Geschiedenis samenvatting h 2
2.1 Europa voor de grote oorlog.
Narodniki: wilde de boeren bewust maken van de armoede en onderdrukking van de tsaar.
Communisme: Streven naar een klassenloze samenleving waarin iedereen gelijk is.
Bolsjewieken: Russische solcialisten onderleiding van Lenin. Zij geloofden in de ideën van Karl Marx. De bolsjewieken zouden de revolutie van de arbeiders leiden.
mensjewieken: zochten steun bij andere tegenstanders van de tsaar.
Sovjets: Een plaatselijke raad van soldaten, arbeideres en boeren. Zij organiseerden stakingen.
-Tsaren: is afgeleid van ceaser, dus Russische keizer.
De familie Romanov heerst sinds 1613 over Rusland. Ze beheersden grote gebieden en er waren tientallen verschillende volken. Nicolaas II was de laatste tsaar(alleenheerser). Hij dacht dat zijn zoon Aleksei hem zou opvolgen, maar dat is niet gebeurd. 80 % van de mensen waren boer.
-De tsaar had zijn macht rechtstreeks van god ontvangen.
-Door de afschaffing van de lijfeigenschap werden de Russische boeren vrije mensen
- karl Marx: het communistisch manifest
Het proletariaat: de arbeidersklasse.
Socialisme: het streven naar de ideale samenleving.
Bolsjewieken: LeninCommunisme: de leer van Marx
Sovjets: vergaderingen van arbeiders.
- In 1905 grote demonstraties bij het paleis van Nicolaas II. Er werden veel burgers neergeschoten. Dit was de bloederige Zondag. Overal in het land werd het onrustig.
Nicolaas II wilde veranderingen toestaan. Er kwam een gekozen volksvertegenwoordiging; de Doema(liberalen en mensjewieken) Zij pleitten voor een grondwet en kiesrecht.
- nationalisme: je eigen volk beter vinden dan andere volken.
-Duitse keizerrijk: ontstond in 1871 na de Frans-Duitse oorlog. Onder leiding van Pruisen werd het een geheel.
Toen de duitsers van de fransen wonnen met de Frans-Duitse oorlog(1870, 1871) werd duitsland het sterkst van Europees vasteland. Ze werden een eenheidsstaat met een keizer aan het hoofd. Frankrijk moest Elzas- Lotharingen afstaan. De franse nationalisten wilden wraak.
-Ottomaanse Rijk: Turks rijk, dat van 1300 tot 1923 bestond. (de zieke man van europa)
Donaumonarchie: Oostenrijk, Hongarije, Tsjechië, Slowakije en Bosnië deel van uitmaakten. ( ook wel het Habsburgse Rijk.)
eeuwenlang was een groot deel van de balkan van de turken. In de 19e eeuw groeide het nationalisme onder de Balkanvolken. Het Ottomaanse rijk viel uiteen.
Een aantal volken stichtte een eigen staat. Bosnië en Hercegowina wilde zich bij Servië aansluiten. Sinds 1908 hoorde deze gebieden bij de donaumonarchie.
Rusland steunde de balkanvolken(servië) tegen de Turken en de Oostenrijkers..
- Centralen: bondgenootschap gesloten in 1879 tussen het Duitse keizerrijk en de Donaumonarchie. (en Italië 1882) ( omdat het in het midden van europa lag.)
Triple Entente: Bondgenootschap van Frankrijk, Rusland en Engeland(1907)
Engeland en frankrijk ging rond 1900 niet goed samen met de duitsers.doordat:
Duitsers hun vloot wilden uitbreiden, ze uitspraken hadden over koloniën en omdat het nationalisme tijd was. Frankrijk wilde Elzas-Lotheringen terug.
-Europa werd verdeeld in 2 delen die vijanden van elkaar waren.
Op 28 juni 1914 werd hertog frans Ferdinand in Sarajevo doodgeschoten.
- Het duitste rijk verklaarde de oorlog aan Rusland en Frankrijk.
Eerste wereldoorlog; Grote europeese oorlog van 1914 tot 1918, waar vanaf 1917 ook de VS aan mee deed.
De eerste wereld oorlog:
1613- familie Romanov aan de macht.
1874- naradniki vanuit de steden naar het platteland.
1879- centralen, 1882; Italië erbij.
1900- imperialisme, oorlog zit eraan te komen.
1904- Rusland wordt verslagen door Japan, verzet groiede tegen de tsaar.
1905(Januari)- Soldaten schoten op burgers, Bloederige zondag.
1907- triple entente; Frankrijk, Rusland, Engeland.
1908- Meer gebieden bij de Donaumonarchie.
1914(28 Juni)- Frans Ferdinand neergeschoten.
1914(4 Augustus)- Duitserijk viel aan, eerste Frankrijk, dan Rusland.
1915(Februari)- Russische leger had aan alles te kort.
1917(April)- VS bij de triple entente.
1917(einde)- Rusland trekt zich terug.
1918(Maart) Rusland vrede met Duitsland(Brest-Litowsk)
1918(November)- een onvoorwaardelijke wapenstilstand, oorlog is voorbij.
2.2 Van oorlog na revolutie in Rusland
-Duitsland’s plan was om door België heen te gaan om de aanval op frankrijk te openen maar het mislukte doordat rusland ook de aanval op Duitsland opende.
-Ze vochten op een plek, het werd een uitputtingsslag. Soldaten zochten dekking in loopgraven.
Loopgraven: linies gevormd door uitgegraven greppels waarin soldaten bescherming zochten tegen vijandig vuur.
- in 1915 had Rusland te kort aan bijna alles wat nodig was.
Rusland trok zich in 1917 terug uit de oorlog, maar in 1918 sloot het de Brest-litowsk vrede met Duitsland.
- in 1917 kwam de VS bij de entente.
Dus in November 1918 moesten de Duitsers de onvoorwaardelijke wapenstilstand aanvaarden. De eerste wereld oorlog was voorbij.
- Februarierevolutie: opstand op 23 Februari 1917 in Petrograd(Sint petersburg) die begon met demonstraties en stakingen, waardoor de tsaar moest aftreden.
Veel stakingen in 1917 tegen de alleenheersmaatschappij. Toen in 1914 de oorlog uitbrak zat lenin in Zwitserland.
In februari 1917 brak een oppstand uit in Petrograd. De mensen wilden; brood, hogere lonen en regering door Doema. De tsaar gaf het leger het bevel om in te grijpen, maar de officieren weigerden. De Doema steunde het verzet en op 2 maart deed de tsaar afstand van zijn keizerlijke macht. Toch werd dit de Februarirevolutie genoemd omdat het wel die tijd was met de nieuwe kalender die ze invoerden.
- er kwam een nieuwe voolopige regering. Rusland leek democratisch te worden maar, eerst moest er nog een oorlog gewonnen worden.
- Lenin maakte zijn aprilinstellingen bekend. Na een zomer vol stakingen, groeide de aanhang van de bolsjewieken. (zij waren goed voorbereid tegen de chaos)
Op 25 oktober 1917deden zij een staatsgreep. Dat werd de oktoberrevolutie.
( aprilinstellingen: macht naar sovjets, land naar de boeren en een wapenstilstand.)
Oktoberrevolutie: De machtsovername op 25 oktober 1917 in Rusland door de bolsjewieken onderleiding van Lenin.
-In 1917 vonden in Rusland dus 2 revoluties plaats. De eerste maakte een einde aan de alleenheersmaatschappij van de tsaar. En bij de andere revolutie grepen de bolsjewieken de macht. Zij maakten een einde aan het bewind van de voorlopige regering.
Eenpartijstaat: Een land waarin 1 politieke partij de dienst uitmaakt. Burgers hebben geen vrije keuze bij verkiezingen want er zijn geen andere partijen.
Alleen leden van sovjets, alle partijleden krijgen verantwoordelijke functies, dictatuur en de verkiezingen gaan niet over partijen maar over personen.
-Nationalisatie; Particulieren bezittingen worden door de staat in beslag genomen.
(grond, fabrieken en machines) het worden staatseigendommen.
De bolsjewieken bestuiten dat ^ te doen.
Trotski: rode leger
Januari 1918: gekozen partijen weggejaagd.
Raad van volkcommissirissen: regering.
Internationale: wereld revolutie.
1919- 1921: burgeroorlog.
Tsjeka: opsporing politieke tegenstanders.
2.3 Leven in het arbeidersparadijs.
Communistische Partij: De nieuwe naam die de partij van de bolsjewieken aannam nadat zij de macht in Rusland hadden overgenomen.
Sovjetunie: Unie van sovjetrepublieken, opgericht in 1922 en uit elkaar gevallen in 1991.
-De Bolsjewieken vonden dat de economische vrijheid de oorzaak was van alle sociale problemen.
-Na de oktoberrevolutie veranderden de Bolsjewieken hun partijnaam in de Communistische Partij.
-Voor de Russische boeren bracht de revolutie niet wat ze hadden gehoopt. De communisten bedachten: Dat de boeren het land wat zij hadden afgenomen van de grootgrondbezitters niet mochten houden. En de boeren moesten hun oogsten afstaan aan de staat.
- Unie van Socialistische Sovjet Republieken = CCCP
Bolsjewieken = Communistische Partij
Hamer = symbool van de arbeidsklasse
Sikkel = symbool van de boeren.
- Boeren ontevreden; Lenin besloot om op het platteland de NEP in te voeren.
NEP: Een percentage van de oogst afstaan, de rest voor eigengebruik. (tijdelijke regel tegen de hongersnood)
- Lenin stond koelakken(rijke boeren) toe om knechten in dienst te nemen, er ontstonden kleine particuliere dingen, de grote bedrijven bleven van de staat. (monopolie)
- 1924- Lenin dood, niuwe opvolger? Stalin of Trotski?
Ontwikkelingen in de Sovjetunie:
1924 = begin van machtstrijd
Trotski = mogelijke opvolger
Stalin = Secretaris-Generaal
Eepartijstaat = partijleider heeft alle macht
Secretarisgeneraal = Leider van partij en staat.
Rusische economie rond 1928:
De sovjetunie liep achter op het westen, De leiders bepaalde de ontwikkelingen van de economie, die was nog sterk op de landbouw gericht.
Vijfjarenplannen: zeer gedetailleerde economische plannen waarin de sovjetregering beschreef wat en hoeveel er in de industrie geproduceerd moest worden.
^ waren succesvol in kapitalistische landen.
Collectivisatie: Het samenvoegen van zelfstandige boerderijen in de Sovjetunie tot grote gezamelijke(collectieve) boerenbedrijven.(kolchozen)
-einde aan de NEP, zelfstandige boeren -> resten van het kapitalisme.
Propaganda: Het verspreiden van ideeën van een bepaalde partij of persoon via bv, de radio of de krant. Het doel, is om zoveel mogelijk mensen te overtuigen en ta laten gehoorzamen.
Strafkampen(Goelag): gevangenkampen in de sovjetunie waar mensen die zich verzetten tegen de dictatuur, maar ook veel onschuldige burgers, werden opgesloten.
- politbureau = partijbestuur
Prestatieloon = Kapitalistisch
Grote zuiveringen = showprocessen
Geen democratische beslissingen: v
Totalitaire dictatuur: Een manier van regeren waarbij de staat het leven van de inwoners volledig beheerst en controleert.
1934 begon een periode van terreur, iedereen was bang voor Stalin.
1879 in Geogië. oktoberrevolutie>communistische partij. 1922 secretaris-generaal. 1953 > stalin dood. Slechte ouders en vader. GEEN kindervriend. Valse aanklacht – gedwongen bekentenis.
2.1 Europa voor de grote oorlog.
Narodniki: wilde de boeren bewust maken van de armoede en onderdrukking van de tsaar.
Communisme: Streven naar een klassenloze samenleving waarin iedereen gelijk is.
Bolsjewieken: Russische solcialisten onderleiding van Lenin. Zij geloofden in de ideën van Karl Marx. De bolsjewieken zouden de revolutie van de arbeiders leiden.
mensjewieken: zochten steun bij andere tegenstanders van de tsaar.
Sovjets: Een plaatselijke raad van soldaten, arbeideres en boeren. Zij organiseerden stakingen.
De familie Romanov heerst sinds 1613 over Rusland. Ze beheersden grote gebieden en er waren tientallen verschillende volken. Nicolaas II was de laatste tsaar(alleenheerser). Hij dacht dat zijn zoon Aleksei hem zou opvolgen, maar dat is niet gebeurd. 80 % van de mensen waren boer.
-De tsaar had zijn macht rechtstreeks van god ontvangen.
-Door de afschaffing van de lijfeigenschap werden de Russische boeren vrije mensen
- karl Marx: het communistisch manifest
Het proletariaat: de arbeidersklasse.
Socialisme: het streven naar de ideale samenleving.
Bolsjewieken: LeninCommunisme: de leer van Marx
Sovjets: vergaderingen van arbeiders.
- In 1905 grote demonstraties bij het paleis van Nicolaas II. Er werden veel burgers neergeschoten. Dit was de bloederige Zondag. Overal in het land werd het onrustig.
Nicolaas II wilde veranderingen toestaan. Er kwam een gekozen volksvertegenwoordiging; de Doema(liberalen en mensjewieken) Zij pleitten voor een grondwet en kiesrecht.
- nationalisme: je eigen volk beter vinden dan andere volken.
Toen de duitsers van de fransen wonnen met de Frans-Duitse oorlog(1870, 1871) werd duitsland het sterkst van Europees vasteland. Ze werden een eenheidsstaat met een keizer aan het hoofd. Frankrijk moest Elzas- Lotharingen afstaan. De franse nationalisten wilden wraak.
-Ottomaanse Rijk: Turks rijk, dat van 1300 tot 1923 bestond. (de zieke man van europa)
Donaumonarchie: Oostenrijk, Hongarije, Tsjechië, Slowakije en Bosnië deel van uitmaakten. ( ook wel het Habsburgse Rijk.)
eeuwenlang was een groot deel van de balkan van de turken. In de 19e eeuw groeide het nationalisme onder de Balkanvolken. Het Ottomaanse rijk viel uiteen.
Een aantal volken stichtte een eigen staat. Bosnië en Hercegowina wilde zich bij Servië aansluiten. Sinds 1908 hoorde deze gebieden bij de donaumonarchie.
Rusland steunde de balkanvolken(servië) tegen de Turken en de Oostenrijkers..
- Centralen: bondgenootschap gesloten in 1879 tussen het Duitse keizerrijk en de Donaumonarchie. (en Italië 1882) ( omdat het in het midden van europa lag.)
Triple Entente: Bondgenootschap van Frankrijk, Rusland en Engeland(1907)
Engeland en frankrijk ging rond 1900 niet goed samen met de duitsers.doordat:
Duitsers hun vloot wilden uitbreiden, ze uitspraken hadden over koloniën en omdat het nationalisme tijd was. Frankrijk wilde Elzas-Lotheringen terug.
-Europa werd verdeeld in 2 delen die vijanden van elkaar waren.
- Het duitste rijk verklaarde de oorlog aan Rusland en Frankrijk.
Eerste wereldoorlog; Grote europeese oorlog van 1914 tot 1918, waar vanaf 1917 ook de VS aan mee deed.
De eerste wereld oorlog:
1613- familie Romanov aan de macht.
1874- naradniki vanuit de steden naar het platteland.
1879- centralen, 1882; Italië erbij.
1900- imperialisme, oorlog zit eraan te komen.
1904- Rusland wordt verslagen door Japan, verzet groiede tegen de tsaar.
1905(Januari)- Soldaten schoten op burgers, Bloederige zondag.
1907- triple entente; Frankrijk, Rusland, Engeland.
1908- Meer gebieden bij de Donaumonarchie.
1914(28 Juni)- Frans Ferdinand neergeschoten.
1914(4 Augustus)- Duitserijk viel aan, eerste Frankrijk, dan Rusland.
1915(Februari)- Russische leger had aan alles te kort.
1917(April)- VS bij de triple entente.
1918(Maart) Rusland vrede met Duitsland(Brest-Litowsk)
1918(November)- een onvoorwaardelijke wapenstilstand, oorlog is voorbij.
2.2 Van oorlog na revolutie in Rusland
-Duitsland’s plan was om door België heen te gaan om de aanval op frankrijk te openen maar het mislukte doordat rusland ook de aanval op Duitsland opende.
-Ze vochten op een plek, het werd een uitputtingsslag. Soldaten zochten dekking in loopgraven.
Loopgraven: linies gevormd door uitgegraven greppels waarin soldaten bescherming zochten tegen vijandig vuur.
- in 1915 had Rusland te kort aan bijna alles wat nodig was.
Rusland trok zich in 1917 terug uit de oorlog, maar in 1918 sloot het de Brest-litowsk vrede met Duitsland.
- in 1917 kwam de VS bij de entente.
Dus in November 1918 moesten de Duitsers de onvoorwaardelijke wapenstilstand aanvaarden. De eerste wereld oorlog was voorbij.
- Februarierevolutie: opstand op 23 Februari 1917 in Petrograd(Sint petersburg) die begon met demonstraties en stakingen, waardoor de tsaar moest aftreden.
Veel stakingen in 1917 tegen de alleenheersmaatschappij. Toen in 1914 de oorlog uitbrak zat lenin in Zwitserland.
- er kwam een nieuwe voolopige regering. Rusland leek democratisch te worden maar, eerst moest er nog een oorlog gewonnen worden.
- Lenin maakte zijn aprilinstellingen bekend. Na een zomer vol stakingen, groeide de aanhang van de bolsjewieken. (zij waren goed voorbereid tegen de chaos)
Op 25 oktober 1917deden zij een staatsgreep. Dat werd de oktoberrevolutie.
( aprilinstellingen: macht naar sovjets, land naar de boeren en een wapenstilstand.)
Oktoberrevolutie: De machtsovername op 25 oktober 1917 in Rusland door de bolsjewieken onderleiding van Lenin.
-In 1917 vonden in Rusland dus 2 revoluties plaats. De eerste maakte een einde aan de alleenheersmaatschappij van de tsaar. En bij de andere revolutie grepen de bolsjewieken de macht. Zij maakten een einde aan het bewind van de voorlopige regering.
Eenpartijstaat: Een land waarin 1 politieke partij de dienst uitmaakt. Burgers hebben geen vrije keuze bij verkiezingen want er zijn geen andere partijen.
Alleen leden van sovjets, alle partijleden krijgen verantwoordelijke functies, dictatuur en de verkiezingen gaan niet over partijen maar over personen.
-Nationalisatie; Particulieren bezittingen worden door de staat in beslag genomen.
(grond, fabrieken en machines) het worden staatseigendommen.
De bolsjewieken bestuiten dat ^ te doen.
Januari 1918: gekozen partijen weggejaagd.
Raad van volkcommissirissen: regering.
Internationale: wereld revolutie.
1919- 1921: burgeroorlog.
Tsjeka: opsporing politieke tegenstanders.
2.3 Leven in het arbeidersparadijs.
Communistische Partij: De nieuwe naam die de partij van de bolsjewieken aannam nadat zij de macht in Rusland hadden overgenomen.
Sovjetunie: Unie van sovjetrepublieken, opgericht in 1922 en uit elkaar gevallen in 1991.
-De Bolsjewieken vonden dat de economische vrijheid de oorzaak was van alle sociale problemen.
-Na de oktoberrevolutie veranderden de Bolsjewieken hun partijnaam in de Communistische Partij.
-Voor de Russische boeren bracht de revolutie niet wat ze hadden gehoopt. De communisten bedachten: Dat de boeren het land wat zij hadden afgenomen van de grootgrondbezitters niet mochten houden. En de boeren moesten hun oogsten afstaan aan de staat.
Bolsjewieken = Communistische Partij
Hamer = symbool van de arbeidsklasse
Sikkel = symbool van de boeren.
- Boeren ontevreden; Lenin besloot om op het platteland de NEP in te voeren.
NEP: Een percentage van de oogst afstaan, de rest voor eigengebruik. (tijdelijke regel tegen de hongersnood)
- Lenin stond koelakken(rijke boeren) toe om knechten in dienst te nemen, er ontstonden kleine particuliere dingen, de grote bedrijven bleven van de staat. (monopolie)
- 1924- Lenin dood, niuwe opvolger? Stalin of Trotski?
Ontwikkelingen in de Sovjetunie:
1924 = begin van machtstrijd
Trotski = mogelijke opvolger
Stalin = Secretaris-Generaal
Eepartijstaat = partijleider heeft alle macht
Secretarisgeneraal = Leider van partij en staat.
Rusische economie rond 1928:
De sovjetunie liep achter op het westen, De leiders bepaalde de ontwikkelingen van de economie, die was nog sterk op de landbouw gericht.
Vijfjarenplannen: zeer gedetailleerde economische plannen waarin de sovjetregering beschreef wat en hoeveel er in de industrie geproduceerd moest worden.
Collectivisatie: Het samenvoegen van zelfstandige boerderijen in de Sovjetunie tot grote gezamelijke(collectieve) boerenbedrijven.(kolchozen)
-einde aan de NEP, zelfstandige boeren -> resten van het kapitalisme.
Propaganda: Het verspreiden van ideeën van een bepaalde partij of persoon via bv, de radio of de krant. Het doel, is om zoveel mogelijk mensen te overtuigen en ta laten gehoorzamen.
Strafkampen(Goelag): gevangenkampen in de sovjetunie waar mensen die zich verzetten tegen de dictatuur, maar ook veel onschuldige burgers, werden opgesloten.
- politbureau = partijbestuur
Prestatieloon = Kapitalistisch
Grote zuiveringen = showprocessen
Geen democratische beslissingen: v
Totalitaire dictatuur: Een manier van regeren waarbij de staat het leven van de inwoners volledig beheerst en controleert.
1934 begon een periode van terreur, iedereen was bang voor Stalin.
1879 in Geogië. oktoberrevolutie>communistische partij. 1922 secretaris-generaal. 1953 > stalin dood. Slechte ouders en vader. GEEN kindervriend. Valse aanklacht – gedwongen bekentenis.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
D.
D.
Ik vind het een goede samenvatting, waar ik veel aan heb, maar ik vind wel dat er ook informatie instaat, wat niet belangrijk genoeg is voor in een samenvatting.
13 jaar geleden
AntwoordenJ.
J.
super bedankt!
13 jaar geleden
AntwoordenI.
I.
ja, weet je, ,.,. het is nice people zet dingen hierop, maar weet je .,.,., zet het wel beetje duidelijker boy of meisje kan ook weet je.,.,,. wat meer enters tussennn stukjes zo is misschien wat duidelijker weet je.,.,,. hee maar bedankt dankzij deez boy of meisje heb ik 8.1 gaheeld thx,,,,, hey peopple reageer op deez bericht pleas laterssss
13 jaar geleden
Antwoorden