Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Thema 3

Beoordeling 7.1
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas vwo | 461 woorden
  • 11 juli 2007
  • 25 keer beoordeeld
Cijfer 7.1
25 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Thema 3 Allel: Een deel van een chromosoom dat de informatie bevat voor één erfelijke eigenschap. Relaties: gen. Autosomen: Alle chromosomen in een lichaamscel met uitzondering van de geslachtschromosomen. In een lichaamscel zijn 22 paar autosomen aanwezig. Chromosoom: In een chromosoom bevindt zich de informatie door de erfelijke eigenschappen van een organisme. Relatie: karyogram. Dihybride kruising: Kruising waarbij wordt gelet op de overerving van twee eigenschapen. Bij een dihybride kruising zijn twee genenparen betrokken. Relatie: monohybride overerving, onafhankelijke overerving.
Diploïde cel: Een cel waarbij de chromosomen in paren voorkomen (2n). Voorbeeld: lichaamscel, huidcel, spiercel. Geslachtscellen zijn niet diploïd. Dominant gen: Een gen dat altijd tot uiting komt in het fenotype. Relatie: recessief gen, homozygoot, heterozygoot. Eeneiige tweeling: Twee leden met hetzelfde gentype. Ze zijn van hetzelfde geslacht en sterk gelijkend. Fenotype: De waarneembare eigenschappen van een individu. Het wordt bepaald door het genotype en milieufactoren. Gekoppelde Overerving: Twee genenparen liggen in hetzelfde chromosomenpaar bij een dihybride kruising. Gen: Een gen bevat de informatie voor één erfelijke eigenschap. Een gen bestaat uit twee allelen. Genotype: De verzameling genen in een cel. Geslachtschromosomen: Deze chromosomen bepalen het geslacht. Bij een man zijn in de lichaamscel twee ongelijke geslachtschromosomen (XY) aanwezig. Bij een vrouw zijn er twee gelijke geslachtschromosomen (XX) aanwezig. Relatie: autosomen. Voorbeeld: x-chromosoom, y-chromosoom Haploïde cel: Een cel waarin de cellen enkelvoudig voorkomen (n). Relatie: zygote

Voorbeeld: geslachtscel, eicel, zaadcel. Lichaamscellen zijn niet haploïd. Heterozygoot: Het genenpaar voor een eigenschap bestaat uit twee ongelijke allelen. Homozygoot: Het genenpaar voor een eigenschap bestaat uit twee gelijke allelen. Intermediair Fenotype: Twee ongelijke allelen komen beide tot uiting in het fenotype Karyogram (chromosomen portret): Een afbeelding van de chromosomen van een cel, waarbij deze in paren zijn gerangschikt. Letale factor: Een allel dat in homozygote toestand geen levensvatbaar individu oplevert. Modificatie: Een verandering in het fenotype van een organisme, veroorzaakt door een milieufactor. Een modificatie wordt niet doorgegeven aan de nakomelingen. Voorbeeld: afbreken van takken van een eik door een storm. Monohybride Kruising: Kruising waarbij wordt gelet op de overerving van één eigenschap. Bij een monohybride kruising is één genenpaar betrokken.
Multipele allelen: Voor één erfelijke eigenschap bestaan drie of meer allelen. Voorbeeld: bloedgroep mens IA, IB, I. Onafhankelijke Overerving: De genenparen liggen in verschillende chromosomenparen bij een dihybride kruising. Onvolledig Dominant allel: Een dominant allel dat bij een heterozygoot individu een recessief allel ook enigszins tot uiting laat komen in het fenotype. Polygene overerving: Twee genen bepalen samen één eigenschap van het fenotype. Voorbeeld: de vorm van de kam bij kippen. Recessief allel: Een allel dat alleen tot uiting komt in het fenotype als er geen dominant allel aanwezig is. Twee-eiige tweeling: Twee leden met een verschillend genotype. Ze hoeven niet van hetzelfde geslacht te zijn en ze zijn niet perse gelijkend.

REACTIES

T.

T.

nice alen ik snap er geen hoer van wij zitten ook in thema 3 maar wij moete iets heel anders leren is dit havo niveau?

13 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.