Hoofdstuk 3 Paragraaf 2,3,4

Samenvatting AK H3 Paragraaf 2, 3 & 4

De 4 kenmerken van een stad:

● een bepaalde, per land verschillende, omvang
● een hoge bebouwingsdichtheid in vergelijking met het omringde gebied
● een beroepsbevolking die vrijwel uitsluitend werkt in de secundaire en tertiaire sector
● een groot aantal functies voor het gebied rond de stad

Er zijn 3 soorten grote steden: megasteden, wereldsteden en hoofdsteden.

Megastad: meer dan 10 miljoen inwoners
Wereldstad: belangrijk voor een deel van de wereld, op het gebied van economie, cultuur en politiek
Hoofdstad: de belangrijkste stad van een land

Begrippen

In de rijke landen zijn er meestal meerdere grote steden verspreid over het land. De steden zijn op veel  manieren met elkaar verbonden, en vormen zo een stedelijk netwerk.

In veel ontwikkelingslanden heb je vaak 1 megastad: een primate city. De tweede stad van het land is dan vele malen kleiner. Bijvoorbeeld: de hoofdstad van Thailand (Bangkok) telt ruim 8 miljoen inwoners, de tweede stad van het land slechts 500 000. De primate city heeft vaak een kustligging.

De site is de kenmerken van het gebied waarin een stad ligt. Steden liggen vaak in vlakke, vruchtbare gebieden; op kruispunten van handelswegen, langs rivieren, aan de kust of bij de vindplaats van grondstoffen. Neem bijvoorbeeld Parijs, die ligt aan een rivier, in een vruchtbaar, vlak gebied.

Kenmerken van de ligging van een plaats ten opzichte van andere plaatsen heet de situation. Bijvoorbeeld Parijs, ligt gunstig, midden in het land en met prima verbindingen naar andere steden.

Een koloniale dubbelstad is een stad die bestaat uit een westers en een niet-westers stadsdeel. Loop je in kleine kronkelige straatjes, dan zit je in het niet-westerse deel, loop je door brede rechte straten, dan ben je in het westerse deel. Dat deel is gebouwd door de Europeanen toen het land een kolonie werd.

Aan de verstedelijkingsgraad kun je zien welk percentage van de bevolking in steden woont.

De afgelopen 50 jaar zijn vanuit veel grote steden veel mensen en bedrijven verhuisd naar de plaatsen rond de stad. Dat heet suburbanisatie.

In ontwikkelingslanden trekken sinds 1970 miljoenen mensen van het platte land naar de stad. Dat heet verstedelijking.

Aan de buitenkant van de Amerikaanse stad liggen ruim opgezette woonwijken met laagbouw: de suburbs. Hier wonen mensen met een hoog inkomen.

Het centrum (CBD) kondigt zich met zijn hoogbouw al van verre aan. Dit is tegenwoordig het zakencentrum, met chique winkels, uitgaansgelegenheden, maar vooral kantoren.

Afrikaanse en Aziatische landen kennen een hoog verstedelijkingstempo. Dat wil zeggen dat de stedelijke bevolking snel toeneemt. Het gevolg daarvan is dat een groot deel van de bevolking in sloppenwijken woont.