Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Hoofdstuk 1 Tijd van Jagers en Boeren

Beoordeling 6.8
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas vwo | 1006 woorden
  • 6 juli 2014
  • 27 keer beoordeeld
Cijfer 6.8
27 keer beoordeeld

Kenmerkende aspecten

  • §1:  de levenswijze van de jagers-verzamelaars

ontstaan van landbouw, landbouwsamenleving

  • §2: ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen.
  • §3: ontstaan van landbouw, landbouw samenlevingen

ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen.

inleiding

Neanderthalers = voorloper van de moderne mens. Stierf rond 30.000 v. Chr. uit

  • Leefden van jacht + verzamelden voedsel
  • Trokken rond à op zoek naar voedsel
  • Geen schrift
  • Leefden symbolisch à gaven vw andere functies dan meest voor de hand liggende. Maakten sierraden + nuttige voorwerpen bijv. Bijlen, mensen en speerpunten
  • Begroeven doden

Tot 3000 v. Chr. à schrift ontstond in midden-oosten.

Homo sapiens sapiens = moderne mens

Nieuwe steentijd/Neolithicum à uitvinding landbouw + veeteelt. Mensen gingen sedentair leven (=wonen op 1 plek). Rond 11.000 v. Chr.

Trechter beker cultuur à boeren

Achtergrond à jagers

§1

  • Rond 11.000 v. Chr. – uitvinding van de landbouw (veeteelt + akkerbouw) in het Midden-Oosten. Duurde nog duizenden jaren voor buiten het Midden-Oosten.
  • Neolithische Revolutie / landbouwrevolutie. Kritiek: door geen schrift, oorzaken + gevolgen alleen aan de hand van ongeschreven bronnen vaststellen.
  • Paleoantroplologen = wetenschappers die onderzoek doen naar de oorsprong en ontwikkeling van mensachtigen en de mens.
  • Eerste mensachtige drie miljoen jaar geleden in Afrika.
  • = geloven in gecreëerde schepping, werk van God/meerdere goden.
  • Paleolithicum/oude steentijd = periode van de jagers-verzamelaars.

Jagers-verzamelaars

  • nomaden (=geen permanente woonplek, trekken rond in seizoensgebonden routes om in hun levensonderhoud te voorzien)
  • leefden in kleine groepen en in tijdelijke hutten.
  • weten niet veel van hun cultuur (=gevoelens, ideeën, gebruiken)
  • begroeven doden met voorwerpen à wat de overledene deed, belangrijk vond, status.
  • Gebruikten bijlen, messen en pijl- en speerpunten.

Overgang naar landbouw

  • Ohalo-cultuur = waren jagers-verzamlaars, geen nomaden. Rond 20.000 v. Chr. Klimaat in Midden-Oosten gunstig à plaatselijk voedsel in overvloed en niet hoeven rond te trekken.
  • Natufiërs = rond 12.000 v. Chr. Hadden permanente bewoning, leefden in kleine dorpen met ong. 150 mensen, natuur rondom genoeg voedsel. Rond 11.000 à klimaat veranderde, landbouw ontstond à bevolking nam toe + nederzettingen.
  • Vruchtbare Halvemaan = gebied in Midden-Oosten, landbouw uitgevonden.
  • rond 5000 v. Chr. Neolithische revolutie ook in West-Europa. Waarschijnlijk bevolking te groot en niet genoeg landbouwgrond om iedereen te voeden, dus zijn ze naar andere gebieden getrokken.
  • Omstreeks 5300 v. Chr. Eerste landbouwers in Zuid-Limburg.

Agrarische samenleving (= landbouw samenleving)

  • Sedentair (= vaste plek vestigen)
  • Stevig gebouwde boerderijen, meestal met hout nog.
  • Landbouwwerktuigen: sikkels, ploegen of maalstenen.
  • Bezittingen namen toe, vanwege leven op 1 plek à statusverschillen, sociale ongelijkheid en sociale hiërarchie (rangorde, sociale klassen)
  • Veel bezit, veel aanzien en dus soms ook leiding over een groep.

§2

  • Landbouwopbrengsten namen toe, bevolking groeide. Dorpen à stedelijke gemeenschappen.
  • Nadelen van verstedelijking: criminaliteit en milieuproblemen (water wordt vies).

Succes van de irrigatielandbouw

  • Rond 6500 v. Chr. In Soemerië aan de Eufraat en de Tigris de eerste dorpen. Oogsten succesvol door irrigatielandbouw (=het vruchtbare slib van de oevers gebruiken en via kanaaltjes en dammetjes rivierwater ernaartoe te leiden)
  • sociale gevolgen:
  • Boeren die keer op keer rijkere oogst binnenhaalden, meer aanzien en macht. Uiteindelijk politieke leiders, één daarvan een soort koning à gaf leiding aan de organisatie van het irrigatiesysteem en bouw van grote publieke werken (tempels).
  • Steden/koningen onderling streden om meeste macht en invloed in Soemerië à leidde tot oorlogen à stadsmuren.
  • Rond 3500 v. Chr. Stedelijke nederzettingen (= kleine staten ter grootte van een stad en haar directe omgeving, met voor elke stad een eigen vorm van bestuur). Stadstaat Uruk het grootst à ‘moeder der steden’ genoemd.

Kenmerken stadsstaten

  • Godsdienstig centrum
  • Specialisten (= ander beroep dan boer)
  • Gebruik van het schrift
  • Hiërarchische opbouw van de samenleving (=sociale klassen):
  • Slaven (meestal krijgsgevangenen)
  • Boeren (grootste deel van de bevolking)
  • Ambachtslieden (vervaardigen gereedschappen, kleding, bouw)
  • Priesters, polytheïstische godsdienst (meerdere goden aanbieden)
  • Koning , reageerde namens de goden op aarde. Hij was opperbevelhebber van het leger, opperrechter en bestuurde de stad.
  • In de Soemerische stadstaat, de ziggurat (trapvormige tempeltoren) à dichter bij goden komen. Belangrijkste god van de stad vereerd. Economische functie: rondom goederen verhandeld.
  • Belasting, boeren moeten groot deel van hun oogst inleveren in ruil voor bescherming en onderhoud van het irrigatiesysteem. Er is sprake van een re-distributie, herverderling: het ingeleverde graan werd aan de rest van de trap onderverdeeld als ‘loon’ of handel met andere steden.
  • Rond 33.000 v. Chr. Einde prehistorie à Het schrift (spijkerschrift) in Soemenië: logogrammen (=herkenbare afbeeldingen). Gebruikt voor economische zaken. Later ontwikkelde zich hieruit klanktekens à hele woorden en zinnen maken à schrift nu gebruikt voor boekhouding, regels, wetten, religieuze en historische verhalen.
  • scholen gesticht om het schrift te lezen en schrijven, maar een klein deel van de

bevolking à schrijvers kregen daardoor meer aanzien.

Kenmerken staat

  • Samenwerking steden à gedwongen of soms vrijwillig. Voordelen economisch en militair gebied à grotere en duidelijk begrensde gebieden, wel onder bewind van een eigen bestuur (koning).
  • Stedelijke gemeenschappen ook wel oude beschavingen genoemd (=uitgegroeid tot complexe en hoog ontwikkelde culturen, waarin zaken zijn uitgevonden en structuren zijn ontwikkeld die wij in onze tijd terugzien).
  • erkend gebied met grenzen en eigen bestuur.

§3

  • Egypte eerste natiestaat. Europa pas in de 19e eeuw.
  • Eenheidsvorming in Egypte door religie en het bestuur van de farao.
  • Egypte ontstaat doordat vanaf 5000 v. Chr. De eerste boeren zich vestigen in het Nijldal à gevlucht voor de droogte door klimaatverandering (woestijn).

De samenvatting gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Eindexamens

Alles wat je moet weten over de eindexamens

§3

  • Egypte eerste natiestaat. Europa pas in de 19e eeuw.
  • Eenheidsvorming in Egypte door religie en het bestuur van de farao.
  • Egypte ontstaat doordat vanaf 5000 v. Chr. De eerste boeren zich vestigen in het Nijldal à gevlucht voor de droogte door klimaatverandering (woestijn).

Egypte was ‘een geschenk van de nijl’ door het vruchtbare slib en irrigatie systeem à grote oogsten, groei bevolking en ontstaan dorpen en steden.

  • Egyptische staat geregeerd door een farao (=opperbevelhebber van het leger, opperrechter, wetgever en bestuurder).
  • Rond 2950 v. Chr. Narmer macht over Boven-Egypte en Beneden-Egypte à één staat met één leider (ook hoofdpriester à bevolking vereerden hem als een godheid, functie was erfelijk).
  • Eenheid van taal, geloof, cultuur en bestuur à natiestaat (bevolking die de staat wilt laten voortduren en een gemeenschappelijke geschiedenis hebben..
  • Rond 2000 v. Chr. Was Amon belangrijkste god (=schepper god).
  • 1353 v. Chr. Amenhotep IV farao van Egypte, maakte Egypte monotheïstisch en Aton (zonneschijf god) werd de enige godheid à alle beelden en schilderingen van andere goden verwijderen en priesters verloren hun invloed en macht. Richt op nieuwe hoofdstad Achetaton, andere hoofdstad teveel verbonden met de god Amon.

REACTIES

J.

J.

Ik vind dit nutteloos. Ik wil weten waarom jagers en boeren zich aan de Nijl moesten vestigen en het staat er gewoon niet!

6 jaar geleden

J.

J.

Ja dat vind ik ook!

6 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.