Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Hoofdstuk 6

Beoordeling 8.4
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 3e klas havo | 874 woorden
  • 16 juni 2012
  • 2 keer beoordeeld
Cijfer 8.4
2 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Paragraaf 1; Genotype en fenotype

Het uiterlijk van een organisme noemen we het fenotype. Veel van je eigenschappen heb je geërfd van je ouders. De informatie voor deze eigenschappen liggen in celkernen.

Celkernen liggen in chromosomen. Dit zijn langgerekte dunne draden. In chromosomen zit veel DNA. Hierin zit de complete informatie over je eigenschappen. Deze informatie heet het genotype.

Chromosomen komen alleen in paren voor. Een mens heeft 46 chromosomen.

De cellen waaruit een mens is opgebouwd noemen we lichaamscellen.

Het fenotype van een organisme komt tot stand door het genotype en invloeden van het milieu.

Paragraaf 2; Chromosomen en genen

Een gen is een deel van een chromosoom dat de informatie bevat voor één erfelijke eigenschap. Twee chromosomen in een paar zijn gelijk aan elkaar. Eén genenpaar bevat informatie voor één erfelijke eigenschap.

Een geslachtscel bevat maar 23 chromosomen. Als er een geslachtsgemeenschap ontstaat, zal een eventueel kind 23 chromosomen van elke ouder krijgen. Zo heeft deze er ook 46 chromosomen.

De vorming van nieuwe cellen vind plaats door celdeling. Een moedercel deelt zich in tweeën en krijgt zo twee dochtercellen.

Paragraaf 3; Geslachtelijke voortplanting.

Een genenpaar kan bestaan uit twee gelijke of twee ongelijke genen. Bijvoorbeeld een twee keer gen voor blauwe ogen, of één keer gen voor bruine ogen en één keer gen voor blauwe ogen.

Bij een geslachtelijke voortplanting ontstaan nieuwe genotype in de nakomelingen.

Soms komen er bij de ovulatie twee eicellen vrij. Als deze beide bevrucht worden ontstaat er een tweeling. Als er een tweeling ontstaat uit twee bevruchte eicellen spreken we van een twee-eiige tweeling. Als er een tweeling ontstaat uit één eicel heet dit een eeneiige tweeling.

Paragraaf 4; Erfelijkheidsonderzoek.

Een vrouw kan nagaan of er op haar chromosomen een gen zit voor erfelijke borstkanker. Als dit er zit, kan een vrouw ervoor kiezen haar borsten te laten amputeren. Zo kan de borstkanker zich niet voortplanten.

Als bij iemand een erfelijke ziekte word ontdekt, betekent dit niet dat deze de ziekte ook heeft. Hij word dan drager van de ziekte. Hij kan dit wel doorgeven aan nakomelingen. Hij behoort tot een risicogroep. Als dit zo is kan men genetisch advies inwinnen. Dan ga je na hoe groot de kans is dat de ziekte word doorgegeven.

Ook worden er nu prenatale onderzoeken verricht. Dit is een onderzoek voor de geboorte. Zo word er vastgesteld of een embryo of foetus een ziekte of afwijking heeft.

Bij een echoscopie word de ligging en de groei van een embryo gecontroleerd. (echoscoop). Dit doen ze door de hoge geluidstrillingen die uit het apparaat komen terug te laten kaatsen op een scherm. Zo kan er ook vastgesteld worden of het een jongen of een meisje is.

Bij een vlokkentest word er nagegaan door middel van weggehaald placenta of het kind afwijkingen in de chromosomen heeft. Ook kan hierdoor worden gezien of het een jongen of een meisje is zonder dat de geslachtsorganen tot ontwikkeling zijn gekomen.

Bij een vruchtwaterpunctie word er vruchtwater weggezogen. Hierin zitten cellen die gebruikt worden voor chromosoomonderzoek. De twee bovenstaande onderzoeken zijn niet zonder gevaar. Een miskraam is groter van kans.

Soms heeft een kind een ernstige ziekte of afwijking heeft. Als ouders dit niet willen kunnen ze een abortus overwegen.

Paragraaf 5: Evolutietheorie

De ontwikkeling van leven op aarde waarbij soorten ontstaan, veranderen en/of verdwijnen word evolutie genoemd. Een theorie over hoe de evolutie werkt heet een evolutietheorie. Vooral Charles Darwin is erg belangrijk in dit opzicht.

Een overlevingskans heeft te maken met hoe sterke organismen ontstaan. Als bijvoorbeeld een kikker een opvallende kleur heeft zal deze sneller ten prooi vallen. Deze zullen dus snel uitsterven. Zo blijven alleen de onopvallende kleuren-kikkers levend (natuurlijke selectie). Ook hierdoor sterven er dieren uit en komen er nieuwe soorten. Bijvoorbeeld giraffes met een te korte nek zullen snel uitsterven door een tekort aan voedsel. Alleen giraffes met een lange nek zal blijven ontstaan.

Een nieuwe soort ontstaat zo: Als één soort samen op een grote plek leeft is dit één soort. Als deze geïsoleerd van elkaar raken door bijvoorbeeld een rivier, zal de helft van de soort zich moeten aanpassen aan hun nieuwe leefomgeving. Zo ontstaat er een nieuwe soort. De twee soorten die eerst gelijk waren kunnen ook niet meer met elkaar paren.

Paragraaf 6; Argumenten voor de evolutietheorie

Er worden veel fossielen gevonden waaraan men kan zien hoe bepaalde lichaamsdelen zich veranderen. Fossielen zijn overige harde delen van gestorven dieren. Zachte delen worden nooit teruggevonden omdat deze snel worden verteerd door schimmels en bacteriën. Harde delen daarentegen worden bedekt door sedimenten waardoor bacteriën en schimmels er niet meer bij kunnen. Deze delen blijven dan bewaard. Uit deze fossielen probeert men vaak een reconstructie te maken.

Rudimentaire organen zijn organen die niet meer gebruikt worden bij een organisme. Vaak zijn er nog wel resten te vinden (achterpoten > walvis). Bij mensen zijn dit de staartwervels en de blinde darm. De blinde darm werd gebruikt om plantaardig voedsel te verteren. Sommige organismen zullen dus ook een gemeenschappelijke voorouder hebben.

Bijna alle embryo’s lijken op elkaar. Langzaam door ontwikkeling word het verschil zichtbaar. Ook celdelingen lopen bij elk organisme op dezelfde manier.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.