Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Geschiedenis Egypte hoofdstuk 3 (SX)

Beoordeling 6.6
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 1e klas vwo | 1026 woorden
  • 14 januari 2019
  • 7 keer beoordeeld
Cijfer 6.6
7 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

GS H3: EGYPTE

Egypte wordt al eeuwenlang gezien als de voedschuur van Europa. Dat kwam doordat ze naast de Nijl wonen en als de Nijl overstroomde werd de grond goed vruchtbaar.

 

De natte moesson = de regentijd in tropische gebieden

Slib = een modder die bestaat uit voedingsstoffen waar vissen gek op zijn: mineralen en organisch materiaal

Staat = grondgebied

Konings-insigne = dingen die een koning altijd heeft (op afbeeldingen). Zoals: dubbele kroon, sikje, hoofddoek

De Egyptenaren geschiedenis kan je in ongeveer 30 dynastieën verdelen.

 

1) OUDE RIJK: rondom 2500 v. Chr.

                      - Menfis ( bij huidig Cairo )

Grote Piramides: Vlakte van Gizer o.a. de Grote Piramide van Cheops/Koefoe

Vlakte van Sakkara had de eerste grote piramide

Vlakte van Sakkara zijn ingestorte piramides want ze moesten nog experimenteren.

 

2) Middenrijk: rond 2000 v. Chr.

                      - wisselende hoofdsteden

Kleine Piramides. Vele zijn nog niet opgegraven. Sommige waren nog niet af. Middenrijk is minder achtig dan aan het Oude Rijk.

 

3) Nieuwe Rijk: rond 1300 v. Chr.

                      - Thebe (Karnak en Luxor)

Vallei der koningen. Daar werden koningen in de grond verstopt. Er moeten nog steeds graven zijn.

 

In tussen periode is het onrustig.

Karnak = religieus centrum

Luxor = politiek centrum -> paleizen

Piramides = ingang niet zichtbaar want de Egyptenaren dachten dat je verder leefde als je dood was.

Grafrovers = zijn mensen die graven leegroven en alle offers en dingen stelen. Alle piramiden waren al leeg. De Egyptenaren deden wel valstrikken en zo maar het werkte niet altijd.

Misoogst = bij een misoogst was natuurlijk de oogst mislukt en er was dan dus geen eten. Omdat mensen niet dood wilden gaan werden ze grafrovers en gingen ze stelen.

Vaak werden de mensen die de piramides hadden gebouwd grafrovers want zij wisten precies hoe ze erin moesten komen.

Alleen bij Toetanchamon was het niet leeggeroofd.

 

De piramides werden ook hoger gebouwd =

Ideaal voor een Piramide is ongeveer 52 graden

 

Sfinx = een fabeldier = ½ leeuw en ½ mens ( hoofd van Cheops )

 

 

Piramides = Waarom niet op één lijn?

 

Theorie = Dat de Egyptenaren bij het bouwen van een piramide een weerspiegeling van de hemel maakten. Ze dachten dat de sterren de goden waren en omdat de farao’s ook goden waren ze daardoor in verbind zouden staan.

De Nijl was een weerspiegeling van de Melkweg.

Farao = een levende god

Farao moest vanuit zijn kamer de hemel in kunnen. Zijn Ka (geest) moest ontsnappen via een klein tunneltje in de piramide.

 

Wie waren de mannen en vrouwen die een piramide bouwden?

 

Een piramide = ongeschreven primaire bron

Gangster = bendelid

Geuzennaam = een scheldwoord je eigen maken – bijvoorbeeld als lesbiennes ‘pot’ zeggen.

Asterisk = *

Obelisk = oude Egyptische grote zonnewijzer

Dienstplicht = voor een deel van het jaar

Dwangarbeid = gedwongen worden

Slaven = je komt eraan door =

  • Slavenhandel

Hoe je slaaf werd

  • Krijgsgevangene
  • Rooftochten, expedities, slavenjacht
  • Schuldslavernij (geld)
  • Kinderen van slaven
  • Misdaad, veroordeeld voor criminaliteit

Kaffer = scheldwoord, afgeleid uit het Arabisch = niet gelovige

Gerangschikt = kwalitatieve ordening, van hoog naar laag

 

1) Farao

2) vizier: hoogste ambtenaar

3) hoge ambtenaren: priesters

4) lage ambtenaren: waaronder schrijvers

5) ambachtslieden, kooplieden en opzichters

6) boeren, landarbeiders

7) slaven  

 

Alleenheerschappij = één iemand bepaald

Bestuursapparaat = alle ambtenaren bij elkaar van

een staat

Ambtenaar = iemand die in dienst is bij de staat,

mensen die de regering helpen voor hun werk.

De God = van Christenen enz. (Allah)

Een God = voor Egyptenaren

Atheïsten = geen geloof

Monotheïsten = één god (Joden, Christenen enz.)

Polytheïsten = meerdere goden

 

-isme = verschijnsel/fenomeen (een ding)

Mythologie = oude verhalen van een volk

Dodenboek = soort reisgids voor naar het dodenrijk

Koningen (farao’s) trouwden vaak met hun zussen

Bijv. Osiris en Isis

         Broer = Seth= god van chaos

Inteelt/incest = broer en zus die kinderen krijgen

 

Seth vermoorde Osiris en hakte hem in 14 stukken. Die verspreidde hij over de aarde. Isis was verdrietig en zocht de stukken op. Ze gebruikte magie want ze is een godin. Maar Osiris kon niet meer terug naar de aarde, dus hij werd de koning van het dodenrijk.

 

God/Godin

Functie

Kenmerk

Osiris

God van het Dodenrijk

Groen hoofd, Mummie etc.

Isis

Godin van de vruchtbaarheid

Troontje boven het hoofd

Seth

God van de Chaos/Wanorde

Het Sethdier

Anubis

Hij begeleidt je naar Dodenrijk

Jakhals hoofd, mensen lichaam

Nephthys

Godin van de vruchtbaarheid

Valkje boven het hoofd

Thot

God van de kennis/schrift

Ibishoofd

Sobek

God van het water

Hij is een krokodil

Ra/Re

Zonnegod

Valkenkop en zonneschijf

Horus

God van de lucht

Valk

Ma’at

Godin van de waarheid

Veer op haar hoofd

       

 

Zoals je ziet hebben de Egyptenaren veel goden. Maar de Romeinen hadden wel veel last van die goden.

Ankteken = leven (sandaalriem ->)

Balsemer = als beroep een mummie maken, zalfjes insmeren (toverspreuken uitspreken) en in windels leggen.

Klerk = iemand die als beroep schrijft.

 

Farao Achnaton & Nefretete

 

Farao Achnaton start een nieuwe zonnegod genaamd ATON ( de oude zonnegod was Amon).

De Amon priesters waren heel machtig. Achnaton zei dat de enige god Aton was en dat er niet meer waren. Alle Amon tempels gingen dicht. Het was ook een middel om de Amon priesters te breken.

De Amon priesters hadden heel veel vruchtbare grond die ze verhuurde (voor geld) aan boeren.

Radicaal = heel ver gaand

                 

 

 

Er komt een nieuwe hoofdstad. (Amarna)

     

 

 

Toet-Ankh-Aton beveelt het Aton geloof weg te halen en

veranderd zijn naam in: Toet-Ankh-Amon

 

Ook steigers worden weer verboden, alles van

Achnaton wordt verboden.

 

Damnatio memoriae = uitwissen van herinneringen van iemand

Inscriptie = in steen gehakte tekst.

1798/1799 = Napoleon in Egypte

Ar Rachid = ‘Rosetta” (steen van Rose) in 3 talen geschreven

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.