Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Hoofdstuk 6

Beoordeling 7
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • havo | 748 woorden
  • 21 april 2021
  • 3 keer beoordeeld
Cijfer 7
3 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Geschiedenis samenvatting hoofdstuk 6

6.1 Over zeeën en oceanen

In de 15e eeuw werd de landbouw slecht. Het grondwater stond zo hoog dat de grond niet langer geschikt was voor het verbouwen van graan. Dus stapten de boeren van graanteelt over op rundveehouderij. Tegelijkertijd vond in het oosten juist een toename van de graanproductie. Dus de graanhandelaren kochten graan in dit Oostzeegebied en verkochten dat in de kustgewesten van Nederland. De zuivelproducten uit de Nederlanden werden in het Oostzeegebied verkocht. Deze winstgevende handel met het Oostzeegebied wordt de moedernegotie genoemd. Amsterdam bijvoorbeeld groeide nog meer uit tot het centrum van het handelskapitalisme. Handelskapitalisme is handel drijven met als doel winst te maken. Uit eindelijk groeide Amsterdam uit tot de belangrijkste stapelmarkt van Europa.

Kooplieden investeerden hun winsten uit de moedernegotie in handelscompagnieën, die handels reizen organiseren naar het Middellandse Zeegebied. In 1602 werden alle handelscompagnieën samengevoegd tot de Verenigde Oostindische Compagnie(VOC). De VOC kreeg van de Staten-Generaal het handelsmonopolie op Azië. Naast alleen het recht om handel te drijven in Azië, mocht de VOC forten bouwen, overeenkomsten sluiten met de vorsten en oorlog sluiten. Dus het hele doel van de VOC was eigenlijk handelen. Voor de handel in West-Afrika en Amerika organiseerde de Republiek in 1621 de West-Indische Compagnie(WIC). De WIC bouwde forten en handels nederzettingen en stichtte koloniën. Het doel van de WIC was om rijkdom te veroveren door middel van kaapvaart en gebieden te veroveren. Doordat de handel de werelddelen met elkaar verbond, was er sprake van een wereldeconomie. Engeland en Frankrijk zagen hun eigen economieën achteruit gaan, terwijl de economie van de Republiek maar bleef toenemen. Als reactie stelde Engeland een Akte van Navigatie (1651) in. Hierin stond dat er alleen Engelse schepen recht hadden. Ook Frankrijk wilde de Republiek tegenwerken. Hiermee voerde Frankrijk de importrechten op en werd de eigen economie 'beschermt'.

6.2 Om de macht

In 1588 werden de zeven gewesten de Unie van Utrecht de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Het werd bestuurd door regenten, mensen uit rijke handelsfamilies. De Staten-Generaal liet veel macht liggen bij de individuele gewesten. Hierdoor had het particularisme veel bewegingsruimte. Hierdoor konden staatorganisaties, bijv. VOC, naar eigen belang handelen. Het gevolg hiervan dat ze autonome rechten kregen.

Er ontstonden binnen de Republiek 2 groepen. De Oranjegezinden wilden de oorlog tegen Spanje voortzetten. Steden die profiteerden van de oorlog waren dus Oranjegezind. De staatsgezinden wilde juist vrede met Spanje. Dat was beter voor de handel. Uiteindelijk kwamen Spanje en de Republiek in een wapenstilstand voor twaalf jaar overeen: het Twaalfjarig Bestand. Er waren veel meningsverschillen over godsdiensten en zo brak het uit tot een burgeroorlog. Na die 12 jaren kwam er weer een oorlog, maar het lukte niet Spanje niet om de Republiek te veroveren. 2 jaar later werd de Republiek erkent als een soevereine staat.(dan heb je de hoogste macht)Voor Lodewijk XIV was die macht vanzelfsprekend. Onder Lodewijk XIV kreeg het absolutisme vorm. Hij centraliseerde het bestuur, hij accepteerde de inspraak van de Staten-Generaal niet omdat hij het grootste gezag had en had hij dat van God gekregen: droit divin. Lodewijk XIV benoemde Jean-Baptiste Colbert tot minister van financien, handel en nijverheid. Handel en nijverheid van andere landen werden tegengewerkt door het mercantilisme, een systeem om zoveel mogelijk te exporteren en zo min mogelijk te importeren.

Het verschil tussen de staatsinrichting van de Republiek en van Frankrijk is dat bij de Republiek de macht lag bij het volk, terwijl in Frankrijk de macht lag bij de vorst. Een overeenkomst is dat beide landen een centraal bestuursorgaan hadden.

6.3 Kunst en wetenschap

De ontdekkingsreizen droegen bij aan een nieuw wereld- en mensbeeld. Copernicus ontdekte dat niet de aarde maar de zon het middelpunt van ons zonnestelsel is. Zo had Copernicus in de 16e eeuw de basis gelegd voor de wetenschappelijke revolutie die in de 17e eeuw plaatsvond. Het gevolg ervan is dat wetenschappers nog meer dan voorheen uit gingen van verstand en waarneming. (humanisme)

Het denkbeeld van de anatomie van de mens werd door onderzoek verbeterd. Door middel van empirisch onderzoek werd zo het wetenschappelijk kennis uitgebreid.

Door het verschaffen van bijvoorbeeld subsidies kon de overheid wetenschappelijk vooruitgang ondersteunen.

Het verschil tussen de aard en de functie van de beeldende kunst in de Republiek en Frankrijk was dat Lodewijk de kunst als uiting van zijn persoonlijke imago gebruikte, terwijl de Republiek een veel normalere functie had. Daar was het namelijk zo dat de kunst meer als een vorm van expressie werd gezien.

 

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.