H. 1 paragraaf 1.1 + 1.2: Nl en zijn gezagsdragers

Beoordeling 3.5
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas havo | 917 woorden
  • 22 april 2008
  • 4 keer beoordeeld
Cijfer 3.5
4 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Samenvatting Hoofdstuk 1, Paragraaf 1.1 + 1.2
Verzuiling

Wat?

Verzuiling is het verschijnsel waarbij de Nederlandse samenleving opgedeeld was in vier groepen of zuilen op grond van verschillende levensbeschouwelijke of godsdienstige opvattingen.
- Socialisten
- Liberalen
- Katholieken
- Protestanten

Elke zuil had zijn eigen partij, krant, school, omroep enzovoort.
Ondanks dit viel ons land niet uit elkaar, omdat de politici bereidt waren samen te werken.
+/- 1880 - 1965

Waarom?

- Beschermingsthese. De elite van de zuilen wilden hun leden beschermen tegen invloeden van andere zuilen. Dat betekent dus het bouwen van organisaties.

- Emancipatiethese. In Nederland 1880 waren de Liberale de dominante groep, de andere streefden naar emancipatie. Deze minoriteiten zetten eigen organisaties op en werven leden.

Ondanks de verzuiling was er toch politieke stabiliteit in Nederland. Dat moest ook wel, want Nederland is een coalitieland. De eliten wilden ook samenwerken op politiek gebied. Dit betekende een pacificatiedemocratie tussen:
- leden van de zuilen. In de jaren ’50 waren de leden van de zuilen gezagsgetrouw en volgden de elite.
- elite van de zuilen. Deze waren bereidt tot (geheim) overleg met elkaar over het bestuur van Nederland. Ze werkten volgens het evenredigheidsbeginsel. Naar hun achterban toe gebruikten de elite stevige taal met betrekking tot de zuilen.

Er was op Cultureel-mentaal gebied consensus.

- Christelijk-ethische beginselen spelen hierbij een belangrijke rol.
- Gezin (met harmonieuze ongelijkheid) is de hoeksteen van de samenleving.

Dit is de reactie op W.O. 2, zedenverwildering.

Op de economische situatie was consensus.
- Want er waren in 1945 grote problemen.
• Grote verwoesting als gevolg van de oorlog
• Indonesie verloren
• Duitsland was niet langer een handelspartner

Rooms (KVP) – Rode (PvdA) kabinetten
1946 – 1958
Met vader Drees.

- Meer overheidsingrijpen in de economie. Industrialisatie in Nederland.
- Opbouw van de verzorgingsstaat

Industrialisatie:

- Samenwerking overheid, werkgevers en werknemers. Hierdoor ontstaat de Sociaal Economische Raad (SER). Hierin zitten 15 vertegenwoordigers van de overheid, 15 werkgevers en 15 werknemers.
- Ontwikkeling infrastructuur.
- Bedrijven worden gestimuleerd om te kiezen voor industrialisatie, door gunstige belasting.
- Geleide loon + prijs politiek

Dus: Werknemers accepteren deze loonpolitiek omdat men wel inzag dat het de enige weg was naar economisch herstel en werknemers kregen er sociale wetten voor terug, bovendien werden ze betrokken bij het overleg over de economie (overlegeconomie).

Gevolgen van de Industrialisatie:

- Bedrijven veranderen
- Andere samenstelling beroepsbevolking
- Ontwikkeling op gebied van transport
- Andere toestand woon + werkverkeer

Hoofdstuk 1
Consensus

- Op politiek gebied met de pacificatiedemocratie.
- Op economisch gebied.
- Op cultureel mentaal gebied.

Hoofdstuk 2
Nuance: Kraamkamerthese

In de jaren ’50 is er een consensus periode, maar ook kraamkamerthese.
Hierin ontstaan de lange termijn processen (1950-1970) die grote gevolgen zouden hebben.
- Meer mensen krijgen beter en langer onderwijs.
- Toenemende mobiliteit
- Opbouw van de verzorgingstaat
- Ontstaan van de consumptiemaatschappij

Gevolgen:

Nederlanders worden zelfstandiger en onafhankelijker. Bovendien is er ontzuiling en ontkerkelijking.

Paragraaf 2.3

De eliten van de zuilen hebben op de lange termijn processen in Nederland niet alleen afwijzend gereageerd, na verloop van tijd hebben ze zelfs ruimte geboden voor ontwikkelijking.

In 1965 ontstaat Provo, opgericht door Roel van Duijn. Deze strijd tegen de regentenmentaliteit.
Op 10 maart 1966 gooien ze rookbommen op de trouwerij van Beatrix en Claus.

Provo zorgt voor ludieke acties door middel van pamfletten.

Robert Jasper Grootveld streed tegen de consumptiemaatschappij door happenings rond het lieverdje op ’t spui te organiseren.

1967 was het einde van Provo.
- Provo wilden niet verbonden worden met het toegenomen geweld in Amsterdam
- Provo werd een politieke partij in de Amsterdamse gemeente.

De effecten van Provo (1965-1967):

- Geen grote veranderingen (revolutie)
- Wel meer zeggenschap voor Nederlandse Jongeren
- Geen automatische acceptatie van het gezag
- Meer spontaniteit in politiek en samenleving
- Andere kijk op Christelijk-ethische beginselen

H.1 Consensus
H.2 Nuance (idem)

H.3/4 Polarisatie

- Cultureel mentaal gebied (Provo, Dolle Mina)
- Economisch gebied (confrontatie werkgevers, werknemers)
- Politiek gebied (D66, Den Uyl, Van Agt)

D’66 (oktober Van Mierlo Gruyters)
Participatiedemocratie (to participate):

- Nederland moest tweestromenland worden, het progressieve blok en het conservatieve blok
- Partijen maken voor de verkiezingen helder welke coalitie er moet komen
- Kiezen van burgemeester
- Invoering districtenstelsel, zodat de kiezer dichterbij de kandidaat komt.
- Referendum

De nacht van Schmelzer: In Oktober 1966 bracht een motie van de fractievoorzitter van KVP het Kabinet-Cals ten val.
Het kabinet weigerde aan te geven hoe een tekort op de begroting zou moeten worden aangevuld.
De tv gaf de schuld aan Schmelzer. De media was dus niet langer volgzaam zoals in de jaren ’50.
PvdA koos niet meer voor consensus, maar koos voor een kabinet zonder de KVP.
Er waren 8 zetels verlies voor de KVP, omdat de burgers niet begrepen wat er gaande was rond de nacht van Schmelzer.

Paragraaf 5.1

Kabinet Den Uyl 1973-1977
(Van Agt 1977-1981 1981-1982)

Slogan: Spreiding van Kennis, macht en inkomen.

Maar: het kabinet was rood (PvdA, D’66, PPR) met een witte rand (ARP, KVP)

Den Uyl kondigde vier hervormingen aan:
- uitbouwen van de verzorgingsstaat
- extra geld in onderwijs en milieu
- meer participatiedemocratie
- meer macht voor werknemers in ondernemingen

Dit zorgde voor Polarisatie.

Resultaat?
Weinig, want er was in 1973 een oliecrisis. En er was veel controverse tussen rood en wit in het kabinet en tussen Den Uyl en Van Agt. Bovendien waren de werkgevers tegen meer macht voor werknemers.

Tijdens het kabinetten Van Agt nam de polarisatie toe.
Debat over:
- kernenergie
- kernwapens
- bezuinigingsbeleid kabinet
- kraakbeweging

Paragraaf 5.4

1982 – 2000 herwonnen consensus

Politiek: CDA / RFM Lubbers

Economie: Akkoord van Wassenaar (poldermodel) in 1982.
Werkgevers – Van Veen
Werknemers – Kok

Poldermodel is een overlegeconomie. Hierbij komt geen loonstijging, maar wel een arbeidsverkorting.

Mentaliteit: CDA ideeën Christelijk ethisch

Gaan we weer terug naar de jaren ’50?

Ja Er was weer overleg op allerlei gebieden

Nee De burgers waren mondiger, zelfstandiger en onafhankelijker en er waren andere opvattingen en ideeën.

Nederland was een civil society.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.