Samenvatting geschiedenis hoofdstuk 3
Paragraaf 2: De blokvorming in Oost en West
De Koude Oorlog was een periode van vijandschap tussen de SU en de VS en hun bondgenoten. Er waren in die tijd veel conflicten en oorlogen. Er was alleen geen directe oorlog tussen de VS en de SU.
In Europa liep de vijandschap tussen de communisten en de niet-communisten zo hoog op, dat op bevel van de SU Europa werd opgedeeld in Oost en West Europa. De grenzen daartussen was een kale strook land met prikkeldraad, dit was het IJzeren Gordijn.
De tijd van de Koude Oorlog begon ongeveer na de WO II en rond 1989 kwam er een eind aan. Maar de gevolgen waren nog lange tijd zichtbaar.
Nu staan de conservatieve regering van de VS en zijn bondgenoten tegenover de Moslimfundamentalisten. Maar nu proberen ze conflicten en oorlogen te voorkomen.
Als sinds de oprichting van de SU was er wantrouwen aan beide kanten. In 1917 had er in Rusland een communistische revolutie plaatsgevonden. De geallieerden hadden geprobeerd door een aanval de communistische regering tot val te brengen,maar dit mislukte en de SU voelde zich vanaf dat moment bedreigt.
In 1919 had de SU de Komintern opgericht. Die had het doel de wereldrevolutie te bevorderen. Bijna alle communistische landen in het Westen sloten zich er bij aan. De Westerse regeringen waren bang voor een communistische revolutie, en in Duitsland en Hongarije werd dat ook geprobeerd: dit mislukte.
Doordat de SU samen met Hitler een niet-aanvalsverdrag had gesloten, werd het wantrouwen nog groter. Hitler en Stalin veroverden samen Polen, en de SU viel ook Finland nog binnen.
Toen Hitler in WO II de SU aanviel, werden de SU en het Westen gedwongen elkaar te helpen.
Het wantrouwen tussen Oost en West groeide na de WO II.
De Grote Drie gingen er vanuit dat wie op een bepaald gebied op de Duitsers of Japanners had veroverd, daar de grootste invloed mocht houden. Zo ontstonden er invloedssferen.
De Geallieerden wilden dat overal in de bevrijdde gebieden de democratie werd hersteld. Stalin wilde geen anti-communistische regeringen in de door de SU bevrijdde over veroverde gebieden. Met de wil van de mensen in zijn invloedssferen wilde hij geen rekening houden. In een aantal landen werden er toch vrije verkiezingen gehouden, en de communisten verloren. De SU greep in door het leger er heen te sturen. Op deze manier werden behoorlijk wat landen door het Oostblok opgenomen.
De SU wilde na de oorlog van Duitsland een economisch en militair zwak land maken. De VS wilde juist een economisch sterk, democratisch en waarschijnlijk een anti-Russisch Duitsland. Daardoor ontstond de Westerse Bondsrepubliek en de Russische DDR. Zo was Duitsland in 2 delen verdeeld.
De VS steunde de Griekse regering in een burgeroorlog tussen de Griekse regering en de door de communisten gestuurde oppositie. Truman verklaarde dat vanaf dat moment de VS zich tegen elke communistische aanval op opstand, waar ook ter wereld, zou verzetten. Dat heet de Trumanleer.
De VS kwam met het Marschallplan: de VS zou Europa financieel helpen, want in een arm Europa had het communisme veel meer kans. Volgends Stalin wou de VS Europa afhankelijk van hen laten worden, en verbood de Oost-Europese landen de hulp te aanvaarden. West-Europa, Joegoslavië, Griekenland en Turkije stemden wel in met het plan.
In Noord-Korea en China kwamen communistische regeringen aan de macht. Als voor WO II was er in China al een burgeroorlog, en na WO II laaide de strijd weer op. In 1949 hadden de communisten heel China in handen.
Volksdemocratieën, zoals de communisten in het Oostblok hun regeringsvorm noemden, waren eigenlijk dictaturen. Kritiek op de leiding was niet toegestaan.
In Westerse democratieën hadden alle politieke partijen dezelfde rechten. Ook de mensenrechten waren belangrijk. Men mocht kritiek leveren op de leiding.
De SU en zijn volksdemocratieën sloten twee belangrijke verdragen:
~ Een verdrag voor economische samenwerking: Comecon
~ Een verdrag voor militaire samenwerking: Warschaupact
Er gebeurde precies wat de SU wilde.
Na de dood van Stalin kregen de volksdemocratieën meer vrijheid, maar als ze te veel vrijheid kregen, werd dit met geweld bestreden.
Joegoslavië werd in de WO II bevrijd door de communistische verzetsbeweging van Josip Tito. Stalin kon zijn wil niet in Joegoslavië opleggen. Joegoslavië sloot zich noch bij west noch bij Oost aan.
De DDR en Bulgarije vielen op door de strakke organisatie en de trouwe navolging van de SU.
In Polen was het verzet tegen de communisten het machtigst. Ze geloofden meer in de kerk dan in de communisten. In Polen kwam een vakbond, Solidariteit. Deze was tegen het communisme. Later werd deze onder druk van Moskou weer verboden, maar ze gingen toch door. Daardoor stortte de economie in.
In Hongarije kwam een iets grotere vrijheid. Andersdenkenden die niet openlijk tegen de communisten in gingen, werden met rust gelaten. Ze gingen meer handel drijven met het Westen.
In Tsjecho-Slowakije verouderde de economie sterk.
Roemenië stelde zich zeer onafhankelijk op tegen de SU. De SU mocht geen kernwapens in Roemenië plaatsen.
Paragraaf 3: Conflicten en Oorlogen
~ De blokkade van West Berlijn:Berlijn werd in vier sectoren verdeeld door de Grote Drie: drie sectoren voor de Geallieerden, eentje voor de SU. Stalin wilde niet dat West Berlijn een reclamebord voor het kapitalisme werd, dus hij blokkeerde West Berlijn. Er dreigde een hongersnood, maar Amerikaanse en Britse transportvliegtuigen begonnen een luchtbrug. Zo kwamen er voorraden.
Het gevolg was dat de Westerse landen nog nauwer gingen samenwerken. Ze begonnen de NAVO. De SU reageerde hierop door het Warschaupact op te richten.
~ De Koreaanse oorlog:de 38e breedtegraad vormde een scheidingslijn tussen de VS en de SU in Korea. Korea werd net als Duitsland in twee delen verdeeld:
- Noord Korea, gesteund door de SU
- Zuid Korea, gesteund door de VS
In 1949 trokken de Russische en Amerikaanse legers uit Korea. Kort daarna viel Noord Korea Zuid Korea aan, en de VN stuurde en een leger heen. Ze dreven het Noord Koreaanse leger naar de Chinese grens, maar toen stuurde China een enorm leger om Noord Korea te helpen. De 38e breedtegraad was weer de grens.
Het Westen geeft Stalin de schuld van deze oorlog. Het wantrouwen tussen Oost en West werd nog groter. West Duitsland richtte een leger op, zodat aanvallen vanuit het Oosten beter afgeweerd konden worden.
~ De Berlijnse Muur:Chroetsjov werd na Stalin’s dood de nieuwe leider van de SU. Kennedy werd de nieuwe leider van de VS. Kennedy had meer begrip voor de SU, maar toch kwamen er conflicten. Chroetsjov eiste dat het Amerikaanse leger uit Berlijn zou gaan, maar dat wou Kennedy niet. Chroetsjov bouwde een muur dwars door Berlijn, om het leegbloeden van de DDR te voorkomen. Langzamerhand verdween de spanning, maar de muur bleef nog lang staan.
~ De Cuba Crisis:Fidel Castro kwam aan de macht op Cuba na een Guerrilla oorlog. Hij kreeg steun van de SU en voerde het communisme in. Castro kwam in conflict met Amerika nadat Amerikaanse bedrijven genationaliseerd werden. Amerikaanse vliegtuigen ontdekten later dat er Russische raketbasissen op Cuba waren, en kondigde een marineblokkade aan. Chroetsjov aanvaarde dit niet, en bracht de Russische kernmacht in staat van Alarm. Op het laatste moment keerden de schepen toch om. Chroetsjov en Kennedy kwamen tot overeenstemming.
Kennedy gaf de garantie dat de VS Cuba nooit zal aanvallen.
Chroetsjov liet de raketten van Cuba halen.
~ De Vietnam oorlog: Vietnam was in twee delen verdeeld:
- Het communistische Noord Vietnam, gesteund door de SU.
- Het pro-westerse Vietnam, gesteund door de VS.
In Zuid Vietnam kwam een guerrillaoorlog tegen de regering. De regering was dictatoriaal en de rijke bovenlaag werd bevooroordeeld. Het verzet werd door de Vietcong geleid. Ze kregen steun van Noord Vietnam. Kennedy stuurde de Zuid Vietnamese regering hulp. De Vietcong bleef groeien.
De opvolger van Kennedy, Johnson, dacht dat als Zuid Vietnam communistisch zou worden, de landen eromheen ook communistisch zouden worden. Dit noemde hij het domino-effect.
Hij stuurde er heel veel militairen heen. Ook Noord Vietnam stuurde steeds meer militairen. Eigenlijk was het nu een oorlog tussen Noord Vietnam en de VS. De VS gebruikte de beste wapens, maar kon niet tegen de vreemde strijdstijl van de Vietcong op. De VS zag dat ze niet konden winnen, en Nixon, de opvolger van Johnson, trok alle troepen terug. Hij zorgde wel voor een wapenstilstand. Twee jaar later werd heel Vietnam toch communistisch.
Na afloop was de VS zeer geschokt. Hoe konden zij nou van zo’n landje verliezen? Ze probeerden ervan te leren. Hadden ze Noord Vietnam moeten binnenvallen? Hadden ze zich terugmoeten trekken, toen de bevolking de VS onvoldoende steunde? Had de pers de voortzetting van de oorlog onmogelijk gemaakt? De Vietnam oorlog was dagelijks op tv te zien. De afschuwelijke beelden maakten veel indruk. De mensen in het Westen kregen het idee dat de Amerikanen de schuld hadden, omdat Noord Vietnam geen journalisten toeliet, en daarom niets lieten zien.
Oost en West probeerden overal op de wereld hun invloedssferen uit te breiden. Dat leidde tot burgeroorlogen en conflicten. In Afrika werden een paar landen communistisch. In Latijns Amerika werd alleen Cuba communistisch. In het Midden Oosten onderhielden vooral Turkije en Israël banden met het Westen, de rest van de landen bleef zichzelf.
De kernwapenwedloop was een ernstig gevolg van de Koude Oorlog. Oost en West wilden steeds sterker dan elkaar worden, en zo kostte dat enorm veel geld. Het was een wederzijdse afschrikking.
Paragraaf 4: Einde van de Koude Oorlog
In 1985 werd Gorbatsjov de nieuwe leider van de SU. Hij stond steeds meer vrijheid toe in de SU.
- Gorbatsjov liet in 1989 toe dat in het Midden- en Oost-Europese landen de alleenheerschappij van de communistisch e partij werd afgeschaft.
- In 1990 liet hij toe dat de DDR uit het Warschaupact stapte en zichzelf ophief.
- In 1991 viel de SU uiteen doordat het Warschaupact werd opgeheven.
Toen Irak Koeweit aanviel, stonden Oost en West naast elkaar. Beiden veroordeelden Hoessein.
In Polen werd Solidariteit weer toegestaan. De leider kreeg zoveel aanhang, dat hij de nieuwe president werd. In 1990 werd Lech Walsea de nieuwe president.
Hongarije werd een parlementaire democratie toen de communistische partij andere partijen toeliet in de regering, en zichzelf ophief.
In 1989 werden er in de overige volksdemocratieën opstanden gehouden. In de DDR, Tsjecho-Slowakije en Bulgarije traden de regering en de leiders van de communistische partij af.
De DDR ging op in de Bondsrepubliek.
Tsjecho-Slowakije werd een parlementaire democratie.
Zo was in enkele maanden in het grootste deel van Oost Europa het communisme afgeschaft. Maar er waren nog steeds tegenstellingen:
- Rusland protesteerde toen Polen, Hongarije en Tsjechië lid werden van de NAVO
- In de burgeroorlog in het voormalige Joegoslavië was het Westen voor de Kroaten en de moslims, terwijl de SU voor de Serviërs was.
In de landen: Cuba, Laos, China, Noord Korea en Vietnam is er nog steeds het communisme.
De belangrijkste oorzaken waren:
- Te hoge kosten:de economie van de SU was te zwak om de wapenwedloop met de VS vol te kunnen houden. Ook de steun aan andere communistische landen was te veel gevraagd. Gorbatsjov wilde het leger uitdunnen, en voor de SU telde het ook mee dat er kans op economische hulp uit het Westen was als de Koude Oorlog was beëindigd. Ook voor de VS werden de kosten te hoog.
- Verlies aan vertrouwen in het communisme:Oost Europa raakte in welvaart steeds verder achter. De leiders werden zich ervan bewust dat hun politiek verkeerd was en toen de bevolking ging demonstreren konden de communistische leiders het niet meer aan.
Paragraaf 5: Steeds meer economische samenwerking in Europa
Door de oorlog was er veel schade in Europa: maar door het Marschallplan was herstel weer mogelijk.
Frankrijk, West Duitsland, België, Italië, Luxemburg en Nederland richtten de EGKS op. De Europese Gemeenschap voor kolen en staal. De Zes besloten samen de gemeenschappelijke kolen en staal productie te beheren. Er kwam een supranationaal orgaan dat de Hoge Autoriteit werd genoemd. De controle op dit orgaan kwam in handen van het Europees Parlement, Dat werd samengesteld uit parlementsleden uit de Zes. Het voorkwam dat één land van de Zes meer wapens kreeg dan de anderen. Samen stonden ze sterk tegen de SU.
De EGKS werd een economisch succes. Er werden plannen gemaakt voor een Europese Economische Gemeenschap. In 1957:
- Het verdrag van Rome, de EEG werd een feit.
- Oprichting Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, een organisatie voor het ontwikkelen van atoomenergie voor vreedzame doeleinden. (Euratom)
In 1967 werden de EGKS, EEG en Euratom samengevoegd tot de EG. Europese Gemeenschappen.
In 1990 besloten de lidstaten tot het Verdrag van Schengen: vrij verkeer van mensen en goederen tussen de lidstaten.
In 1994 werd het Verdrag van Maastricht van kracht: de EU. Later word ook de Euro ingevoerd.
Om de landbouw te stimuleren werden aan de landbouw garantieprijzen gegeven. Daardoor hoefden de boeren zich geen zorgen te maken over de verkoop van hun product. Maar de prijzen waren zo laag dat de boeren enorm veel moesten produceren om genoeg te verdienen, en zo ontstonden boterbergen en melkplasen. Dit kostte enorm veel geld, omdat ook over de overschotten garantieprijzen moesten worden betaald.
De oplossing hiervoor was moeilijk. Elk EU lid wou zijn eigen boeren beschermen, maar de garantieprijzen verlagen. Er werden maatregelen getroffen:
- verlaging garantieprijzen.
- intrekken subsidies kleine en middelgrote boerenbedrijven.
- financieel straffen van boeren die over produceerden.
Armere Europese landen wouden ook bij de EU. Ze hoopten op hulp. De rijkere landen hoopten op een grotere afzetmarkt voor hun producten.
Engeland wou ook bij de EU, maar de Franse president wou dit niet. Hij vond ze onbetrouwbaar omdat ze vaak voor de VS kozen. Na het aftreden van de Franse president verliep het soepeler, en Engeland, Ierland en Denemarken werden lid van de EU.
Later ook Griekenland, Spanje en Portugal, Finland, Oostenrijk, Zweden, Cyprus, Tsjechië, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Slowakije en Slovenië. Bulgarije, Roemenië, Kroatië en Turkije proberen er nu bij te komen.
Door de Franse president was de politieke eenheid uitgesloten. Hij vond de nationale staat belangrijker. Maar hij zag wel de economische waarde van Europese samenwerking. OP het gebied van landbouw wilde hij bijvoorbeeld wel supranationale regelingen. Maar verdere politieke samenwerking hield hij tegen. Toen hij aftrad, namen veel opvolgers zijn denkbeelden over, maar de eenwording in West Europa kreeg wel meer kans.
De EPS (Europese Politieke Samenwerking) vergadert een paar keer per jaar. De ministers kunnen in geval van crisis snel overleggen. Naar buiten toe probeert de EU steeds meer gezamenlijk op te treden, maar dat lukt niet altijd. Toen Irak Koeweit veroverde voerde elk EU lid zijn eigen politiek om zijn eigen gijzelaars vrij te krijgen. In de VN hebben de leden van de EU elk een eigen stem. Maar de EU heeft wel een eigen ambassadeur bij die organisatie.
In het verdrag van Maastricht staan onvoldoende maatregelen om tot een politieke samenwerking te komen.
Paragraaf 6: De organisatie van de EU
De Europese Commissie: bestaat uit 20 commissarissen. Ze worden om de vier jaar benoemd. Bij hun benoeming wordt rekening gehouden met nationaliteit en politieke voorkeur. De belangrijkste politieke stromingen moeten in de Commissie vertegenwoordigd worden.
De Commissie beschikt over een grote staf: 15000 uit alle lidstaten afkomstige ambtenaren verdeeld over 23 directoraten-generaal. Het grootste deel van de staf zit in Brussel.
De raad van Ministers: bestaat uit leden van nationale regeringen. Uit elk lidstaat één. De samenstelling verandert per onderwerp. Het voorzitterschap rouleert per zes maanden tussen de lidstaten.
De Europese Raad:bijeenkomst van regeringsleiders van de EU landen. Minimaal 2x per jaar.
Het Europees Parlement: wordt eenmaal in de vijf jaar gekozen door de burgers zelf. De zetels zijn op een bepaalde manier over de lidstaten verdeeld. Landen met meer inwoners hebben meer zetels dan landen met weinig inwoners. Het Parlement heeft minder macht dan de parlementen van de lidstaten. Maar de laatste jaren krijgen ze wel steeds meer macht. Een grote overwinning was toen het Parlement zoveel kritiek op de Europese Commissie had dat die aftrad.
Voorstanders van de EU pleitten voor een sterkt Parlement waarop burgers meer invloed op kunnen uitoefenen.
Het Hof van Justitie:de EU maakt zelf recht. Het Gemeenschapsrecht bestaat uit de regels die in de oprichtingsverdragen staan en uit regels die door de Commissie en de raad worden opgesteld. Burgers kunnen een beroep op die regels doen bij de nationale rechter. Het Gemeenschappelijk recht gaat zelfs boven het recht van de lidstaat.
Het Hof bestaat uit één rechter uit elke lidstaat en soms een extra rechter om het aantal oneven te maken.
Paragraaf 7: Heeft de Natiestaat zijn tijd gehad?
In Europa zijn natiestaten ontstaan. Bijna elke staat heeft in Europa zijn grenzen een of meer oorlogen bevochten. De geschiedenis heeft maar weinig ideale natiestaten opgeleverd.
Natiestaat:een bevolking die homogeen is en zich bezield voelt door dezelfde nationale gevoelens. In Europa is het onmogelijk een de grenzen volledig te laten samenvallen met woongebieden van dezelfde culturen. Men ziet in deze opvatting een natiestaat als een politieke gemeenschap waarin de bevolking zich ongeacht haar etnische of culturele samenleving thuis voelt.
In sommige staten zijn er veel verschillen tussen de bevolkingsgroepen. In die staten probeert de regering allerlei maatregelen te treffen zodat aan de ene kant het eigen karakter blijft behouden, maar aan de andere kan bij alle inwoners een nationaal gevoel probeert te stimuleren.
- In Zwitserland en België verschillen de taal onder de bevolkingsgroepen, maar naar buiten toe treden ze op als een eenheid.
- In Nederland heb je de Friezen: een eigen taal enzovoort.
- In Spanje leven ook verschillende etnische groepen; aan twee daarvan is zelfbestuur verleend.
- In Frankrijk leven verschillende etnische groepen en taalkundige minderheden. Een deel van de Corsicanen streeft zelfs met geweld naar afscheiding van hun eiland.
De natiestaat verliest zijn betekenis door:
- De natiestaat van onderop ondermijnd door het regionalisme: eerst leerde je alles over je eigen staat, maar nu leer je ook van alles binnen je eigen regio.
- De natiestaat van bovenaf ingeperkt door internationale organisaties: door organisaties als de EU wordt de macht van de natiestaat steeds meer ingeperkt.
REACTIES
1 seconde geleden