BEGRIPPEN:
Huishouden: Eenheid die zelf economische beslissingen neemt, dit kan een gezin zijn maar ook een bedrijf, de overheid of een vereniging zijn. Een bedrijfshuishouden is een onderneming die goederen en diensten produceren en deze verkopen.
Zakgeld: Het geld wat je van je ouders of verzorgers krijgt zonder een tegenprestatie te moeten leveren.
Primair inkomen: Geld wat je ontvangt door deel te nemen aan het productieproces, bijvoorbeeld door te werken. Iedereen met een primair inkomen betaalt belastingen en sociale premies, ongeveer 40% van het totale inkomen.
Overdrachtsinkomen: Uitkeringen voor mensen die door ouderdom, ziekte en arbeidsongeschiktheid niet meer kunnen werken. Maar ook betalingen als kinderbijslag, studietoeslag eb huurtoeslagen voor mensen met een laag inkomen.
AOW: Algemene ouderdomswet, iedereen die woonachtig is in Nederland heeft recht op AOW vanaf pensioengerechtigde leeftijd.
Productiefactoren:
↓: kano
K Kapitaal: Machines, gebouwen, materialen. De goederen die worden gebruikt om andere goederen te produceren.
A Arbeid: Het werk dat mensen verrichten.
N Natuur: Alles wat niet door mensen geproduceerd wordt, bijvoorbeeld grond of zonlicht.
O Ondernemerschap: Het coördineren van de productiefactoren: arbeid, kapitaal en natuur in het productieproces.
Categoriale inkomensverdeling: loon, winst, rente, huur en pacht.
Budgetlijn: De lijn die het verband tussen inkomen en vrijetijd.
Participeren: Deelnemen.
Parttime job: Deeltijd baan, minder dan 36 uur in de week werken.
Fulltime job: Volledige baan, meer dan 36 uur in de week werken.
VAARDIGHEDEN:
Loonquote berekenen:
Overig-inkomstenquote berekenen:
Cirkeldiagram:
· De cirkel moet 360 graden zijn
· Het cirkeldiagram is opgedeeld in schijven. Bij de schijven staan percentages.
· Rechts staat wat de schijven voorstellen. Dit wordt de legenda genoemd.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden