Art. 11 - 17, 19, 21 - 24, 26, 27

Beoordeling 7
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas havo | 1329 woorden
  • 15 april 2008
  • 4 keer beoordeeld
Cijfer 7
4 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
11.
Elementen volgens Empedokles van Ogrigentum.
- aarde
- water
- lucht
- vuur

Pneuma = lucht (ademlucht)

4 lichaamsvloeistoffen.
- bloed
- slijm
- gele gal
- zwarte gal
Ziekte = verstoring tussen (deze 4 lichaamsstoffen) evenwicht.

Stofwisseling (à homeotase) = uitwisselen van stoffen met omgeving.

Planten waarschuwen andere planten tegen vijanden d.m.v. afgeven van een vluchtige stof.
Andere planten kunnen op deze waarschuwingen reageren door extra gifstoffen te produceren.
Plantetende dieren eten niet/minder van planten met deze gifstoffen.


Groei = groter worden.
Ontwikkeling = regel genen schakelen op verschillende tijden/plaatsen andere genen in.

Cel in je hersenen bevat dezelfde erfelijke informatie als een cel uit je slokdarm.
Zo zit in een cel in je pink ook informatie over de kleur van je ogen.

12.

Miller gebruikte voor zijn oersoep-experimenten methaan, ammoniak en waterstof.
Virussen zijn iets anders dan protocellen.
Virussen zijn geen organismen omdat ze geen zelfstandige vorm van stofwisseling hebben.

Kunstmatig nagemaakte poliovirus is niet exact hetzelfde al shet echte virus.

Virus bevat erfelijk materiaal en een eiwit niet.
Een virus kan jaren nadat het in kristalvorm is gebracht weer iemand ziek maken.
Onderzoekers hebben in het lab uit levenloze stoffen virussen samengesteld.

Prion eiwitten zijn oorzaak van gekkekoeien ziekte.

Diepgevroren geslachtscellen en embryo’s kunnen nadat ze zijn ontdooit gewoon weer worden gebruikt.

Bij het uitnemen van organen uit een overledene voor transplantatie doeleinden wordt deze persoon aangesloten op een hart-long machine om de bloedsomloop op gang te houden.

Dokters zien aan de hersenactiviteit of iemand is overleden.

13.
Robot = mechanisme dat min of meer arbeid kan uitvoeren.
Androide= robot die in verschillende opzichten op mens lijkt.
Cyborg = mengvormen mens en machine.

14.

Galenus dacht dat er poriën in het schot tussen de linker en rechter hart helft zaten. Hij dacht dit omdat er anders problemen zouden zijn met de theorie van de Pneuma.
Publieke ontledingen duurden een paar dagen en werd bezocht door veel toeschouwers.

1330 vCHR. Herophilus – dierenontleding
25 v. CHR. Celsus – geen ontleding.
130-201 Galenus – dieren ontleding, daarna geen ontleding.
1515-1561 Vesailius – mensen ontleding
1787-1839 Koning – Mensen ontleding.

1945-nu v. Hagen – Mensen ontleding.

2 redenen waarom grieken uit de oudheid geen experimenten en ontledingen verrichten.
- natuurlijke processen verstoord.
- Handenarbeid was noodzakelijk en dat was minderwaardig.
De quantuan theorie sluit hierbij aan.
De natuurwetenschap gaat wel door omdat het alleen geld voor hierbovenstaande.

Was = makkelijker te kneden en makkelijker aan te komen maar het is minder vormvast daarom worden modellen (van organen enzo) nu van kunststof gemaakt

15.
Hippocrates onderzocht bij zijn patiënten :
- ademhaling
- zweet
- urine
- ontlasting
Symptoom = pijn en dergelijke.
Diagnose = vaststellen wat de ziekte is.

Door kloppen/luisteren naar het hart kun je horen of het vol zit met slijm en ligging/grootte organen bepalen.

Triple test = onderzoekt aanwezigheid 3 hormonen.
Petscan = bestudeerd stofwisselingsactiviteit.

16.
Therapeutische zorg (gewone) = gericht op genezing patiënt.
Palliatieve zorg = pijnbestrijding, wordt gegeven in de laatste leven van het leven.


Aderlatingen en bloedzuigers (vroeger): Natuurlijk en haalt het overtollig bloed weg. Stond voor vurigheid.
Waarom nu gebruik bloedzuigers: Zwellingen, door inwendige bloedingen, te verminderen.
Wond is minder pijnlijk en geneest sneller.

Homeopaat -> d.m.v. vragen.
Arts -> d.m.v. klachten
Geven ze hun recept.

Hippocrates werkte volgens het principe ‘contraria contrariis curentur’.
In de homeopathie wordt gewerkt met zulke kleine hoeveelheden geneeesmiddel, dat dit niet meer chemisch of fysisch aantoonbaar is.

Maden in wond omdat: bij geinfecteerde necronische wonden, die bij chronische ziekten (diabetes bijv.) kan ontstaan.
Maden worden bij de groene vleesvlieg vandaan gehaald.
Behandeling:
- wondweefsel weggesneden.
- Zakje met maden in wond
- Elke 3 dage wisselen, anders krijg je vliegen.
- Maden scheidden verteringssappen af. Dode weefsel opgeruimd + minder bacteriën


Bij Engelse ziekte tekort aan Vitamine D.
Door onvoldoende kalk in de botten -> minder stevige groei.
Zon en vitamine D preparaten zorgt dat het tekort wordt aangevuld.
Nu komt deze ziekte nauwelijks voor omdat Vitamine D in margarine zit en iedereen komt wel buiten.
Bij allochtone donkere vrouwen komt het nog wel is voor omdat hun huidskleur ultra-violette straling tegen houdt.

17.

Als baby PKU heeft -> kind moet speciaal dieet volgen.
Gentherapie kun je ook gentransplantatie noemen.

Bij vaccinatie en homeopathie wordt een verzwakte van de ziekteveroorzaker toegediend.
Homeopatie -> genezende behandeling
Actieve immunisering -> preventieve behandeling.

Bezwaren tégen vaccinatie vanuit homeopatie:
Algemene afweersysteem zou door vaccinatie verzwakken -> vatbaarder voor andere ziektes. En bijwerkingen.

Vlokkentest:
- klein stukje placenta weggenomen.
- Celmateriaal in lab op kweek

- Daarna geschikt voor chromosoom onderzoek/DNA onderzoek

Je ontdekt hier chromosoom afwijkingen/erfelijke aandoeningen mee.
Risico: 1 a 2 % kans op miskraam

Vlokkentest = screening.

19.

Dierlijke donoren moeten eigenlijk genetisch gemodificeerd zijn om als donor in aanmerking te komen.
Verschillende organen kunnen in lab gekweekt worden.
Jehova getuigen zijn tegen bloedtransfusie.
Kunstgebit = prothese.

Xenotransplantatie:
Bij muis:
Oor op rug van muis gekweekt en kan bij mens aangenaaid worden.

Genetische modificatie = met DNA.

Transgeen organisme = moet sprake zijn van Genetische Modificatie.

Door beademing ziet dode er nog levend uit.

Retrovirus: bouwt zich in erfelijk materiaal.
Deze zijn probleem bij xenotransplantatie omdat deze enkele jaren later actief kan worden. De ontvanger van dat orgaan kan dan ziek worden.

Suikerziektepatient:

Alvleesklier geeft te weinig insuline dus moet dat vervangen worden bij een niertransplantatie, anders gaan nieren er weer aan.

Transplantatie = alleen als het leven weefsel/orgaan is.

4 weefsels die getransplanteerd kunnen worden:
- hoornvlies
- huid
- weefsel
- hartkleppen

weefsels hebben minder sterke doorbloeding dus kunnen beter bewaard worden.

21.
pest werd verspreid door:
- slechte hygiëne.
- Gebrek kennis van de oorzaak.

Als kleuters voor het eerst naar school gaan zijn ze vaak ziek doordat ze daar met veel in 1 ruimte zijn. Besmettingskans is groter dan thuis.
Later worden ze immuun voor veel ziektes.

Verschil bacterie en virus.
Virus = kleiner – vermeerderen alleen in plantaardige of dierlijke cel.
Bacterie = zorgen goed voor zichzelf.


Een ziekteverwekker vermeerderd zich snel.

Gifstof vermeerderd zich niet.
Conctgium vermeerderd ook niet dus kan ook geen besmettelijke ziekte veroorzaken.

Generatio spontanea = ontstaan van levende wezens uit dode stof.

Antisepsis = tijdens medische handelingen doden van bacteriën met giftige stof

Asepsis = voor medische behandeling bacteriën doden door sterilisatie van alle voorwerpen dat met de wond in aanraking komt.

Preventief = voorkoming

Hygiënisch = alles wat je gezondheid bevorderd.

Epidemie = in bepaalde periode extra veel ziekte in een groot gebied.

22.

Vroeger dachten de mensen die de pest overleefd hadden dat ze nu immuun waren voor alle ziekten. Zij zijn alleen voor de pest immuun.

23.
B-lymfocyten produceren op maat gemaakte anti-lichamen en laten deze los in het bloed. Deze hechten aan anti-genen van ziekte verwekker.
Fagocyten herkennen het door de anti-lichamen en verzwelgen de ziekteverwekker.

Geheugencellen zijn: B-lymfocyten die aanwezig blijven om snel anti-lichamen te maken bij dezelfde besmetting.

Maar B-lymfocyten hebben tijd nodig om te herkennen dus je wordt wel een beetje ziek.

Vaccin = materiaal waarmee je inenting uitvoert.

Actieve immunisatie = dat degene die wordt ingeënt zelf de anti-lichamen gaat maken.

Bij transplantaties kan je afweersysteem organen afstoten.

24.

resistent = ongevoelig.
In Italië vaker antibiotica voorgeschreven, er zijn daar meer resistente bacteriën.

Bacterie kan nu resistent worden tegen antibioticum dat over 10 jaar wordt ontwikkeld.

Syntetisch antibioticum = in chemische fabriek gemaakt.

Wie maakt wat:
Paul Ehrlich – Salvarsan.
Gehrard Domagk = Sulfonilaminde.
Alexander Fleming = Penciline

26.

Darwin hoefde zijn tijdgenoten niet te overhalen dat er een evolutie had plaatsgevonden.

Hopefull monster = aanduiding organisme met willekeurige mutatie dat evolutionair gezien een gokje waagt.

Dieren vergaan snel na hun dood, behalve hun harde delen. Daarom zijn er geen fossielen van ongewervelde dieren zonder schelp.


In elke groep organismen (Poupulatie) treed af en toe Mutatie op.
Er ontstaat dan bij een individu een afwijkende Eigenschap.
Ook bij zijn Nakomelingen zal dat het geval zijn.
De omgeving oefent Selectie uit, waardoor de best toegeruste individuen de grootste overleving en Voortplantings kans hebben.

Labrat= lief doordat ze hele tijd door gingen fokken is hij niet te vergelijken met de oorspronkelijke bruine rat.

27.

Darwins evolutietheorie = het overleven van de best toegeruste individuen.

Pseudo wetenschap = onderzoek zonder dat van te voren vaststaat wat eruit moet komen.

Virussen vermeerderen snel en hebben simpele structuur. Daarom koos Manfred Eigen virussen om een kunstmatige evolutie te ondergaan.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.