Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Hoofdstuk 2, par. 1, 2 en 3

Beoordeling 7.2
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 2e klas havo/vwo | 569 woorden
  • 6 augustus 2008
  • 133 keer beoordeeld
Cijfer 7.2
133 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2 Paragraaf 1.
Frankrijk in de 18de eeuw
- Rond 1700 werd Frankrijk vanuit het paleis te Versailles bestuurd door koning Lodewijk XIV. Hij was Absoluut Vorst
- Sinds 1614 was de Staten-Generaal (vergadering van standen) niet meer bijeen geweest om de koning advies te geven
- Al sinds de Middeleeuwen was Frankrijk een Standensamenleving
- De drie standen: 1ste stand: Geestelijkheid
2de stand: Adellijkheid

3de stand: Rest van de bevolking
-De 1ste en 2de stand hadden bepaalde voorrechten of privileges. Zij hoefden geen belasting te betalen en kregen belangrijke banen in kerken, het bestuur en het leger.
- De 3de stand was de rest van de bevolking. Daarbij hoorde de bourgeoisie of rijke burgerij (waaronder kooplieden, rechters en bankiers) en de talloze arme loonarbeiders, boeren, kleine handelaren en winkeliers. Zij hadden geen voorrechten en moesten belastingen betalen aan de koning en de Kerk
- De bourgeoisie vond dat de 3de stand als belastingbetalers ook wel iets over het bestuur te vertellen mochten hebben.
- Problemen: -Ontevredenheid van de derde stand
- Door duur hofleven en kostbare oorlogen had de Franse Koning grote geldnood.
- Door de privileges van adel en Kerk liep de regering veel geld mis
- Strenge winters en tegenvallende oogsten leidden tot hoge graanprijzen en hongersnood onder de armen
- Door de problemen op te lossen, riep Lodewijk XVI in 1789 de vertegenwoordigers van de drie standen bij elkaar.

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2 Paragraaf 2.

De verlichting
- 18de eeuw tijd van de verlichting
- Geleerden vonden dat allerlei verschijnselen verklaard of verlicht kunnen worden door de natuur en de samenleving wetenschappelijk te onderzoeken en door logisch te redeneren.
- Franse filosofen vonden dat je niet alles moest geloven wat de Kerk zei.

- Voltaire vond dat het in de wetenschap nodig was dat geleerden vrij moesten kunnen zeggen wat ze dachten
- Ze waren het niet eens met de redenering dat alles wat de koning beslist dat dat goed is.
- De Engelsman John Locke beweerde dat alle mensen vrij en gelijk geboren zijn.
- De Fransman Montesquieu vond dat een koning niet alle macht in handen mocht hebben. Hij wilde een scheiding in 3 machten
- De verlichtingsideeën werden ook bekend door de salons; bijeenkomsten in het huis van een welgestelde gastvrouw.
- De bruiloft van Figaro is een goed voorbeeld van een kritisch toneelstuk.
- De Franse koningen verboden geschriften van Voltaire en andere verlichters.
- Officieel was er een strenge censuur

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2 Paragraaf 3.

De Revolutie begint.
- 3 standen op 05-05-1789 bijeen
- Koning wilde stemmen
- 3de stand wilde hoofdelijke stemming
- Koning liet dit niet toe
- 3de stand riep zich uit tot Nationale Vergadering.
- Zij beloofden niet uit elkaar te gaan voor Frankrijk een grondwet had
- Koning gaf toe en gaf de 1ste en 2de stand de opdracht bij de 3de stand te gaan zitten
- Burgers vreesde dat de Koning de NV met geweld wilde ontbinden

- Koning ontsloeg populaire minister Necker
- 14 juli begon de Franse Revolutie
- De macht van de staat stortte in elkaar
- De NV herstelde de rust door enkele ingrijpende maatregelen
- In augustus 1789 schafte de 3de stand de voorrechten van de 1ste en 2de stand af
- In 1791 maakte een nieuwe grondwet een einde aan het absolute bestuur.
- De koning moest de wetten uitvoeren die de NV vaststelde
- Het bleef onrustig
- Lodewijk XVI probeerde te vluchten
- Tijdens de vlucht werd hij gepakt
- In 1793 werden de Koning en Koningin onthoofd
- De jakobijnen grepen de macht
- Zij vestigden een schrikbewind: de Terreur.

REACTIES

H.

H.

Hiwer ontbreken veel dingen, van guillotine tot de bestorming van de Bastille.

13 jaar geleden

J.

J.

nou henk je moet niet zo zeuren ik vind hem goed. ga lekker ergens anders zeiken maar hoer niet. dan gebruik je hem toch niet!!!!!

13 jaar geleden

J.

J.

een hele goede samenvatting vind ik zou je miss ook nog 1 van paragraaf 4 en 5 kunnen maken?
groetje onbekend

13 jaar geleden

S.

S.

Eey joram van der sloot pas op je woorden

12 jaar geleden

J.

J.

Heey, ik vind hem wel goed!
Maae wel beetje kort, tnx xx

11 jaar geleden

K.

K.

mooi erg bedankt

7 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.