Dekolonisatie en Koude Oorlog in Vietnam

Beoordeling 6.7
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas havo | 3401 woorden
  • 18 mei 2010
  • 20 keer beoordeeld
Cijfer 6.7
20 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Methode
Oriëntatie: een historisch kader

Het land Vietnam
Vietnam is een middelgroot land in Zuidoost-Azië. Het land is langgerekt en heeft een tropisch klimaat. Er wonen ongeveer 80 miljoen mensen en het noorden van Vietnam heeft grondstoffen zoals steenkool en ijzererts. Het zuiden van het land bestaat voornamelijk uit delta, dit is een grote rivier die wordt aangevoerd door kleinere rivieren. Dit gebied is daardoor erg vruchtbaar, vooral om rijst te verbouwen. De kustgebieden en delta zijn vlak, de rest van Vietnam is bergachtig met jungles.

Korte geschiedenis
Vietnam was tot de 9e eeuw bezet door China. De hoofdzakelijke geloven waren het boeddhisme en voorouderverering. Vietnam is van de 10e tot de 19e eeuw ondergeschikt geweest aan China. Wel had het land een eigen keizer in Hue, dit was een keizerlijke stad. Vanaf het einde van de 19e eeuw tot 1954 was Vietnam een kolonie van Frankrijk. In 1954 vond de splitsing van Vietnam plaats.
- Het noorden was communistisch en kreeg steun van China en de Sovjet-Unie.
- Het zuiden was kapitalistisch en Amerika bemoeide zich ongevraagd met dit deel.
Van 1964 tot 1975 liep de Vietnamoorlog.
Vanaf 1975 tot nu is Vietnam een socialistische republiek met een vrijemarkteconomie.

Ideologieën tijdens de Koude Oorlog (1945 – 1989)
Kapitalisme: Verenigde Staten > Individu centraal > Democratie > Vrije productie > Vrijheid.
Communisme: Sovjet-Unie/China > Gezamenlijkheid centraal > Eenpartijstaat > Staat bepaalt productie > Gelijkheid.

Dekolonisatie na 1945
De koloniën van westerse landen willen zelfbestuur, hierdoor komen er een aantal onafhankelijkheidsoorlogen. De VS en SU mengen zich in de strijd (steun) om hun eigen invloed te vergroten. Voor Vietnam betekende dit dat de VS steun bood aan Frankrijk tijdens de dekolonisatie. De SU steunde de communistische onafhankelijkheidsbeweging.

De VS raakt meer en meer actief betrokken bij de oorlog in Vietnam, door:
1. Wapens/geld
2. Militaire adviseurs
3. Amerikaanse soldaten
Maar de VS weet de oorlog niet te winnen, wat zorgt voor een trauma voor de VS.

1.1

Internationale verhoudingen na 1945
Communistische ideologie
Het communisme vindt zijn oorsprong halverwege de 19e eeuw.
Karl Marx (Duitsland, 1818 – 1883) schrijft het boek ‘Das Kapital’. Hij voorspelt hierin een einde van de kapitalistische uitbuiting van arbeiders en volken/koloniën.

In 1917 vindt de Russische Revolutie plaats, hierna wordt Rusland de Sovjet-Unie en communistisch. Van 1924 tot 1953 was Stalin hier de leider, hij was sterk argwanend tegenover het kapitalisme.

Verhoudingen vóór de Tweede Wereldoorlog
Verenigde Staten Engeland/Frankrijk Duitsland Sovjet-Unie
Kapitalistisch Kapitalistisch Kapitalistisch Communistisch
Op zichzelf gericht Koloniën Op zichzelf gericht Op zichzelf gericht
Geallieerden Geallieerden Nazi Geallieerden

Geallieerden samen tegen Duitsland > De ideologische spanning tussen het communisme en kapitalisme versterkt > Sovjet-Unie wekt argwaan ten overstaan van westen, voornamelijk door een laat tweede front tegen Duitsland. (D-Day, 1944)

Verenigde Staten Engeland/Frankrijk Duitsland Sovjet-Unie
Kapitalistische wereldmacht Wederopbouw Wederopbouw Communistische wereldmacht
- Verlies koloniën Verdeelt (West-Oost) -

De ideologische spanning versterkt omdat het communisme en kapitalisme geen gemeenschappelijk doel meer hebben.
→ SU zoekt buffer tegen het westen (= Oost-Europa) > Zij zijn door hun machtige buurland gedwongen zich aan te sluiten bij hun politiek.
→ West-Europa is in invloedssfeer van de VS.
Door de scheiding van West en Oost-Europa komt er het IJzeren Gordijn, dit was een plastische aanduiding voor de scheiding van de twee Europese delen. Met het communisme aan de ene kant, en het kapitalisme aan de andere kant. Nu begint de Koude Oorlog.

Koude Oorlog
In de VS ontstaat angst voor het ‘rood gevaar’, de Sovjet-Unie.
Beide kampen doen alsof het oorlog is, maar vechten niet met elkaar.
Beide kampen zijn wel voorbereid op een eventuele oorlog, dit is te zien aan de wapenwedloop die er ontstond. Hierbij probeerden ze elkaar te overtreffen op het gebied van wapentechnologie of in aantallen wapens.
1. Uitbreiding conventioneel (= gewoon/standaard) leger
2. Kernwapens

De wereld is in angst voor een atoomoorlog, het idee heerst dat meer bommen hebben dan de tegenstander zorgt voor vrede. > ‘Balance of Terror’ (aanduiding voor de vrede die er heerste door de angst voor een wereldvernietigende atoomoorlog)

Vreedzame co-existentie
1953: Dood Stalin 1953 – 1964: Chroetsjov leider Sovjet-Unie
Vreedzame co-existentie is het vreedzaam naast elkaar leven van politieke vijanden, politieke conflicten mogen hierbij niet uitlopen op militaire conflicten.
→ Directe dreiging atoomoorlog is voorbij, toch blijft de wapenwedloop en spionage.

1.2

Vijandbeelden
Verenigde Staten
* President Truman kwam in 1947 met de Trumandoctrine/Containmentpolitiek.
Dit houdt in dat de VS elk land helpt dat bedreigt wordt door een ander land. (lees: communistisch land)
Deze maatregel moest ervoor zorgen dat het communisme stopte. (to contain = beheersen)
* Marshallhulp (1948 – 1952) > De VS geeft voedsel, geld en grondstoffen voor de wederopbouw. Want:
1. Welvarende landen zijn minder geneigd tot het communisme te keren.
2. Economische afzetmarkt
3. Legerbases/Wapenopslagplaatsen
Stalin verbiedt Oost-Europa de Marshallhulp te accepteren.
* VS ziet SU en communisme als gevaar.
SU: Rode gevaar China: Gele gevaar (na 1949 communistisch)
* McCarthy processen (1948 – 1952) > Processen tegen vermeende communisten in het binnenland van de VS.

Sovjet-Unie
‘Marshallhulp en containmentpolitiek is westers imperialisme’
Na 1953 vreedzame co-existentie met de VS.

China
Vanaf 1949 wordt het land communistisch.
Na 1953 ontstaan er spanningen tussen SU en China, want:
1. China wil boerencommunisme in plaats van arbeiderscommunisme (SU)
2. China heeft/wil geen vreedzame co-existentie met de VS. > Splitsing SU en China (1960)
- China alleen in strijd tegen de VS.
- Meeste communistische landen volgen de SU.

1.3 Dekolonisatie in Zuidoost-Azië

1.4 Azië toneel van de Koude Oorlog
Inleiding
- Engeland, Frankrijk en Nederland hebben veel koloniën in Azië.
1. Prestige (aanzien om hoeveelheid koloniën, hoe meer > hoe groter en sterker)
2. Grondstoffen
3. Afzetmarkt
- ‘Blanken zijn superieur volk’ (anderen onderdrukken door meerderwaardigheidsgevoel)
- Jaren ‘20/’30: Opkomst inheems nationalisme.

Japan
Tweede Wereldoorlog:
- Japan verslaat blanken in Azië.
- Nationalisten hopen op vrijheid, maar Japan gedraagt zich als nieuwe kolonisator.

Na Tweede Wereldoorlog
- Japan verslagen en Europese landen willen koloniën terug.
- Nationalisten strijden voor onafhankelijkheid.
→ Dekolonisatiegolf door Zuidoost-Azië.

Nieuwe onafhankelijke landen
VS en SU willen deze landen voor zich winnen.
Sovjet-Unie Verenigde Staten
Boodschap gelijkheid Goodwill
Tegen westers kolonialisme Afzetmarkt/grondstoffen
Voorkomen dat land communistisch wordt
Door: steun communistische nationalisten Door: - Marionettenregering installeren
- Uitbouwen militaire macht

Echter; het communistische nationalisme is: - Geen ideologische import uit SU en China.
- Puur nationalistisch.
VS ziet alleen communistische steun.
→ Dominotheorie > Als één land communistisch wordt, volgen meerdere landen.
(China, 1949 Noord-Korea, 1953)
Dominotheorie + Trumandoctrine/Containmentpolitiek
=
(Militair) ingrijpen in Zuidoost-Azië door VS om rode gevaar te stoppen.

2.1

Het Franse koloniale bestuur
Inleiding
1863 – 1885: Frankrijk koloniseert Indochina.
Vanaf 1890: Verstevigen Franse gezag: - Indochina wordt Indochinese Unie.
- Tegenstanders voeren Guerillastrijd tegen Frankrijk.
- Fransen slaan de tegenstand hard neer.

Doel van Frankrijk
Indochina is een wingewest voor Frankrijk. Ze behalen winst door onder andere:
1. Nieuw belastingsysteem (zwaar)
2. Aanleg spoorlijnen, stuwdammen etc.
3. Plantages (rubber, rijst, specerijen)
4. Mijnen (steenkool, mineralen)
5. Staatsaccijnzen (opium, zout, alcohol)
6. Relatief weinig geschoolde inlanders
* Bijna alle landbouwgrond is in handen van Franse grootgrondbezitter.
> Vietnamees pakt maar een klein beetje land.
* Traditionele Indochinese samenleving blijft bestaan.
> Veel arme boeren, kleine rijke stedelijke elitie.

2.2

Nationalisme, communisme en dekolonisatie
Vietnamees nationalisme
Ontstaat door: 1. Japan als voorbeeld
2. Kleine geschoolde stedelijke elite
3. Gedrag van de overheerser
4. Uitbuiting van de bevolking
5. Legaal opiumgebruik voor accijnzen

Nationalistisch verzet
1920/1930: Ontstaan nationale bewegingen > Willen inspraak bestuur.
1928: Vertegenwoordigend lichaam (overlegorganisatie)
50% Fransen, 50% Vietnamese nationalisten (gematigd)
De Vietnamese nationalisten krijgen weinig inspraak in politiek en weinig bevoegdheden.
Zij zijn teleurgesteld en worden radicaler (radicalisering) en extremer.
→ Krijgen steun op het platteland (boeren) en in de stad (geschoolde elite)
→ Gaan in het geheim operen (Ondergronds)

Ho Chi Minh (1890 – 1969)
- Gestudeerd aan Franse scholen
- Trekt rond door Europa, VS en SU > wordt communistisch.
- Veel contact met communistische leiders uit de SU en China.
- Keert in 1941 terug naar Vietnam.

Vietminh
1941: Japan valt Indochina binnen > oprichting Vietminh.
Doelen: 1. Japan en Frankrijk verslaan en verjagen.
2. Eigen staat: Democratische Republiek Vietnam (DRV).
Bevat alle nationalistische organisaties onder leiding van de communisten.
Steun van de VS om Japan te verslaan.

Democratische Republiek Vietnam (DRV)
15 augustus 1945: Japan geeft zich over.
2 september 1945: Ho Chi Minh roept de DRV uit.
→ Frankrijk grijpt militair in om de kolonie terug te krijgen. > VS geeft Frankrijk steun.
1946: Akkoord tussen Frankrijk en DRV.
DRV: - Toegelaten in Franse Unie.
- Alleen binnenlandse politiek.
Frankrijk: beslist over defensie, buitenlandse politiek en financiën.

Eerste Indochinese Oorlog (1946 – 1954)
Aanleiding: 1946: Frankrijk onderschept wapens van de Vietminh.
→ Fransen bombarderen de haven Haiphong.
→ Vietminh begint Guerrillaoorlog.
Verloop: Frankrijk heel sterk in Zuid-Vietnam.
→ Veel grote militaire operaties.
Vietminh in het noorden, op het platteland en in de bergen.
→ Boodschap: vaderlandsliefde en sociale rechtvaardigheid.
→ Guerrillaoorlog wordt geleid door Vo Nguyen Giap.
Tactiek: 1. Aanslag op de Fransen.
2. Frankrijk reageert door hard terug te slaan. (represailles)
3. Hierdoor groeit de steun voor Vietminh.
4. Vietminh beheerst het platteland.
5. Vietminh verovert de steden.
Frankrijk kan de Vietminh niet verlslaan.

1949: Scheiding Vietnam
Frankrijk probeert de communisten van de nationalisten te scheiden > splitsing.
Noord-Vietnam (DRV) Zuid-Vietnam
O.l.v. Vietminh en Ho Chi Minh O.l.v. Bao Dai
Steun van China (vooral militair) Steun van VS (vooral financieel aan Frankrijk)
Lid van Franse Unie > Bevoking ziet dit als verraad en regering krijgt weinig steun

Einde: Frankrijk leidt grote verliezen. (financieel en mensen)
Hoopt op laatste definitieve veldslag om Vietminh te verslaan.
1953/1954: Slag bij Dien Bien Phu.
→ Frankrijk verliest van Vietminh. (o.l.v. Giap)
7 mei 1954: Frankrijk geeft zich over.

2.3

De Akkoorden van Genève (1954)
Conferentie van Genève
April 1954: - Bespreken toekomst Vietnam.
- Aanwezig: Frankrijk, DRV, VS, China, SU, en Groot-Brittannië.
Geneefse akkoorden:
1. Land verdeeld 17e breedtegraad met demilitariseerde zone. (DMZ)
Noord-Vietnam o.l.v. Ho Chi Minh Zuid-Vietnam o.l.v. Bao Dai
Communistisch Kapitalistisch
2. Geen bondgenootschappen, buitenlandse militairen in Vietnam.
3. Nationale verkiezingen in 1956 waarna hereniging Vietnam.

Gevolgen van de akkoorden
- China blij met deling, voor hen betekent dit dat ze geen sterk buurland hebben.
- VS is niet blij met communistisch Noord-Vietnam.
- Gaat zich na vertrek van Frankrijk (1956) extra met Zuid-Vietnam bemoeien.
→ Zuid-Vietnam als buffer tegen communistisch Noord-Vietnam.
- VS stuurt 600 militaire adviseurs voor opbouw Zuid-Vietnamese leger.
- Zorgt ervoor dat er geen verkiezingen komen uit angst voor communistische uitslag.
- SU accepteert het optreden van de VS door vreedzame co-existentie.

3.1

Een interne en een externe revolutie
Noord-Vietnam (DRV)
Hoofdstad: Hanoi Communistisch o.l.v. Ho Chi Minh + kleine groep kameraden (bijv. Giap)
Geen oppositie en persvrijheid > censuur (staat controleert alle media).
‘Democratisch’ want ze zijn vóór alle Vietnamezen, dus geen democratie zoals wij kennen.
Steun van China en SU (beiden willen invloed).

Interne revolutie
Doel: Noord-Vietnam (DRV) een communistische staat maken.
→ Niet-communisten vluchten naar Zuid-Vietnam.
Economische hervormingen: 1. Nationaliseren van bedrijven in 1954, alles van de staat.
→ Kapitaalvlucht naar Zuid-Vietnam, vooral hoogopgeleiden en rijken.
2. 1955 – 1958: Landhervormingen
- Onteigenen van (Franse) plantages > vrijgekomen grond wordt verdeeld onder arme landloze boeren.
- Kleine vrijemarkt wordt toegestaan > hogere voedselproductie.
- 1956: Collectivisatie + planeconomie (maken van één grote boerderij)
→ Onteigenen van land door terreur > boerenopstanden. ↓
Worden hard neergeslagen door communistisch leger.
3. Industrialisatie: lukt matig, 1961 5-jarenplannen gesteund door China en SU.

Externe revolutie
1954: Akkoorden van Genève (met verkiezingsbelofte)
1956: Géén verkiezingen want Zuid-Vietnam en VS waren bang voor communistische winst.
Ho Chi Minh teleurgesteld > Hereniging alleen door geweld mogelijk.
Doel: 1. Val van het kapitalistische Zuid-Vietnam.
2. VS moet weg uit Vietnam.
Vanaf 1959 stuurt Noord-Vietnamese soldaten (NVA = North Vietnamese Army) naar Zuid-Vietnam.
→ Infiltreren, Guerrillaoorlog en ondersteunen Vietminh/Vietcong in Zuid-Vietnam.

3.2

Het regime van Ngo Dinh Diem
Zuid-Vietnam (Republiek Vietnam, RV)
Hoofdstad: Saigon Kapitalistisch o.l.v. Ngo Dinh Diem + familie
Anti-communistisch – Pro-westers – Katholiek – Achterdochtig – Géén contact met het volk
Corruptie – Géén oppositie – Géén persvrijheid Terreur tegen vermeende communisten

Steun van de VS
Nation-building: VS probeert Zuid-Vietnam op te bouwen tot een democratische westerse staat als tegenhanger van het communistische Noord-Vietnam.
- Militair/financieel: militaire adviseurs.
- Financiële steun van de VS verdwijnt in de zakken van Diem en zijn familie.
→ VS steunt een ondemocratisch corrupt land als strijd tegen de communisten.

Vietcong (VC)
1959: Infiltratie van Noord-Vietnamese soldaten in Zuid-Vietnam.
1960: National Liberation Front (NLF)
- Organisatie in Zuid-Vietnam die tegen zijn eigen regering is.
- Geleid door het communistische Vietminh vanuit Hanoi.
- Militaire tak: Vietcong (Guerrillatactiek)

Versterkte dorpen/Strategie Hamlets
Doel: - Plattelandsbevolking beschermen tegen Vietcong aanvallen.
- Voorkomen dat men communistisch wordt.
Vanaf 1962: verplichte verhuizingen naar versterkte dorpen.
Voordeel voor Diem: 1. Plattelandsbevolking makkelijker te controleren en onderdrukken.
2. Materiële steun van de VS wordt door Diem achtergehouden.
→ Én verkocht aan Zuid-Vietnam.

Protest
Gedwongen verhuizingen leiden tot protest tegen Diem onder de plattelandsbevolking.
→ Groei van steun NLF/VC op platteland.
Vanaf 1963: - Vietcong wint terrein.
- Groeiende protesten van boeddhistische monniken en intellectuelen.
- Militaire staatsgreep. (VS stimuleert dit: Diem moest weg, maar hoe?)
→ Hiermee wordt de VS politiek en militair verantwoordelijk voor Zuid-Vietnam.
→ VS steunt elk bewind (hoe slecht dan ook) in Zuid-Vietnam.

Periode 1963 – 1965
Verschillende staatsgrepen in Zuid-Vietnam.
1965: Luchtmaarschalk Nguyen Cao Ty en generaal Nguyen van Thieu grijpen de macht.
→ VS blijft steun geven.
1967 – 1975: Nguyen van Thieu president Zuid-Vietnam.

3.3

De strijd ontbrandt (1961 – 1964)
Verenigde Staten
John Fitzgerald Kennedy Robert McNamara
President VS Minister van Defensie
1961 – 1963 1961 - 1968

1961: Kennedy en McNamara zijn: 1. Jonge en energieke academici.
2. Idealistisch en arrogant.
→ Wereld maakbaar naar VS model, VS is dé wereldmacht.
3. Communisme moet gestopt worden, want dominotheorie is waar
1963: Kennedy doodgeschoten
→ Vice-president Lyndon Baines Johnson wordt tot 1969 president.

Betrokkenheid VS groeit
- Militaire/financiële steun aan Zuid-Vietnam.
→ VS helikopters om Zuid-Vietnamese leger te vervoeren.
- Uitbreiding militaire adviseurs in Zuid-Vietnam.
→ Troepen VS raken steeds meer en vaker betrokken bij gevechten met VC of NVA.

Inleiding hoofdstuk 4
Begin jaren ’60 lijkt op begin van een Derde Wereldoorlog > Koude Oorlog kan heet worden.
1. Spacerace
2. Kwestie Berlijn (1961)
3. Cubacrisis (1962)
4. Spionage
5. Vietnam

4.1

Uitgangspunten van de VS strategie
Binnenlandse politiek VS
1. Armoede: - Rijk (blank) ↔ Arm (zwart)
- Hangt samen met onderwijs.
2. Rassenproblemen: - Discriminatie (Ku Klux Klan)
- Strijd voor gelijke rechten voor zwarten.
→ Rosa Parks, Malcolm X, Martin Luther King
Johnson wil problemen aanpakken > ‘Great Society’
- Gelijke rechten voor blank en zwart.
- Sociale verzekeringen.
Echter: Johnson’s ‘War of Poverty’ is duur > Dus oorlog in Vietnam moet snel afgelopen zijn.

3 opties voor beëindiging Vietnamoorlog
1. Terugtrekken > gezichtsverlies = geen reële oplossing.
2. Atoombom > gevaar dat China en SU mee gaan doen = wereldvernietiging
→ Ook geen reële oplossing.
3. Gewone/conventionele oorlog > reële en haalbare optie. Maar oorlog moet beperkt blijven.
VS: bombarderen van Noord-Vietnam + VC in Zuid-Vietnam.
- Géén atoombommen.
- Niet aan de grens met China.
- Er mogen geen VS soldaten in Noord-Vietnam.
Zuid-Vietnam: zoeken en vernietigen van Vietcong.

Tonkinresolutie
Johnson heeft steun van het congres nodig voor oorlog.
Aanleiding: VS schip USS Maddox wordt beschoten door Noord-Vietnam in Golf van Tonkin.
→ Wordt gezien als aanval op VS > Oorlog > Congres accepteert de resolutie.
Inhoud: De regering (Johnson) krijgt vrijheid om alle maatregelen te treffen tegen aanvallen op de VS en verdere agressie tegen Vietnam te voorkomen. (vrijbrief voor oorlog)
Reactie Noord-Vietnam: Grote aanval op Zuid-Vietnam om VS voor te zijn.

4.2

Falende strategie
Inleiding
1964: Johnson wint de verkiezingen > Geeft hem vertrouwen in de ‘Great Society’.
→ Wil oorlog in Vietnam beperkt houden.
1965: Vietcong valt VS basis in Pheiku aan > 9 soldaten zijn dood.
- VS bombardeert de Noord-Vietnamese haven Dong Hai.
- Vietcong blaast VS hotel op > 26 Amerikanen dood.
Conclusie VS: Vietcong en NVA zijn tegen VS, dus wij moeten de agressie stoppen.

Operatie Rolling Thunder
Maart 1965: officieel bombarderen van Noord-Vietnam.
Doelen: bruggen, havens, opslagplaatsen, legerplaatsen.
Doelen in Zuid-Vietnam: dorpen van de Vietcong.
Hoe? Precisiebombardementen en tapijtbombardementen (B52).
→ Hiermee raakt de VS dieper betrokken bij Zuid-Vietnam en zijn oorlog.

Reactie Noord-Vietnam: - Weinig industrie, dus weinig schade.
- Moreel stijgt enorm > groeiende haat tegen VS.
Reactie Zuid-Vietnam: - Vooral burgers zijn slachtoffer.
→ Meer steun voor Vietcong
- Vietcong valt luchtmachtbases aan in Zuid-Vietnam.

Grondoorlog
1965: Escalatie van de oorlog.
Generaal William Westmoreland wil en krijgt grondtroepen in Zuid-Vietnam.
1. Amerikaanse soldaten moeten hun luchtmachtbases beschermen.
2. Amerikaanse soldaten moeten soldaten van puntje 1 beschermen.
3. Amerikaanse soldaten moeten voor puntje 2 vijand zoeken en vernietigen.
4. Amerikaanse soldaten van puntje 3 beschermen met tanks/helikopters/vliegtuigen.

Tour of Duty
In de VS was er ten tijde van de Vietnamoorlog dienstplicht voor alle mannen van 18 jaar.
De bijnaam voor een Amerikaanse soldaat is GI. (Government Issue)
In sommige gevallen konden/wilden mannen niet in dienst, vanwege studie, celstraf of ze weigerde dienst. Deze laatste kwamen in de gevangenis terecht of vluchtten naar het buitenland.

Er was een onevenredig groot aantal zwarte soldaten in Vietnam. Elke soldaat kreeg 6 weken basistraining voorafgaand aan de uitzending. Hierbij werden zij niet of nauwelijks voorbereid op het Vietnamese klimaat en volk. Elke soldaat diende 12 maanden in Vietnam. (= 1 tour)
Eenmaal terug in de VS: 1. Gevechtservaring mee naar huis.
2. Geen psychische opvang.
3. Door Amerikaanse bevolking behandelt als kindermoordenaars.

Zuid-Vietnam wordt geamerikaniseerd
- Zuid-Vietnamese steden worden opslagplaatsen voor het Amerikaanse leger en uitgaanscentra voor de soldaten.
- Er ontstaat een levendige handel in producten voor de soldaten. (Drugs, seks en drank)
- De regering van Zuid-Vietnam is amper betrokken bij de besluiten van de VS.
- Het Zuid-Vietnamese leger wordt ingezet, met vooral ondersteunde taken. Dit leger kent veel slachtoffers, ongeveer 250 000.

Search And Destroy (SAD)
Oorlog in Vietnam: - Geen frontlijn, maar verzetshaarden Vietcong.
- De VS gaat opzoek naar vijand en vernietigd deze.
Verloop SAD-operatie: 1. Dropping soldaten in gebied door helikopter.
2. Uitkammen omgeving. (Gevaren: boobytraps, VC/NVA aanvallen)
3. Dorpen doorzoeken op verbogen VC en wapens.
- Uit voorzorg is elke Vietnamees een Vietcong-strijder tenzij anders bewezen.
- Zippo-raids.
→ Beschrijft de praktijk van het aansteken van strohutten in dorpen waar VC aanwezig óf verdacht was.
→ Groei haat tegen de VS.
4. Terug naar het basiskamp.

Wanneer VS de VC/NVA tegenkomen.
1. Ingraven en aanvallen.
2. Inroepen van luchtsteun/artillerie om vijand te bombarderen.
3. Veroveren van vijandelijk gebied + vijand uitschakelen. > Bodycount
4. Veroverde grond wordt: A. Nieuw VS Kamp.
B. Na 2-3 weken weer terug naar basiskamp.

Smerige oorlog
Amper verschil tussen gewone bevolking en vijand.
VS zet chemische wapens in > Agent Orange (= ontbladeringsmiddel)
VS heeft ‘overkill’ aan bombardementen > B52 bombardementen en napalm
De lokale Zuid-Vietnamese bevolking is het slachtoffer en trekt naar de steden.

De vijand
NVA: Aanvallen op steden + militaire bases VS.
VC: Guerrillaoorlog: boobytraps, schuilen bij bevolking, vooral ’s nachts actief
Bevoorrading van de vijand > Ho Chi Minh route.
→ Route van Noord-Vietnam via Laos en Cambodja naar Zuid-Vietnam.
VS mag Laos en Cambodja niet bombarderen.

4.3

Steun van bondgenoten
Verenigde Staten: Zuid-Vietnam, Australië, Zuid-Korea, Filippijnen.
NVA/VC: Sovjet-Unie, China. (steun en wapens om VS te bestrijden)

4.4

Het einde van de Amerikaanse interventie
Tetoffensief (1968)
Tet = Vietnamees Nieuwjaar.
Januari 1968: NVA valt VS basis Khe San aan > Afleiding.
NVA + VC valt praktisch alle steden in Zuid-Vietnam aan. (bijv. Saigon)
→ Verrassingsaanvallen worden door VS hard neergeslagen > Militair gezien wint VS offensief.
Gehoopte opstand in Zuid-Vietnam blijft uit. (VC/Noord-Vietnam teleurgesteld)
VS: Militair succes – Politiek rampzalig.
VC/NVA: Wel verslagen, maar niet vernietigd. > Oorlog kan nog lang duren

Thuisfront VS
Groeiend onbegrip voor oorlog, versterkt door media en veteranen.
> Anti-oorlogsdemonstraties
Long Hot Summer: - april – augustus ’68: rassenrellen in de grote steden.
- Politie gebruikt buitensporig veel geweld.
Politieke moorden op Martin Luther King en John F. Kennedy.
Conclusie VS: We zijn in oorlog met Vietnam, maar ook met onszelf.
Johnson stelt zich niet meer kandidaat voor de verkiezingen.
- Einde van de troepenopbouw in Vietnam.
- Einde van de bombardementen. (Rolling Thunder)

Peace with honor
1968: Richard Milhouse Nixon wordt president VS. (1969 – 1974)
Doelen Nixon: 1. Binnenland: law and order.
2. Vietnam: - Peace with honor > VS trekt zich terug uit Vietnam.
- Vietnamisering: Zuid-Vietnam neemt strijd van VS over.
- Concreet onderhandelen met Noord-Vietnam.

Vredesbesprekingen (1968 – 1973)
Verenigde Staten, Noord-Vietnam, Zuid-Vietnam, Vietcong
Doel VS: - Noord-Vietnam weg uit Zuid-Vietnam en geen bemoeienis meer.
- Vrije verkiezingen in Zuid-Vietnam.
Doel Noord-Vietnam: - Alle buitenlandse troepen weg uit Zuid-Vietnam.
- Verkiezingen Zuid-Vietnam onder leiding van Vietcong.
- Hereniging van Vietnam.
- Einde bombardementen.

Escalatie en uitbreiding van de oorlog
De VS voert de bombardementen op: 1. Om Noord-Vietnam naar onderhandelingen te dwingen. 2. Om Ho Chi Minh route aan te pakken.
VS valt in 1970 Laos en Cambodja binnen.
- Weinig succesvol.
- Studentenprotest op Kent State University. (4 studenten doodgeschoten)

Pingpongdiplomatie
1970 – 1971: Gespannen verhouding tussen China en Sovjet-Unie.
China is banger voor de SU dan voor de VS. Pingpongdiplomatie was de methode waarmee de Verenigde Staten in 1971 diplomatieke toenadering zochten tot China. Het nationale tafeltennisteam van de VS reisde hierbij door China om een aantal partijtjes te spelen.
De VS legt betere contacten met de SU, o.a. over het beperken van atoomwapens.
De spin in deze contacten is de Nationale Veiligheidsadviseur (NSA).
→ Henry Kissinger (1968 – 1975)

Linkage-strategie
Koppelen (to link) van betere contacten tussen de SU en China aan de kwestie Vietnam.
De VS wil Noord-Vietnam verzwakken door de steun/invloed van SU en China daar te verminderen.

Verlies van de VS
1972: Nixon wint verkiezingen > Nieuwe bombardementen op Noord-Vietnam.
→ Nieuwe vredesonderhandelingen
1973: Parijse Akkoorden (inhoud is identiek aan de Akkoorden van Genève)
→ VS verlaat Zuid-Vietnam.
1974: Noord-Vietnam dringt Zuid-Vietnam binnen.
→ Zuid-Vietnam heeft moeite om tegenstand te bieden.
1975: Saigon wordt veroverd door Noord-Vietnam > Thieu (president Zuid-Vietnam) vlucht.
VS evacueert ambassadepersoneel en Vietnamees personeel.

2 juli 1976: Hereniging Vietnam
Hoofdstad: Saigon, hernoemd tot Ho Chi Minh Stad.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.