Migratie & mobiliteit

Beoordeling 7.2
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 6e klas vwo | 854 woorden
  • 1 augustus 2005
  • 19 keer beoordeeld
Cijfer 7.2
19 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Hoofdstuk 1: On the move 1. Waar het gras groener is Geografische mobiliteit à ruimtelijke verplaatsing van mensen à in stromen tussen 2 gebieden. Doel: behoefte bevredigen
Tijd & ruimte(= richting +afstand) Circulatie à tijdelijke verplaatsing
Migratie à permanente verplaatsing
Cirkelmigratie à een tussen vorm à de migrant trekt heen en weer tussen 2 gebieden
Voorwaarde voor het ontstaan van cirkelmigratie: a. traditionele productiewijze is ontoereikend voor het gezinsinkomen
b. Achterblijvende familie doet het werk op het traditionele bedrijfje

c. Er is mogelijkheid om ergens anders loonarbeid te verrichten
d. De afkomst tussen het herkomst en het vestigingsgebied moet niet te groot zijn
e. De gastarbeider moet regelmatig naar huis kunnen zonder dat hij hierdoor in de problemen komt op zijn werk. f. De gastarbeider voelt zich in het vestigingsgebied uitsluitend arbeidskracht . Hij neemt nauwelijks deel aan het sociale leven. Nederland met betrekking tot de Marokkanen en Turken: Fase 1: 1961 - 1973 à Cirkelmigratie = De gastarbeiders
Fase 2 1973 – 1983 à Gezinsherenigingen migratie + illegale migratie
Fase 3 1983 - à Gezinsvormende migratie + illegale migratie 2. Waarom migreren mensen? Redenen voor migratie: · Economisch · Sociaal · Politiek · Cultureel · Fysisch
Macro niveau: 2-deling van de wereld: 0ntwikkeld ßà Ontwikkelings Noord ßà Zuid
Ongelijke ontwikkeling
Meso niveau: Waarom? 1. Complementariteit : Aanvulbaarheid 2 gebieden
2. Transporteerbaarheid : Mogelijkheid van transport tussen 2 gebieden à kosten + Tijd
3. Tussenliggende mogendheden: Wel of geen alternatief
Pull- + Push- Factoren (aantrekken) (afstoten) Micro niveau: Migratie proces
Fase 1: Ruimtelijke verplaatsing

Stap 1: De beslissing à hierbij spelen de migranten en de achterblijvers een belangrijke rol. Stap 2: Verplaatsing van A naar B
Fase 2: Integratieproces
Stap3: Wel of niet aanpassen à Hierbij spelen zowel de migrant als de ontvangen gemeenschap een belangrijke rol. Stap 4: Integratieproces wordt voltooid à De migrant voelt zich thuis. Integratie à Proces van aanpassing van een etnische groep en opname in de samenleving. Intergratie is mogelijk met geheel of gedeeltelijk behoud van identiteit. Allochtoon à Inwoners die zelf geboren zijn en deels getogen in het buitenland of waarvan minstens één van de ouders in het buitenland is geboren. Autochtoon à Inwoners van een land die in dat land geboren zijn en waarvan ook beide ouders in Nederland geboren zijn. 3. Door migratie wordt alles anders Arbeidsmigratie à verplaatsing om arbeid
Ruaal – urbaan à trek van platteland naar de stad à urbanisatie
Gevolgen herkomstgebied: Postief: · Binnenkomst geld · Stijging welvaart · Bedrijvigheid bouw&handel · Nieuwe kennis · Vermindering overbevolking · Vermindering gedeelde armoede · Meer mogelijkheden voor de achterblijvers
Negatief: · Toenemende ongelijkheid · Aantasting eigen cultuur · Vergrijzing · Wegtrekken jonge energieke mensen · Verdwijnen kennis à Braindrain · Doorbreken oude dorpsstructuur · Toenemende grond en huizen speculatie · Verwaarlozing landbouw · Geen geloof in eigen gebied · Toenemende huwelijksproblemen · Toenemende afhankelijkheid van het geld uit andere vestigingsgebieden Hoofdstuk 2: Migratie: overal hetzelfde en toch overal anders 1. Migratie in Europa 1945-1960 Politieke migratie · Mensen uit vroegere koloniën keerde terug naar het land van herkomst. Repatriëring à Terug keer kolonisten · IJzeren Gordijn. Vooral belangrijk in Duitsland. Aussiedler à etnische Duitsers uit Midden-Europa

1960-1973 : Economische migratie · Gastarbeiders
Spanjaarden & Italianen à teruggekeerd
Turken & Marokkanen à gebleven
1973 – Heden : Sociale + Politieke migratie · Gezinshereniging & gezinsvorming · Politieke vluchtelingen: mensen die een gegronde reden hebben doordat zij door politieke maatregelen niet meer veilig zijn in eigen land. Economische vluchtelingen: Te kort aan voedsel of arbeid in eigen land. · Asielzoekers: mensen die hier asiel aanvragen · Illegale migranten 2. Is Nederland een bijzonder immigratieland binnen Europa? Migratiebeleidà overheidsmaatregelen om migratiestromen te beïnvloeden
Verdrag van Schengen à Opheffing grenscontroles binnen EU
Retour migratie / remigratie à Terugkeer naar het herkomstgebied
Overeenkomsten NL & EU · Gastarbeiders à Gezinsherenigende & gezinsvormende migratie à Illegalen · Asielzoekers & vluchtelingen · Koloniale gevolgen
Verschillen NL & EU · In NL: Indo’s, Surinamers, Molukken, Antilianen · Geen arbeidsmigranten meer · Makkelijk met gezinshereniging en gezinsvorming 3. Hoe beïnvloed migratie de bevolkingssamenstelling en bevolkingsspreiding? Kwantitatieve aspecten van de bevolking à Getalsmatig

Bevolkingsgroei - Bevolkingsdichtheid
Geboorte – sterfte
Immigratie – Emigratie
Kwalitatieve aspecten van de bevolkingà Kenmerken van de bevolking met betrekking tot religie, sekse, ontwikkelingspeil, herkomst en cultuur
Gevolgen vertrekgebied: · Bevolkingsopbouw: Bv. Vergrijzing · Bestaansmogelijkheden à Geld van de wijkers voor de blijvers, armoede delen met minder. · Braindrain = wegtrekken hooggeschoolde
Gevolgen vestigingsgebied: (Nederland) · De allochtonen hebben een hoge vruchtbaarheid ( gemiddeld aantal kinderen per vrouw) à goed voor de vergrijzing · Allochtonen maken meer gebruik van uitkeringen · Selectieve migratie à waarbij slechts een lage groep is betrokken à hierdoor ontstaan achterstandswijken, opeenhopingen van mensen met een lager inkomen. 4. Wat zijn de gevolgen van urbanisatie in ontwikkelingslanden? Urbanisatie à Trek van platteland naar de stad à Percentage van de bevolking dat woont in de steden
Overurbanisatie à de groei in mensen is groter dan de groei van bestaansmiddelen. Informele sector à arme, niet geregistreerde creatieve manier om aan geld te komen. Stad trekt mensen aan door de gedachte dat in de stad werk te vinden is. De urbanisatie is te groot in verhouding tot de huisvestiging, werkgelegenheid en voorzieningen. Gevolgen voor de stad: 1. Ongecontroleerde groei à Megasteden, 17 van de 20 liggen in ontwikkelingslanden (jaar 2000) 2. 1 of 2 steden overheersen à primaire city’s. Bv. Bangkok, Nairobi
3. Ontstaan van krottenwijken (slum, squatterswijk, favela) à Slechte woningen, gevaarlijke plekken, illegaal, slechte hygiëne (ontbreken riolering) 4. Toename criminaliteit

5. Sociale ongelijkheid tussen mensen = sociale segregatie
6. Grote informele sector (=vluchtsector) Urbanisatie, de gevolgen voor het platteland: 1. Goede arbeidskrachten trekken wegà qua opleidingsniveau en fysieke gesteldheid
2. Vaak trekken de (jonge) mannen weg à sociale structuur verandert
3. Verdwijnen van voorzieningen op het platteland
4. Verval van de landbouw. Waarom naar de stad? · zeer postief beeld van het leven in de stad · Weinig kansen op het platteland · Steden stellen geen regels op het gebied van migratie · Mechanisatie / ecologische rampen op het platteland à bv. Sprinkhanen plaag.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.