Hoofdstuk 2

Beoordeling 6
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 3e klas havo | 103 woorden
  • 27 november 2010
  • 53 keer beoordeeld
Cijfer 6
53 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Geld:
Functies;
1. Ruilmiddel
2. Rekenmiddel
3. Spaarmiddel

Ruil;
1. Directe ruil: Goederen ruilen tegen goederen
2. Indirecte ruil: Goederen ruilen tegen geld

Vorm;
1. Chartaal geld: Munten en Biljetten
2. Giraal geld: Geld op de bank

Zakgeld is het geld dat je zonder tegen prestatie krijgt per week of per maand van je ouders en wat je vrij mag besteden.

Afronden; 5,6,7,8,9. Rond je naar boven af
1,2,3,4. Rond je naar beneden af
We ronden getallen af op 1 decimaal tenzij anders vermeld. En geldbedragen op 2 decimalen.

Ongewogen gemiddelde ; alle getallen tellen even zwaar mee

Gewogen gemiddelde ; de cijfers hebben verschillende waarde

Weekbedrag x 52 = jaarbedrag : 12 = maandbedrag

Maandbedrag x 12 = jaarbedrag : 52 = Weekbedrag

Geld omrekenen; bedrag – 10% / 2

Bijv. 10 gulden – 10% = 9 en dan delen door 2 = 4,50

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.