krijgen van kinderen aangemoedigd. Vrouwen in het werk gediscrimineerd; getrouwde vrouwen van werklozen lijst geschrapt. Vrouwen in dienst bij OH ontslagen bij trouwen. In bedrijfsleven en vrije beroepen aantal vrouwen beperkt. In oorlogsjaren hadden nazi’s vrouwen nodig ter vervanging vd mannen-> meer vrouwen in bedrijfsleven en bij OH.

-School moest jeugd in nieuwe leerboeken opvoeden in geest NaSo; strijdbaar, nationalistisch, rassenbewust. Onderwijzend personeel gezuiverd; Joden, comm, pacifist, socia-> ontslagen.

-Alle jeugdverenigingen opgeheven of gingen op in jeugdbeweging Nazi’s: Hitlerjugend (HJ). Aparte afdeling vd meisjes: Bund Deutscher Mädel (BdM). Grote meerderh vrijwillig lid.

-1936 lidmaatschap verplicht voor jongeren 10-18.

-Na HJ kwam Rijksarbeidsdienst; alle 18jarigen half jaar ‘arbeidsdienstplicht’ vervullen. Voor deze jongeren werkkampen opgericht. Werk: hulp aan boeren, graafwerkzaamheden voor ontginning en aanleg autobahn.

-Maart 1933: ministerie voor volksvoorlichting en propaganda. Kreeg leiding over pers, radio en film in DU. Joseph Goebbels (propagandaleider NSDAP), nieuwe minister. Radio boeide de meeste mensen meer dan pers en was makkelijker te beheersen. Goebbels liet goedkope radio’s ontwerpen waardoor meeste mensen 1939 toestel hadden.  In openbare gebouwen ook radio’s geïnstalleerd. Tijdens werk moest men naar bep uitzendingen luisteren. Goebbels stelde Rijkscultuurkamer in, waarvan iedereen op gebied publiciteit of kunst actief, lid van moest worden. R-kamer onderverdeeld in kamers voor pers etc. Joden en andere poli onbetrouwbare personen geen lid worden. -> beroepsverbod. Velen vluchtten naar buitenl.

 

  1. De terreur van de nazi’s

-Nazi’s wilden met terreur gevaarlijke tegenstanders direct uitschakelen en weifelaars en toekomstige tegenstanders schrik aanjagen zodat ze geen verzet zouden plegen tegen nazi-maatregelen.

-Schutz-Staffel (SS); beschermafdeling: in 1925 opgericht ter bescherming van leiders NSDAP, in bijzonder Hitler. In begin SS onderdeel SA, maar na ‘Nacht lange messen’ kwam SS rechtstreeks onder Hitler. Taak SS uitgebreid: bescherming NaSo staat door uitschakelen tegenstanders.

-1936: Heinrich Himmler krijgt leiding politie. Na Hitler belangrijkste man DU.

-Wie tot SS wilde toetreden mest arisch zijn. Himmler wilde van zijn SS’ers nieuw soort mensen maken die tot alles bereid waren in belang van Führer. Voor nog meer macht bouwde SS in laatste jaren voor oorlog eigen troepenmacht op: Waffen-SS; elite met modernste wapens.

-Oprichting concentratiekampen door nazi-leiding niet van tevoren gepland. Toen in 1933 veel comm werden gearresteerd waren gevangenissen te klein. SA en SS voerden arrestanten grotendeels weg naar afgelegen gebieden waar gevangenen zelf barakken en wachttorens moesten bouwen. Va dat moment concentratie- kampen.

-Nadat SA in 1934 geen macht meer had, kwamen concentratiekampen onder beheer vd SS.

 

  1. De rassenpolitiek

-Voor oorlog rassenpoli Nazi’s vooral gericht op Joden in DU. Joden steeds meer geïsoleerd en geterroriseerd. Doel: joden tot immigratie dwingen. Er waren echter nauwelijks landen die Joden wilden opnemen.

-Joden die DU verlieten moesten al hun bezit achterlaten; andere regeringen vreesden dat de arme Joden de situatie in hun land zouden verslechteren.  Het grootste deel uiteindelijk in Palestina terecht.

-Al in april 1922 begonnen nazi’s antisemitische ideeën in praktijk te brengen:

  • April ’33: boycot Joodse winkels; joden in dienst OH, onderwijs, media -> ontslagen.
  • 1935: Neurenberger wetten: joden verboden te trouwen met DU bloed-> joden werden rechten DU staatsburger ontnomen.
  • 1938: alle openbare voorzieningen voor joden verboden.

-Joden die zich verzetten-> concentratiekampen. Veel joden slachtoffer SA.

-1938: Reichskristallnacht. Toen DU diplomaat werd vermoord door Jood-> actie tegen joden. Velen joden vermoord/gevangengenomen. Synagogen in brand en Joodse winkels verwoest. Daders niet gestraft.

-Na uitbreken oorlog richtte rassenpoli zich ook tegen Joden in bezette gebieden.

-Nazi’s dachten dat de Endlösung de oplossing was. In Hitler& Himmlers opdracht schoten Einsatzgruppen vd SS in veroverde RU gebieden alle comm functionarissen, zigeuners en Joden dood. Omdat doodschieten te omslachtig bleek ging men over op vergassen. Vernietigingskampen ontstonden, gericht op vernietiging mens

  • Kampen die doel hadden zvm Joden en zigeuners te vermoorden; Sobibor, Majdanek, treblinka (PO)
  • Zowel werk als vernietigingskampen; Auschwitz
  • Werken tot gevangenen er dood bij neervielen; Mauthauzen (OS), Natzweiler (FA)
  • Kampen voor krijgsgevangenen; vooral RU krijgskampen leken veel op vernietigingskampen.

 

  1. Verzet in Duitsland

-Door NaSo, grote verdeeldheid onder Du bev. Tussen voor en tegenstanders nazi-bewind. Tegenstanders voor en tijdens oorlog naar concentratiekampen. Ook onder meelopers vd nazi’s/neutralen waren er veel die twijfels kregen over sommige punten vh beleid van Hitler.

-Verzet tegen Hitler-regime in Du veel moeilijker dan in bezette gebieden, door:

  • Overal hielden leden NSDAP en SA de bev in de gaten
  • Zeer groot deel bev achter Hitler, waardoor kans op verraad (ook door niet-nazi’s) groot was.
  • In oorlog zagen meeste DU (wel of niet NaSo) verzet tegen Hitler als landverraad.

-Ondanks deze moeilijkheden vooral onder socia en comm kleine verzetsgroepen. Ook lib, cons en kerkelijke kringen. Men hielp onderduikers, verspreidde anti-Hitler pamfletten. Die Weisse Rose (studentengroep gaf inlichtingen door aan tegenstanders DU. Toch had men geen kans om nazi-regime ten val te brengen.

-Kerken vreesden dat zij (net als veel andere organisaties) verboden zouden worden. Ook stond zij niet volledig afwijzen tegenover NaSo, sommige programmapunten vielen goed; zoals anticomm, plaats vh gezin en de belangrijke rol van vrouw als moeder.

-Hitler wilde het liefst ook kerken opheffen, maar durfde het niet aan. Probeerde daarom bondgenootschap.

-In Du overheersten evangelisch-Lutherse en Rooms-katholieke. Onder NaSo viel de e-lutherse in 2 delen:

  • De Duitse Christenen: overtuigde NaSo.
  • Belijdende Kerk: weigerde het NaSo te dienen.

-Nadat Hitler in het Concordaat (verdrag met paus) de vrije uitoefening vd kath godsdienst had belooft, erkende de kath kerk de Hitler-regering (1933). Toen deze zich niet aan het concordaat hield, veranderde Kerk van houding. 1937: paus veroordeeld de NaSo leer. Leiders belijdende Kerk en kath kerk beperkten zich tot protesten tegen opheffen van kerkelijke instellingen en verenigingen. Slechts zelden tegen nazi-terreur.

-1941: bisschop van Munster (graaf Von Galen), preekte openlijk tegen nazi-plan op geesteszieken te doden.

-Enige bedreiging voor Hitler, was het leger. Meeste hoge officieren waren comm, ze voelden zich wel door eed en trouw sterk aan Hitler gebonden. Toch maakten ze zowel voor als in de oorlog plannen op Hitler ten val te brengen. Hoofdmotief was de angst dat Hitler het DU rijk naar ondergang zou voeren.

-1944: aantal officieren (waaronder populaire veldmaarschalk Rommel) beraamden het plan Hitler te doden en vrede te sluiten met Geallieerden. 20 juli 1944 plaatste Von Stauffenberg en tijdbom in Hitlers hoofdkwartier in Os-Pruisen. Mislukte. Uit wraak liet Hitler 5000 verraders executeren.

-Andere vorm van verzet in leger was het deserteren van veel DU soldaten, 10000 bekoopten dit met dood.

 

  1. Na de oorlog Duitsland tijdelijk in twee staten gesplitst

-Mei 1945 verloor Du de oorlog; einde derde rijk en nazi’s. DU door Geallieerden in 4 bezettingszones verdeeld; En, VS, Fa, Ru bezetten ieder een gedeelte. Du verloor veel grond aan Po. Geallieerden verboden NaSO,  nazi-leiders gearresteerd. Hoogste leiders berecht in Neurenberg. Geallieerden verdeelden DU:

  • Bondsrepublik Duitsland (BRD), de bezettingszones vd westerse Geallieerden. Kwam in 1949 tot stand, bestond uit grondgebied van vooralig EN, Am, FA bezettingszones. In grondwet vastgelegd dat BRD democratisch en federaal zou zijn.
    • BRD = federatie, bestaande uit aantal deelstaten.
    • Deelstaten eigen parlement en regering, mogen op bep terreinen deelstaat zelf besturen.
    • Hoogste orgaan vd hele BRD = Bondsdag (parlement)
    • Bondsregering bestaat uit bondskanselier en bondsministers. Bondsregering houdt zich bezig met buitenl poli en defensie. Bondskanselier grote macht, kan door bondsdag worden afgezet.
    • Staatshoofd = bondspresident; heeft beperkte bevoegdheden

-Konrad Adenauer (van chrdemocrische CDU) werd 1e bondskanselier BRD (der Alte). In 1933 werd hij als lid vd kath centrumpartij door nazi’s uit al zijn functies ontslagen. Hij werkte nauw samen met minister eco zaken Ludwig Erhard; werd later zijn opvolger.

-Onder Adenauer en Erhard periode van eco bloei: Wirtschaftswunder. BRD profiteerde hierbij van Marshallhulp VS. Democr en eco bloei bleken goed samen te gaan. Burgers geen reden tot ontevredenheid over nieuwe systeem. Wirtschaftswunder bevorderde poli stabiliteit en opbouw democratie.

-In Jaren ’60 kwam onder studenten kritische beweging tegen democratie -> RAF, organiseerde aanslagen tegen het kapitalisme en imperialisme.

-BRD erkende deling van DU en gedwongen gebiedsafstand aan PO niet, daarom bleven betrekkingen met Os- EU zeer koel. In 1969 veranderde dit, toen de socia SPD samen met lib FDP aan macht kwam. Willy Brandt (SPD) nieuwe bondskanselier (Tijdens naSo naar ZWE gevlucht).

-Onder hem kwam toenadering tussen We-DU en Os-EU.

-Sloot verdragen met RU en PO. Erkende daarin grens tussen PO en Os-DU. Brandt werd opgevolgd door partijgenoot Helmut Schmidt. Ook hij bleef streven naar positie BRD als brug tussen Os en We.

-1982 kwam CDU weer aan de macht. Helmut Kohl werd nieuwe bondskanselier. Onder hem richtte BRD zich weer op nauwere samenwerking met We.

 

 

  • Duitse Democratische Republiek (DDR), RU grondgebied, opgericht enkele maanden na BRD.

-DDR werd 1partijstaat. Macht in handen van SED (comm partij). Naar RU vb -> comm ingevoerd. De muur werd in 1961 door Berlijn gebouwd, om te voorkomen dat mensen van oosten -> westen vluchtten.

-Walter Ubricht, Du comm die onder Hitler naar RU was gevlucht, werd 1e leider DDR. Erich Honecker volgde hem 1971 op.

-DDR moest socia modelstaat worden met verzorging. Door planeco kon er worden gezorgd voor volledige werkgelegenheid, gratis gezondheidszorg en onderwijs. Voor voedsel, huisvesting en OV betaalden mensen heel weinig. Luxegoederen waren slecht van kwaliteit en heel duur. Op TV  was te zien hoe goed west-DU het hadden. Hoewel velen in DDR niet tevreden waren, was er geen georganiseerde oppositie tegen SED. Iedere vorm van oppositie voorkomen door ministerie staatsveiligheid (staatssicherheit, Stasi), waar veel ambtenaren werkten, samen met ‘verklikkers’.

 

-1985: Gorbatsjov begonnen met hervormingen in RU, hierdoor macht vd staat en comm partij minder.

-Leiders DDR wilden dat vb niet volgen. 1989: DDR viert haar 40-jarig bestaan. Gorbi ook daarbij aanwezig. Werd door Os-Du bev toegejuicht omdat hij RU meer vrijheid had toegestaan. Os-Du wilden die vrijheid ook en vooral de vrijheid om naar W-DU te reizen. In Os-Berlijn, Leipzig en Dresden werden grote demonstraties gehouden. Al spoedig ook voor samengaan DDR en BRD.

-Honecker liet het leger niet ingrijpen, maar trad af. Reden was wss dat Gorbi hem had duidelijk gemaakt dat hij niet meer op RU steun kon rekenen.

-9 nov: muur open, 3 dec trad hele comm partijleiding af. 18 maart 1990 in DDR voor het eerst vrije verkiezingen gehouden. Voornaamste taak nieuwe kabinet werd opheffen DDR en aansluiting BRD.

-We-DU bondskanselier Kohl, ook zeer populair geworden in DDR, werd architect DU eenheid. Wist te bereiken dat Gorbi akkoord ging met volgende overeenkomsten:

  • Nieuwe DU staat mocht lid blijven NAVO (WE militair bondgenootschap)& AM troepen mochten blijven waar ze waren.
  • RU troepen uit DDR worden teruggetrokken.
  • In ruil hiervoor ontving de SU 5 miljard mark.
  • Kohl vond het de prijs helemaal waard.

-We-DU bondskanselier Kohl, ook zeer populair geworden in DDR, werd architect DU eenheid. Wist te bereiken dat Gorbi akkoord ging met volgende overeenkomsten:

  • Nieuwe DU staat mocht lid blijven NAVO (WE militair bondgenootschap)& AM troepen mochten blijven waar ze waren.
  • RU troepen uit DDR worden teruggetrokken.
  • In ruil hiervoor ontving de SU 5 miljard mark.
  • Kohl vond het de prijs helemaal waard.

-3-10-1990 DDR officieel opgeheven, na 45 jaar einde aan DU verdeling. In heel DU nu parlementaire democr.

-DU in 1990 al staatkundig verenigd, maar in welvaart en op andere gebieden grote verschillen tussen Os en We DU. Vooral eco eenwording bracht grote problemen mee. In korte tijd moest planeco DDR, overschakelen naar markteco. Staatsbedrijven moesten worden geprivatiseerd; vaak dus overgenomen door We-DU bedrijven, die vervolgens gingen saneren en moderniseren om het Os-DU bedrijf rendabel te maken. Sanering betekende vaak ontslag voor veel wn. Grote werkloosh ontstond. Zou op lange termijn weer verdwijnen door groeien vd eco.

-Os-DU industrie had mileu ook sterk vervuild. Gigantische investeringen nodig om schone industrie te maken en bodem te reinigen. Inmiddels Oost en west al heel eind gevorderd op weg naar echte eenheid.

 

REACTIES

Y.

Y.

Meermalig gebruik van typfouten, maar vooralsnog een goede samenvatting.

5 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.