Hoofdstuk 2

2.1

• Zonnekoning: Bijnaam van Lodewijk de 14e (XIV), koning van Frankrijk van 1661 tot 1712. Hij zag zichzelf als het stralende middelpunt. Hij liet na zijn dood een grote schuld achter.
• Er verandert iets in Frankrijk, mensen gaan filosoferen. Er komen verlichtingsfilosofen (Iemand met plannen over het hervormen van de maatschappij in de achttiende eeuw.
• Mensen hebben het slecht, en de staatsschuld is hoog.

2.2

Frankrijk was in de 17e en de 18e eeuw een machtig land:

• Politiek sterk.
• Militair sterk.
• Grote invloed op de cultuur op de rest van Europa.

Vanaf de middeleeuwen was Frankrijk een standenmaatschappij:

1. 1. Geestelijkheid
2. 2. Adel
3. 3. Burgers en de boeren

Geestelijkheid en adel hadden voorrechten:

• Zij hoefden heel veel belastingen niet te betalen.
• Ze hadden veel invloed op de politiek.
• En de allerhoogste edelen mochten bij de koning aan het hof wonen.

De burgers en de boeren moesten veel dingen doen:

• Belasting betalen
• Wegen onderhouden
• Werken op het land

Boeren moesten geld betalen aan:

• De kerk
• De staat
• De landeigenaar (ze huurden land om op te verbouwen).

2.3

4 mei 1789         het bijeenroepen van de Staten-Generaal. Elke stand heeft 300 afgevaardigden, de 3e stand vindt dit oneerlijk en roept een vergadering voor de 3e stand uit: De Nationale Vergadering.

14 Juli 1789         Bestorming van De Bastille (Het kasteel in Parijs waar gevangen werden opgesloten, symbool van de onderdrukking van de koning).

Kreet van de revolutie: Vrijheid, gelijkheid en broederschap!

Het Ancien Régime (Oude absolutistische manier van regeren in Europa voor 1789) valt.

2.4

26 Augustus 1789       
De National Vergadering stelt de Verklaring van de Rechten van de Mens en van de Burger op.

De mode van de adel:

• Gepoederde pruiken
• Driekwart broeken
• Witte kniekousen
• Zwarte lak schoenen

De sansculotten zijn mannen zonder kniebroek, het is levensgevaarlijk om nog van adel te zijn. Iedereen spreekt elkaar ook aan met burger.

Op 21 juni 1791 probeerde Koning Lodewijk XVI te vluchten maar werd herkent en is veroordeelt tot de guillotine op 21 januari 1793, Frankrijk wordt een republiek.

2.5

1791- 1794        
Terreur, bloederige periode met de meest radicale revolutionairen, genaamd de Jacobijnen.

1794 - 1799        
Directoire (Regering bestaande uit 5 directeuren.)

• In 1797 zijn er verkiezingen, de Radicalen plegen een staatsgreep en roepen de hulp in van Napoleon Bonaparte. Napoleon hielp Frankrijk maar 2 jaar later pleegt hij zelf een staatgreep.
• Hij laat in wetboeken vastleggen at iedereen gelijk is, de Code Napoléon. Er is weer rust in Frankrijk.
  • Napoleon kroont zichzelf tot keizer         1804.
  • In 1795 had hij ook Nederland verovert en in 1806 liet hij hier zijn broer Lodewijk regeren.

1812        
Napoleons eerste nederlaag, tegen Rusland.

In oktober 1813 hadden de volgende landen een groot leger gevormd:

• Oostenrijk
• Duitsland
• Rusland
• Engeland

• Napoleon verloor hier en werd verbannen naar Elba (Italie). Hij heeft toch op een bepaalde manier kunnen terug komen. Op 18 juni 1815 is hij weer verslagen door Wellington (Engelse bevelhebber). En toen is hij vergoed verbannen naar Sint Helena. Daar is hij in 1821 overleden.