4: Tijd van steden en staten
- Hoofdstuk 3:vroege middeleeuwen(500-1000)àHoofdstuk 4: late middeleeuwen (1000-1500)
- Zelfvoorzienend / autarkisch - Opkomst van handel
- Agrarische samenleving - Landbouw stedelijke samenleving
- 95% van de samenleving = boer -
Meer voedsel beschikbaar in Europa
- Oorzaken:
- Meer grond komt beschikbaar (droogleggen van meren en kappen van bossen), dit noem je ontginningen.
- Paarden gebruiken voor een ploeg in plaats van een os.
- Uitvindingen: Nieuwe ploeg (risterploeg)
!!!!!Gevolgen van meer voedsel:
- Bevolkingsgroei in Europa
- Niet iedereen hoeft meer in de landbouw te werken (Specialisaties).
- Overschotten worden verhandeld!
- Er ontstaat weer handel
- Opkomst steden (hier worden overschotten verhandeld)
Eerste steden ontstonden:
- Plaatsen waar handelsroutes bij elkaar kwamen. Dit noem je knooppunten.
- Bij burchten (kastelen). Een burcht zorgde voor bescherming.
Rol van stad in de regio
- Hertogen (bestuurder van een regio) stimuleerden het stichten van steden. Waarom?
- Rijke steden leverden de hertog meer belasting op.
- Hertog kan gebruik maken van het leger van de stad.
- Rijke steden konden de koning geld lenen voor zijn eigen leger.
- Steden wilden hier wel wat voor terug, daarom kregen ze bepaalde privileges (voorrecht: iets dat andere niet mogen):
- Rechtspreken, een eigen rechtbank
- Heffen van belastingen
- Houden van een jaarmarkt
- Stadsmuren
- Steden worden dus rijk. Dit resulteert in spanningen tussen de hertogen en de steden. Steden willen de hertog alleen nog maar helpen als ze er iets voor terugkrijgen.
- à KA14
Stadsbestuur
- Burgers in een stad noem je stedelingen.
- Een stad had zijn eigen rechtbank en deed zijn eigen rechtspraak
- Steden werden bestuurd door de schout (burgermeester/politiebaas) en schepenen (wethouders). Deze schepenen spraken ook recht.
- Een schepen bleef tot zijn dood bestuurder. Hier kwam veel kritiek op van het gemeen. Dit ware stedelingen die geen bestuurdersfunctie hadden.
Handwerkersgilde
- Handwerkersgilden: samenwerking tussen ambachtslieden van dezelfde beroepsgroep in één stad. Bv: schoenmakers.
- Maakten afspraken over:
- De prijs en kwaliteit
- Opleiding van leerlingen. Een leerling moest een lange opleiding volgen bij een ‘meester’.
Samenwerking in de Late-Middeleeuwen
- Koopmansgilde: handelaren uit één stad die samenwerken in de handel.
- Delen de kosten en het risico. Bv. Aanschaffen van een schip
- Hanze: handelaren uit verschillende steden die samenwerken.
- Bv: bescherming, handelsposten waar iedereen die lid was van de Hanze mocht aanmeren.
- Hanzesteden drijven vooral handel op de Oostzee.
Vormen van handel
- Regionale handel: binnen een gebied regio (binnen de achterhoek)
- Interregionale handel: tussen verschillende regio’s (Vlaanderen en Noord-Italië)
4.2: Ontstaan van staten
- Hertog van Normandië en Koning van Engeland. Koning van Frankrijk geeft hertog macht om te besturen (Hertog staat onder de Koning).
- Filips de || ‘Koning’ van Frankrijk
- Hertog van Bourgondië. Koning van Frankrijk geeft hertog macht om te besturen.
Franse Koning Filips ||
- Staatsvormingspolitiek: het streven naar een aaneengesloten grondgebied met een goed bestuur.
- Hertog dood? Neerzetten van een ambtenaar of familie.
- Huwelijkspolitiek
- Het geven van stadsrechten aan steden in ruil voor belasting en steun
Politiek Filips || en opvolgers
- Staatsvorming:
- Gaat ten koste van macht
- Franse Koning geen kinderen, gevolg: strijd om Franse troon
- Staatsvormingspolitiek + Strijd om Franse troon = Honderdjarige oorlog: Oorlog tussen Frankrijk en Engeland om de Franse troon (wie word er koning van Frankrijk).
- De hertog van Normandië en hertog van Bourgondië keren zich tegen de Franse koning.
- Uiteindelijk wint Frankrijk deze oorlog.
Centralisatie en uniformering
- Centralisatie: het streven van een vorst om zijn grondgebied vanuit een hoofdstad te regeren. Nederland: Den Haag
- Centralisatie Frankrijk na De Honderdjarige Oorlog
- Heffen van belasting om goed geschoolde ambtenaren te betalen die jou helpen met besturen (opstellen van regels, controleren of regels worden nageleefd).
- Heffen van belasting om soldaten te betalen.
- Uniformering: het streven van een vorst om in de gehele staat dezelfde regels te laten gelden. Nederland: Grondwet
- Uniformering Frankrijk na de Honderdjarige Oorlog
- Wetten en regels die gelden in heel Frankrijk
- Aannemen van ambtenaren die regels opstellen en zorgen dat regels worden nageleefd. (de steden vonden deze regels niet fijn want zij hadden privileges)
Hertogdom Bourgondië
- Bourgondië kiest tijdens honderdjarige oorlog de kant van de Engelsen.
- Bourgondische Hertog wil eigen staat (ten koste van Fr)
- Bourgondische hertog doet ook aan staatsvorming door:
- Huwelijkspolitiek
- Veroveringen (ene lokt de andere uit)
- Om oorlogen te betalen verhoogde de hertog de belastingen. Daarnaast maakte de hertog wetten die voor iedereen golden.
- Gevolg: steden komen in verzet (particularisme)
- Steden willen privileges (voordelen) behouden.
- Gevolg: steden komen in verzet (particularisme)
- De Paus en de kruistochten
- De paus gaat steeds meer macht naar zich toetrekken. Hij word de belangrijkste man in de kerk.
- De leider van de christelijke kerk in Constantinopel (de patriarch) accepteert dit niet.
- Oosten was veel rijker
- Verschil van inzicht over gebruik van beelden
- In 1054 ontstaat er een kerksplitsing (schisma). West-Europese kerk onder leiding van de paus en Oosterse kerk onder leiding van patriarch.
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden